Politieagenten en VKC’er verschijnen voor de rechter
Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Drie agenten van het Korps Politie Curaçao (KPC) en een VKC’er stonden gisteren voor de rechter. Drie van hen worden vervolgd voor het samen plegen van doodslag en een poging doodslag. Een politieagent wordt beschuldigd van valsheid in geschrifte en het misbruiken van zijn functie.
Dat meldt het Openbaar Ministerie (OM).
De zaak draait om een schietincident met fatale afloop. Twee politieagenten en de VKC’er worden verweten op 27 september 2021 meerdere schoten te hebben gelost op de achterzijde van een auto. In deze auto vluchten de verdachten van een gewapend overval weg. Hierbij hebben verschillende kogels de auto doorboord en is een 18-jarige verdachte dodelijk geraakt.
Zoals gebruikelijk bij schietincidenten waarbij politieambtenaren zijn betrokken en slachtoffers zijn gevallen heeft de Landsrecherche Curaçao in opdracht van het OM gedaan naar dit schietincident. Het is volgens het OM belangrijk dat er onafhankelijk onderzoek gedaan wordt naar schietincidenten waar politieambtenaren bij betrokken zijn. Tijdens het onderzoek is de verdenking ontstaan dat de betrokken agenten en VKC’er niet de waarheid hebben gesproken. Ook rees het vermoeden dat de teamleider van de politieagenten daar een belangrijke rol in heeft gehad. Dit hebben de betrokken agenten en de VKC’er ook bekend.
Volgens het OM hebben de agenten en de VKC’er in deze situatie niet gehandeld volgens de hiervoor vastgestelde regels, zoals die staan in de ambtsinstructie van de politie. Daarom heeft het OM de beslissing genomen de agenten en de VKC’er te vervolgen voor het samen plegen van doodslag en een poging doodslag. Het OM heeft een taakstraf van 240 uur en een voorwaardelijke ambtsontzetting met een proeftijd van drie jaar tegen de schutters geëist. De teamleider is door het OM vervolgd wegens valsheid in geschrifte en het misbruiken van zijn functie. Tegen hem eiste het OM een taakstraf van 240 uur en daarnaast een voorwaardelijke gevangenisstraf van drie maanden met een proeftijd van drie jaar. Ook is er een onvoorwaardelijke ambtsontzetting geëist van 5 jaar. De rechter doet op 11 oktober uitspraak.