Gouverneur wijst op naleving budgetrecht

Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Statenleden dienen op de naleving van het budgetrecht toe te zien én op het functioneren van de Staatsorganen. Die kunnen namelijk gebruikt worden als ‘checks & balances’ in het beleid van de regering.

Dit heeft gouverneur Lucille George-Wout benadrukt tijdens de beëdiging van parlementariërs voor de Statenperiode 2025-2029.
Nadat de 21 Statenleden de eed en/of belofte in het gouvernementspaleis hadden afgelegd dan wel uitgesproken, had de gouverneur een duidelijke boodschap voor elk van hen. Hierna werd er geproost.
,,Curaçao kijkt uit naar de nieuwe Staten die nu het demissionaire kabinet en spoedig het nieuwe missionaire kabinet controleren. Zij dienen de taak van medewetgever volwaardig te vervullen en toe te zien op het budgetrecht. Het moet een parlement zijn dat ervoor zorgt dat alle adviesorganen van de regering goed in positie worden gebracht. Deze organen zijn de Raad van Advies (RvA), de Sociaal-Economische Raad (SER), de Algemene Rekenkamer Curaçao (ARC) en het kantoor Ombudsman Curaçao”, aldus George-Wout.
Ze vervolgt met deze mededeling: ,,Met elkaar zorgen we voor de checks and balances, ieder met de eigen taken en verantwoordelijkheden die alle noodzakelijk zijn voor een sterk functioneren van de democratische rechtsstaat. Ik zal ook mijn bijdrage hieraan leveren en uiteraard erop toezien. Zo zal in onze samenleving het vertrouwen in elkaar, in de Curaçaose overheid en in de toekomst groeien. Wij delen allen dezelfde missie: wij dienen de Curaçaose bevolking, zowel binnen als buiten het Koninkrijk der Nederlanden.”
George-Wout verwees ook naar het feit dat zeven weken terug het volk heeft gesproken en vertelde de Statenleden wat hun te wachten staat. ,,De Staten treden in een ‘turbulente tijd’ aan. Curaçao is sterk verbonden met het buitenland en gebeurtenissen elders hebben dan ook een grote impact op onze veiligheid en sociale verhoudingen. Het getuigt van grote moed en verantwoordelijkheidsgevoel dat jullie in deze tijd kiezen voor de publieke zaak. Dit verdient respect en waardering. Hardnekkige kwesties moeten en zullen de aandacht van alle Statenleden vragen.”
In dat opzicht roept de gouverneur de parlementariërs op ‘om de rug recht te houden, ook als het erom spant’. Haar dringende beroep aan de Statenleden: ,,Houd de democratische rechtsorde in ere en heb oog voor ieders belangen, dat van de meerderheid maar ook voor dat van de minderheid.”
Tot slot vroeg de gouverneur de aantredende Statenleden om de ‘daad bij het woord te voegen’: ,,Het is een opdracht aan de Statenleden om in gezamenlijkheid te werken aan ontwikkeling van ons Land binnen Koninkrijksverband. Dit is ten behoeve van het welzijn van alle burgers.”