Advies: Hou straf opdrachtgever moord Wiels in stand

Van een onzer verslaggevers
Willemstad - De Hoge Raad (HR) krijgt het advies om de straf van George Jamaloodin in de moordzaak van Helmin Wiels in stand te laten. Het parket bij de Hoge Raad publiceert de conclusie van de advocaat-generaal (AG) waarin alle aangevoerde klachten van de advocaten van George Jamaloodin tegen zijn vonnis worden afgewezen.

jamaloodinEen conclusie van de AG is een niet bindend schriftelijk advies aan de bestuursrechter waarin uiteengezet wordt op welke wijze het beroep moet worden afgedaan. Het advies telt ruim dertig pagina’s om aan te voeren dat de levenslange straf van voormalig Financiënminister Jamaloodin als opdrachtgever van de moord op politicus Helmin Wiels (PS) in mei 2013 bij Marie Pampoen onherroepelijk moet worden. Er wordt ingegaan op drie klachten. De eerste klacht gaat over een tegenstrijdigheid in het vonnis, de tweede over het feit dat het gerecht en het Hof niet ingaan op alle aangevoerde standpunten en tegenargumenten van de advocaten van Jamaloodin en de derde over het persbericht dat uitgestuurd werd na het vonnis van moordmakelaar Burney ‘Nini’ Fonseca, waarin een verband gelegd wordt met Jamaloodin zonder dat die rechtszaak nog gespeeld heeft.
Ten eerste wordt aangevoerd dat het niet zo kan zijn dat Jamaloodin veroordeeld wordt voor het in het vooruitzichtstellen van een beloning, en tegelijkertijd voor het geven van die beloning. Maar, zo staat in de conclusie, het uitlokken door beloften is niet tegenstrijdig met het door Jamaloodin aan Fonseca betalen van de giften.
De tweede klacht heeft betrekking op de bewijsvoering en de motivering waarmee volgens de advocaten het Hof voorbij is gegaan aan de onderbouwde standpunten ten aanzien van het aangevoerde motief voor de moord, de eenzijdigheid van het onderzoek en de tunnelvisie, de betrouwbaarheid van een vijftal getuigen en de uitleg die is gegeven aan de inhoud van sms-berichten.
Ten aanzien van het motief voor de moord wordt uitgelegd dat vastgesteld is dát Jamaloodin opzettelijk heeft gehandeld en dat de redenen waarom hij opzettelijk heeft gehandeld, niet relevant zijn. ,,Het motief is ‘persoonlijk, individueel en extrinsiek aan het misdrijf als juridisch begrip’. Daarom kon het Hof ongemotiveerd voorbijgaan aan wat de verdediging naar voren heeft gebracht over het (ontbreken van enig) motief van Jamaloodin”, zo wordt aangevoerd.
Dat het gerecht niet uitvoerig is ingegaan op alle aangedragen klachten heeft ermee te maken dat deze zeer uitvoerig en zeer gedetailleerd waren en vaak neerkomen op een herhaling van stellingen die door Jamaloodin en de verdediging naar voren zijn gebracht. Het Hof stelt hierbij dat het niet verplicht is op alle standpunten in te gaan en ook in het advies staat: ,,Ook in cassatie is het niet nodig om op alle subklachten afzonderlijk in te gaan die uiteindelijk varianten zijn op hetzelfde thema.” Bovendien, zo wordt vastgesteld, zijn de subklachten in de vorm van gedachtenstreepjes naar voren gebracht en worden die niet beschouwd als afzonderlijke verweren waarop puntsgewijs ingegaan moet worden. ,,Het zijn argumenten waarmee de verdediging het uitdrukkelijke standpunt heeft onderbouwd dat de verklaringen van de getuigen onbetrouwbaar zijn en niet voor het bewijs gebruikt mogen worden. Het Hof was niet gehouden in te gaan op alle argumenten waarmee de verdediging het standpunt heeft onderbouwd”, zo wordt nog eens uitgelegd.
Waar het gaat om de betrouwbaarheid van de getuigen gaat de conclusie van de AG op twee getuigen specifiek in: werknemers bij het beveiligingsbedrijf van Jamaloodin.
Zo wordt door de advocaten van Jamaloodin gesteld dat de getuigen hebben verklaard op basis van een geruchtenstroom en niet van waarneming. Daar wordt echter tegenover gesteld dat de twee getuigen belastend hebben verklaard voordat Jamaloodin op 24 juli 2014 werd gearresteerd. Ook de suggestie dat de twee getuigen voordeel zouden hebben bij de belastende verklaringen jegens Jamaloodin snijdt geen hout. ,,Beide getuigen hebben negatieve gevolgen ondervonden van hun verklaringen over Jamaloodin.” Zij zijn op non-actief gesteld en niet meer wedergekeerd op het werk. Ook hebben zij gevreesd voor hun veiligheid en de veiligheid van hun familie. Verder wordt aangevoerd dat verklaringen van deze getuigen steun vinden in uitlatingen van andere getuigen.
De advocaten hebben ook aangevoerd dat de prikklokgegevens aantonen dat de twee medewerkers niet hebben kunnen weten over het onderhandelen met en overhandigen van geld aan Fonseca. Maar, zo wordt geoordeeld: ,,Uitgaande van de juistheid van het in de pleitnota neergelegde overzicht van de prikklokgegevens, dwingt nadere bestudering van deze prikklokgegevens, anders dan de raadsman heeft betoogd niet tot de conclusie dat de verklaringen van de getuigen aantoonbaar onjuist zijn.” Ook blijkt dat een van de medewerkers niet altijd uitklokte, dus kan niet met zekerheid gesteld worden dat die getuige niet na 19.30 uur op kantoor is geweest. Bovendien blijkt ook dat de getuige weleens tot laat (18.30) op kantoor was.
De conclusie gaat verder uitvoerig in op de sms-berichten die volgens het vonnis in versluierde taal waren en die geïnterpreteerd zijn. De verdediging van Jamaloodin geeft aan dat die interpretatie niet klopt en de berichten voor meerdere interpretaties vatbaar zijn. Zo zouden de woorden ‘werk en werken’ in de sms-berichten te maken hebben met echt werken voor het beveiligingsbedrijf van Jamaloodin en niet met het uitvoeren van de moord en zou het woord ‘uniform’ geen codewoord zijn voor degenen die de moord hebben uitgevoerd. Ook vinden de advocaten het niet per definitie vreemd dat na de moord het sms-contact tussen Fonseca en Jamaloodin stilvalt, want dat gebeurde wel vaker.
Het Hof stelde indertijd dat als de berichten letterlijk gelezen worden, ‘die lezing niet logisch is, in strijd is met hetgeen de gespreksdeelnemers daarover hebben verklaard en/of in strijd is met de inhoud van het dossier’. Zo kunnen de woorden werk en werken niet gaan over echt werken bij het beveiligingsbedrijf omdat zowel Jamaloodin als Fonseca ieder voor zich hebben verklaard dat Fonseca geen beveiligingswerk voor de Jamaloodin wilde doen. En zo wordt vervolgd: ,,Nu het werk waarover in de sms-berichten wordt gesproken geen beveiligingswerk voor Fonseca kan zijn, rijst de vraag welk werk dan wél wordt bedoeld. Daaraan voegt het Hof nog toe dat ook voor de uitleg die Jamaloodin en Fonseca aan het woord ‘uniformen’ geven, te weten dat het zou gaan om baseball-uniformen, het dossier geen enkele steun biedt. Ook de persoon voor wie die uniformen zouden zijn bedoeld, ondersteunt deze verklaringen niet. Uit de te bezigen bewijsmiddelen volgt echter wel dat Fonseca een organiserende rol in de uitvoering van de moord op Wiels heeft gehad en dat hij daarover met Jamaloodin in onderhandeling was. Bij gebreke van een redelijke uitleg over de inhoud van de sms-berichten zullen deze met die vaststelling in het achterhoofd worden gelezen. Het Hof stelt vast dat de berichten naar hun letterlijke tekst niet te begrijpen zijn en dat er onmiskenbaar gebruik is gemaakt van versluierend taalgebruik. Het Hof is van oordeel dat mede gelet op de inhoud van de overige bewijsmiddelen het niet anders kan zijn dat met het woord ‘werk’ de moord op Wiels is bedoeld.” Verder wordt in een bericht gesproken over ‘stoeien’ wat vaak gebruikt wordt als het gaat om een gewelddadige handeling.
Tot slot wordt nog uitvoerig ingegaan op de onschuldpresumptie, te weten het gewraakte persbericht na het vonnis van Fonseca. De onschuldpresumptie verbiedt een rechter of andere vertegenwoordiger van de overheid iemand te behandelen als schuldig voordat zijn schuld in rechte vaststaat.
Er wordt beargumenteerd dat de twee zaken eigenlijk zoveel mogelijk gelijktijdig hadden moeten plaatsvinden, maar het Hof laat wat dit laatste aspect betreft niet onvermeld, dat Jamaloodin om hem moverende redenen ervoor heeft gekozen van medio maart 2016 tot medio 2018 de wijk naar het buitenland (Venezuela) te nemen, waardoor de zaken niet gelijktijdig behandeld konden worden.
Verder wordt erop gewezen dat uitlatingen in de context gezien moeten worden. En die context wordt vervolgens als volgt omschreven: ,,Het Hof ziet in deze uitzonderlijke zaak aanleiding om voorafgaande aan de vaststelling van de feiten en omstandigheden het een en ander voorop te stellen. Fonseca wordt in de kern verweten dat hij bij de moord op Wiels - een moord die de gemoederen binnen en buiten Curaçao in sterke mate heeft beziggehouden - een rol als ‘moordmakelaar’ heeft gehad: in de visie van het Openbaar Ministerie en het gerecht vormde hij een belangrijke schakel tussen de uitvoerders en de opdrachtgever(s) van de moord.”
De uitspraak van de Hoge Raad staat gepland op 7 juni. Jamaloodin heeft, zoals gangbaar is, twee weken de tijd om te reageren op de conclusie van de AG.


Week toppers

Het Antilliaans Dagblad is de enige lokale Nederlandstalige ochtendkrant van Curaçao, Bonaire en Aruba. Op Sint Maarten, Sint Eustatius en Saba, alsmede in Nederland en andere landen is een online-abonnement eenvoudig mogelijk via online.ad.cw

antdagblad-logo


Print-abonnee worden of voor meer algemene informatie? Stuur dan een mail naar [email protected]. Met naam, adres en telefoonnummer. Abonnementsprijs is ANG 35,00 inclusief OB per kalendermaand. Print-abonneren is alleen mogelijk op Curaçao.