Ik heb onze herfstvakantie op uw eiland doorgebracht. We waren er nog nooit geweest. Het was een leuke en grappige ervaring om na ongeveer 9 uur vliegen in het Nederlands te worden aangesproken. En dat is ook een uniek ‘selling point’ van de voormalige Nederlandse Antillen. Want dat maakt het toch aantrekkelijk, als ik kan kiezen waar Nederlands gesproken wordt, of alleen een voor mij onverstaanbare taal. Het is van belang om het Nederlands erin te houden om onderscheid te kunnen maken met andere eilanden.
Maar uiteraard is dat uw keuze. Wat mij negatief opviel was het verschil tussen arm en rijk. Zo’n groot verschil had ik niet verwacht gezien de jarenlange band met Nederland. Schuurtjes als woningen, en aan de andere kant beveiligde en enorme villa’s, die slechts via een slagboom te passeren waren. Waar de jarenlange gestuurde ontwikkelingsgelden gebleven zijn is mij niet duidelijk. In ieder geval niet bij de allerarmsten zo te zien.
Het kan natuurlijk heel anders zijn maar, het is slechts de vluchtige kijk van een toerist. Van enige criminaliteit heb ik niets gemerkt; geen opengebroken huurauto of zoiets dergelijks. We waren er wel voor gewaarschuwd. Verder zou het fijn zijn als de bus een eigen busstrook zou krijgen om zodoende een betrouwbare en op tijd rijdende verbinding te krijgen.
Want dat hoorde ik. Men wil wel met de bus, maar men kan er onvoldoende op vertrouwen. Wellicht kan daar wat ontwikkelingsgeld naartoe. Dat geldt ook voor de kwaliteit van de gehele infrastructuur. Nieuwe rioolputten en asfalt en belijning zou wenselijk zijn. Voor de rest valt op dat ik alleen maar te maken heb gehad met werkende vrouwen. In de bus, al het personeel in het resort, bij de autoverhuur enzovoort. Dat is in Nederland wel anders.
In tegenstelling tot het clichébeeld wordt er ook nog hard gewerkt ook. Als laatste punt zou ik willen opmerken of de rotzooi (plastic verpakkingen vooral) naast de wegen aan de noordkant van het eiland en op Klein Curaçao opgeruimd kan worden. Dan wordt het positieve onderscheid met andere eilanden nog beter.
Met vriendelijk groet uit een koud en mistig Nederland.
Kees Foks