Ingenieurs en wetenschappers op Curaçao
Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Het onderzoeksproject Proteus gaat verder. Dat blijkt uit een bericht van het ministerie van Economische Ontwikkeling (MEO).
MEO-minister Ruisandro Cijntje (PNP), premier Gilmar Pisas (MFK) en de minister van Gezondheid, Milieu en Natuur (GMN), Dorothy Pietersz-Janga (MFK) hebben samengezeten om te praten met de ingenieurs en wetenschappers van het project. Proteus is een laboratorium onder water dat dient als onderzoekscentrum. Al eerder is bekendgemaakt dat Curaçao geselecteerd is om dit megaproject te bouwen, want, zo stelt MEO: ,,Curaçao is de enige plek waar koralen zich nog op natuurlijke wijze ontwikkelen en groeien.” De bedoeling is dat het project in 2026 start, maar de minister heeft te kennen gegeven er alles aan te willen doen om al in 2025 te kunnen beginnen. Het onderzoekscentrum wordt gebouwd in de buurt van Fuik. ,,Dit zal een nieuw type toeristen naar het eiland trekken”, zo meent MEO.
De groep ingenieurs en wetenschappers die op Curaçao was wordt voorgezeten door Fabien Cousteau, kleinzoon van de legendarische oceanograaf Jacques Cousteau. Het bezoek is mogelijk gemaakt door Curaçao Investment & Export Promotion Agency (Cinex). Het project past volgens Cijntje goed bij de inspanningen om de economie van het eiland te diversifiëren. Ook in de Nationale Export Strategie (NES) wordt de ontwikkeling van de Blauwe Bio Economie genoemd. Daarbij wordt gebruikgemaakt van de zee als bron van duurzame ontwikkeling. ,,Ondanks de klimatologische veranderingen en de opwarming van de oceaan, is het Curaçao gelukt de zee voor een deel te beschermen waardoor koralen zijn blijven groeien en reproduceren waardoor ook voor de vissen een gezond ecosysteem in stand is gebleven. Een onderzoek van het Waitt Institute heeft aangetoond dat de Curaçaose wateren 400 miljoen dollar per jaar opleveren als toeristische attractie. Als we daar niet goed voor zorgen, raken we deze inkomsten kwijt”, aldus MEO.
Foto Proteus