‘Overheid moet randvoorwaarden stellen voor inclusief onderwijs’
Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Ondanks alle ontwikkelde beleidsplannen, is van een daadwerkelijke hervorming in het speciaal onderwijs nog geen sprake, zo concludeert de Inspectie Onderwijs na een opsomming van alle problemen in dit type onderwijs.
Het gaat om in totaal 1.198 leerlingen die zowel op het funderend speciaal onderwijs als het voortgezet speciaal onderwijs zitten, in totaal op 14 scholen. De inspectie wijst erop dat het niet alleen gaat om technische hervormingen, maar er wordt ook een meer inclusieve denkwijze gemist. De inspectie: ,,Daar ligt dus een stevige rol voor de overheid van Curaçao om de randvoorwaarden te scheppen voor inclusief onderwijs. Investeringen in het speciaal onderwijs zijn niet alleen nodig om het onderwijsveld te versterken, maar ook om sociale uitsluiting tegen te gaan en onderwijs van goede kwaliteit te kunnen garanderen voor alle kinderen en jongeren met een beperking. Er is hopelijk een niet zo lange weg meer te gaan om de nodige veranderingen en vernieuwingen in het speciaal onderwijs door te voeren”, zo schrijft de inspectie hoopvol in ‘De staat van het onderwijs 2020’ dat onlangs aan de Staten is aangeboden. In het schooljaar 2019-2020 is door het ministerie van Onderwijs, Wetenschap, Cultuur en Sport (OWCS) en de Inspectie Onderwijs extra aandacht geweest voor het speciaal onderwijs. ,,In september 2020 is het transitiemodel funderend speciaal onderwijs opgeleverd en bekrachtigd door de minister van OWCS”, aldus het rapport. Aandacht voor dit type onderwijs is hard nodig, want, zo wordt opgetekend: ,,De beleidsvorming rond het speciaal onderwijs is de afgelopen jaren ondergesneeuwd geraakt en verloopt om uiteenlopende redenen traag. De landelijke kaders zijn hoognodig, want zo zijn er bijvoorbeeld geen faciliteiten om kinderen met ernstige gedragsstoornissen en psychische problemen op te vangen in het onderwijs. Tevens worden leerlingen met een visuele beperking in enkele gevallen uitgesloten van het regulier onderwijs. Een aantal leerlingen wordt onder andere opgevangen binnen de stichting Pro Bista. Naast de ontwikkeling van kaders is ook de uitvoering van het beleid noodzakelijk. Tussen de vaststelling van het beleid en de daadwerkelijke implementatie van het beleid verstrijkt veel tijd. De afgelopen jaren zijn er diverse trajecten gestart om de kerndoelen, de beleidskaders en de wetgeving voor het funderend speciaal onderwijs, het voortgezet speciaal onderwijs en het arbeidsgericht onderwijs te ontwerpen, te ontwikkelen en te schrijven.” Vervolgens wordt geconcludeerd dat van daadwerkelijke hervorming in het speciaal onderwijs nog geen sprake is. En hier is ook een verklaring voor, zo staat volgens de Inspectie Onderwijs geschreven in het beleidsplan ‘Ku Tur Derechi’ (2014). Daarin staat: ,,Er lijkt in het Curaçaose onderwijs en in de maatschappij onvoldoende bewustzijn te zijn van de noden en rechten van personen met een beperking. Dit blijkt uit het feit dat Curaçao nog geen integraal beleid kent met betrekking tot deze personen en uit het feit dat de internationale verdragen met betrekking tot personen met een beperking niet geratificeerd zijn, al wordt al sinds 1986 gesproken over vernieuwing van het speciaal onderwijs.”