Raffinaderij en CRU zorgen samen voor 90% luchtvervuiling
Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Smoc, stichting Schoon Milieu Op Curaçao, wil weten hoe de toekomstige exploitant van de Isla-raffinaderij gaat moeten, maar vooral ook kúnnen, voldoen, per direct, aan - ook door de rechter bevolen - moderne milieunormen, met name die voor de luchtkwaliteit.
Dat schrijft Smoc-voorzitter Peter van Leeuwen aan de leden van het PMO-team (Project Management Organisatie), dat in opdracht van overheids-nv Refineria di Kòrsou (RdK) en de regering op zoek is naar een strategische partner als operator van de Curaçaose oliesector. Dat behelst naast de raffinaderij, ook Curaçao Refinery Utilities (CRU) alsmede de terminal bij Bullenbaai.
,,In de periode dat de Isla niet meer operationeel is, is uit de luchtmetingen duidelijk geworden dat 90 procent van de luchtvervuiling veroorzaakt werd door de raffinaderij (70 procent) en CRU (20 procent) en overigens inclusief Aqualectra/verkeer/scheepvaart voor slechts 10 procent”, aldus Smoc, die hiervoor verwijst naar de metingen van de overheid (GMN). ,,Zoals uitvoerig gedocumenteerd met het PMO en door Smoc besproken, is de oorzaak hiervoor het gebruik van pitch (asfalt) als brandstof en het niet toepassen van na-schakeltechnieken”, schrijft Van Leeuwen aan PMO-voorzitter Arthur Gevers naar aanleiding van het bericht zaterdag in het Antilliaans Dagblad over de voorgenomen herstart van de exploitatie, ook van de Isla, per maart 2021.
Het behoeft volgens de Smoc-voorman geen betoog dat ‘de staat van de raffinaderij een verantwoorde herstart van de raffinaderij onmogelijk maakt’, althans voordat fors wordt geïnvesteerd in onderhoud, alsmede een verbod op het gebruik van pitch als brandstof. Dit komt ook tot uiting in het rapport van de technische audit door E&D Technologies Texas uit 2017.
,,In onze bezwaarprocedure tegen de (verlenging van) Hindervergunning RdK is door Smoc op vele gronden aangetoond dat de exploitatie van de raffinaderij onder de bestaande Hindervergunning onder geen enkele voorwaarde mag worden voortgezet”, vervolgt het schrijven, dat ook gericht is aan de overige huidige- en ex-leden van PMO, interim-directeur Marcelino ‘Chonky’ de Lannoy van RdK, premier Eugene Rhuggenaath, minister Zita Jesus-Leito van Volksgezondheid en Gabriel Murray, sectordirecteur belast met Milieu binnen het ministerie van Gezondheid, Milieu en Natuur (GMN).
Smoc ziet de reactie van PMO-voorzitter Gevers ‘met buitengewone belangstelling tegemoet’. Intussen worden de uitkomsten van de bezwaarprocedure, die ook door Foundation Clean Air Everywhere (FCAE) en Amigu di Terra en Defensa Ambiental is gevoerd, afgewacht. Ook verwijst Smoc naar de besprekingen van PMO en het vonnis van de rechter van augustus 2019 ‘en in het licht van de door de overheid toegezegde transparantie en haar streven naar verduurzaming’.
,,Gezien het belang voor de bevolking van Curaçao, met name voor de bewoners ‘onder de rook’, worden ook in dit verzoek in kopie de directeur GMN, directeur RdK, de minister van Volksgezondheid en de premier op de hoogte gebracht van dit dringende verzoek om tijdig geïnformeerd te worden.”
Wilt u het vervolg van dit artikel lezen? Neem een online abonnement op de krant.