Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Refineria di Kòrsou (RdK) en Curaçao Refinery Utilities (CRU) hebben gisteren beslag laten leggen op eigendommen en een Curaçaose bankrekening van Refineria Isla Curaçao bv. Dit om betalingen van lokaal uitstaande schulden veilig te stellen, waaronder een deel van de afvloeiingsregeling van ex-werknemers van Isla.
Dat laat RdK weten in een persbericht. Het gaat om een bedrag van 48 miljoen gulden. De rekening bij Girobank van Isla valt niet binnen het beslag, benadrukt RdK, juist omdat ‘daarop blijkbaar voldoende geld gereserveerd is om de ex-werknemers van te kunnen betalen’. Isla heeft eerder wel een cheque uitgeschreven van 15 miljoen gulden, maar die heeft RdK niet kunnen verzilveren.
Aanleiding is een dispuut over het tarief dat overheids-nv’s RdK en CRU in rekening brengen voor de opslag van producten sinds 15 januari. Dat is de datum dat de installaties bij Emmastad en Bullenbaai door Refineria Isla werden overgedragen aan RdK. ,,CRU heeft Isla bv een redelijke prijs van vijftig dollarcent per vat in rekening gebracht, maar Isla wil vanaf april slechts 40 dollarcent per vat betalen”, aldus het persbericht.
Het besluit tot beslaglegging is genomen nadat in augustus duidelijk werd dat Isla een deel van de opgeslagen olieproducten in de uitverkoop deed. De twee Curaçaose overheids-nv’s hadden geen andere optie dan beslag te laten leggen op de voormalige exploitant van de raffinaderij ‘gezien de grootte van het uitstaande bedrag aan schulden’ en het feit dat Isla bv geen inkomsten heeft. Isla is dochteronderneming van het in zwaar weer verkerende Venezolaanse staatsoliebedrijf PdVSA. ,,Als Isla bv dan ook nog eens haar producten voor een te lage prijs verkoopt, lopen lokale schuldeisers een groot risico niet betaald te krijgen”, aldus het persbericht.
De Curaçaose nv’s op hun beurt hebben ook geen inkomsten nu de raffinaderij stilligt en er nog geen gebruik wordt gemaakt van de opslagcapaciteit bij Bullenbaai door nieuwe partijen. ,,RdK en CRU moeten het geld dat Isla schuldig is ontvangen om de werknemers in de toekomst te kunnen betalen.” CRU is dochtermaatschappij van RdK, namens de overheid eigenaar van de raffinaderij, en heeft per 1 juli 530 van de 911 Isla-medewerkers overgenomen. Het merendeel werkt op basis van een vijftig procent-contract, dus twintig uur per week.
RdK zegt ondanks herhaaldelijk aandringen nooit een duidelijk beeld gekregen te hebben van de producten van Isla die nog zijn opgeslagen in de tanks op Curaçao. Vorige maand ontstond er onrust onder de ex-werknemers van Isla toen de olietanker Promoter met 300.000 verkochte vaten dieselolie niet kon vertrekken. RdK was terughoudend met het afgeven van een ‘letter of comfort’ en wilde zekerheid dat de verkoop niet indruiste tegen de regels van de licentie die is afgegeven door het Office of Foreign Assets Control (Ofac) in de Verenigde Staten. Uiteindelijk kon het schip wegvaren en kon Isla beginnen met het uitbetalen van het derde deel van de afvloeiingsregeling aan de ruim 900 voormalige personeelsleden, zo bevestigde hr-manager Lucas Beaujon destijds. De totale afvloeiing kost Refineria Isla honderd miljoen gulden en gebeurt in vijf tranches van ieder 20 miljoen gulden. Beaujon zei dat om het vierde en vijfde deel ‘zo snel mogelijk’ te kunnen uitkeren ‘nog meer producten zullen moeten worden verkocht’. Maar ook de bevroren tegoeden bij Girobank vormen een ‘deel van de puzzel’. Naar eigen zeggen heeft Refineria Isla veertig miljoen gulden ondergebracht bij de bank waarvoor sinds eind 2019 een moratorium van kracht is voor bankrekeningen met 10.000 gulden of meer.
Wilt u meer informatie? Neem een online abonnement op de krant.