Analyse redactie
,,De private sector vervult een belangrijke rol in de economische ontwikkeling (van een land, red.) vanwege zijn bijdrage aan de werkgelegenheid, het inkomen en de goederen en diensten die de kwaliteit van het leven ten goede komen.” Zo begint de bijdrage ‘Effects of red tape on business and economic development’ van een analist/onderzoeker van de Centrale Bank CBCS waar deze krant afgelopen week over berichtte onder de kop ‘Red tape rijst de pan uit’.
De private sector wordt in het algemeen beschouwd als ‘de belangrijkste aanjager van groei, innovatie en werkgelegenheid’. Ook levert de private sector ‘een aanzienlijke bijdrage aan de overheidskas’. ,,Vandaar dat de inspanningen van de overheid om een stabiele en gunstige macro-economische omgeving te scheppen, waarin de particuliere sector tot bloei kan komen, van essentieel belang zijn.”
Een dergelijk klimaat wordt bepaald door regels en voorschriften die nodig zijn om het algemeen belang te dienen en een goed functionerende particuliere sector te bevorderen. Zo zijn er bijvoorbeeld regels en voorschriften die eigendomsrechten beschermen of helpen bij het oplossen van geschillen en het tot stand komen van economische transacties.
Voor organisaties kan dit echter resulteren in extra kosten, vooral als de uitvoering niet op de meest efficiënte wijze plaatsvindt. Dan kunnen regels en voorschriften de ontwikkeling en groei van de particuliere sector zelfs langdurig ‘belemmeren’.
De auteur van de bijdrage - Reggie Martes, Economic Analysis & Research Specialist bij de Centrale Bank in Willemstad - wijst erop dat er diverse definities en concepten worden gebruikt voor de problemen die gepaard gaan met overtollige of onnodige regels en voorschriften. Zoals administratieve formaliteiten (rompslomp), ‘red tape’, bureaucratie, administratieve lasten of compliance.
De wetenschapper Barry Bozeman wordt aangehaald; hij deed uitgebreid onderzoek naar red tape en definieert dit als ‘regels en procedures die van kracht blijven en een bepaalde nalevingslast met zich meebrengen zonder dat zij de legitieme doeleinden bevorderen die zij beogen te dienen’. Red tape, kortom, duidt op buitensporig of zinloos papierwerk en onnodige regels of procedures.
Voorbeelden van red tape of administratieve lasten die de prestaties van een bedrijf in de weg kunnen staan zijn langdurige registratieprocedures, een grote hoeveelheid verplicht papierwerk en vergunningaanvraagprocedures om te mogen opereren, zoals bedrijfsvergunningen en bouwvergunningen, en omslachtige belastingregelingen.
Ondanks de vele definities en concepten, aldus de CBCS-deskundige, is er één belangrijk aspect dat in álle definities van bureaucratie naar voren komt, namelijk: de buitensporigheid van de betrokken regels en voorschriften. Buitensporige regels en voorschriften leiden tot inefficiëntie en verspilling van middelen, en hebben daardoor een negatieve invloed op de economische groei. Op microniveau kan de strikte toepassing van buitensporige regels en voorschriften de prestaties van zowel overheidsorganisaties als het bedrijfsleven (ernstig) verzwakken.
Ook op Curaçao bestaat red tape, zoals overal ter wereld. Het gaat vooral om de mate waarin en of en zo ja wat eraan gebeurt om het te verminderen tot zodanige proporties dat bureaucratie niet of slechts minimaal leidt tot inefficiënties, verzwakking van en een rem op de economie. De jongste studie van de CBCS, uitgevoerd samen met de Kamers van Koophandel (KvK) van Curaçao en Sint Maarten, wijst erop dat er nog té véél red tape is; ondanks dat dit bij herhaling door middel van tal van rapporten al aan de kaak is gesteld en er een ‘Red Tape, Red Carpet’-commissie aan het werk is gegaan.
Dat het op onze eilanden nog regelmatig ernstig is gesteld met de bureaucratische rompslomp, blijkt wel uit de veel zeggende gegevens met betrekking tot het opstarten van een nieuwe onderneming. Kan dat in sommige landen in een oogwenk, wat ook niet altijd het meest bevorderlijk is, naar de maatstaven van de Wereldbank geldt 100 dagen als standaard voor landen ‘met een slecht regelgevingsklimaat’. Volgens de respondenten in een enquête gehouden onder bedrijven op Curaçao en Sint Maarten scoren beide eilanden ónder dit niveau en duurt het gemiddeld zelfs 200 dagen - het dubbele - om hier te lande een bedrijf op te (kunnen) starten.
Dat móet natuurlijk anders (kunnen). Want ministaten staan per definitie 1-0 of zelfs meer achter in vergelijking met rijke en goed geoutilleerde ontwikkelde landen, maar dit is een kwestie van beter organiseren en aanpakken. Gemiddeld een half jaar moeten wachten voordat een bedrijf überhaupt kan beginnen, duidt niet op onmacht, maar eerder op onkunde. En het is te hopen dat het geen onwil is.
Red tape kost een gemeenschap onnodig veel tijd en dus ook onnodig veel geld. In een tijd van schaarste en waarin alle landen van de wereld met elkaar concurreren, is het niet alleen van belang voor Curaçao (en Sint Maarten) maar ook een regelrechte opdracht om elke vorm van bureaucratie te elimineren.
Ease of Doing Business Index
In de loop van de tijd hebben onderzoekers, velddeskundigen en internationale organisaties verschillende instrumenten ontwikkeld om de effecten van bureaucratie te meten. Een bekende maatstaf is de ‘Ease of Doing Business Index’, die door de Wereldbank sinds 2003 wordt gepubliceerd. De Ease of Doing Business Index is een wereldwijd vergelijkend meetinstrument met verschillende indicatoren om de kosten te meten die bedrijven maken bij het omgaan met bureaucratie (Wereldbank, 2020).
Daarmee wordt gemeten hoe het ondernemingsklimaat wordt beïnvloed door de regelgeving voor bedrijven. Het biedt kwantitatieve indicatoren over regelgeving voor het starten van een bedrijf; omgaan met bouwvergunningen; aanvragen voor elektriciteitsaansluitingen; de registratie van onroerend goed; verkrijging van krediet; bescherming van minderheidsinvesteerders; belastingbetaling; grensoverschrijdend zakendoen; afdwinging van contracten; en het afwikkelen van openstaande schulden bij faillissementen.
,,Helaas zijn Curaçao en Sint Maarten niet opgenomen in de steekproef voor de Ease of Doing Business Index-enquête”, aldus CBCS-specialist Reggie Martes. Daarom werd in de enquête van de Centrale Bank een vraag opgenomen waarmee gegevens over de indicatoren van de Ease of Doing Business Index zijn verzameld. Deze gegevens kunnen als benchmark dienen om de efficiëntie van de regelgeving op Curaçao en Sint Maarten tot op zekere hoogte te vergelijken en te analyseren met die in andere landen.