Minister Javier Silvania (MFK) van Financiën heeft afgelopen vrijdag in de Staten een bom laten afgaan: op Curaçao worden belastingplichtigen níet op gelijke wijze behandeld. Hij spreekt zelf van ‘Apartheid den kobramentu di impuesto’ (Apartheid bij de invordering van belastingen). Afhankelijk van welke positie iemand inneemt op de maatschappelijke ladder - maar dan specifiek binnen het overheidsapparaat, inclusief ministers en Staten, alsmede het geheel van overheidsentiteiten, zoals overheids-nv’s - is sprake van een andere (lees: meer soepele) behandeling.
Zonder uitdrukkelijk groen licht van de teamleider en/of het (adjunct-)hoofd van dienst bij de Ontvanger worden geen inningsinspanningen gedaan richting deze selecte groep van belastingplichtigen. Om zijn woorden kracht bij te zetten en het duidelijker te maken, zegt de bewindsman dat voor ‘Ma Yeye’ - als aanduiding voor de gewone man en vrouw - deze bijzondere behandeling niet van toepassing is. Want Ma Yeye moet wél volgens de bestaande regels gewoon belasting betalen. En dit mogen de invorderaars wél afhandelen zonder toestemming van hun chef of directeur. Silvania zegt dat hij ook hier het mechanisme van ‘friends & family’ heeft geconstateerd. Ongelooflijk, zo voegt de bewindsman er zelf aan toe.
Daar is geen woord te veel mee gezegd. Hoe is het mogelijk dat anno 2022 er kennelijk geen sprake is van een eenduidig belastinginningsbeleid, waarbij iederéén - rijk of arm, invloedrijk of gewoon burger, met een hoge functie binnen het overheidsapparaat of Ma Yeye - op dezelfde manier wordt behandeld? De overheid mag burgers verplichten belasting te betalen. Welke belastingen burgers moeten betalen, staat in de wet. En de wet geldt voor álle burgers. De Belastingdienst moet gelijke gevallen op een gelijke manier behandelen. Dat is het gelijkheidsbeginsel, namelijk dat personen in dezelfde (fiscale) omstandigheden op dezelfde manier dienen te worden behandeld. Dit is echter kennelijk niet de praktijk, zo moeten wij uit de schokkende woorden van de minister opmaken.
Hij trad medio juni 2021 aan en heeft tegen al heel wat aangeschopt. Soms ruw en onbetamelijk, zoals de manier waarop Silvania voor het oog van de (uitgenodigde) tv-camera tekeerging tegen het hoofd van de Inspectie. Maar inmiddels ook al vaker met het gelijk aan zijn zijde, zoals in het geval van de kabinetschef van zijn voorganger op het ministerie onder meer in verband met een irregulier verkregen lucratief driejarig contract.
Als het klopt wat de minister in de Staten zegt over de voorkeursbehandeling bij en door de Ontvanger - en hij zal zich baseren op hard feitenmateriaal - dan moet urgent de bezem door de Ontvangersorganisatie. Dat is deels al gebeurd met de aankondiging dat met ingang van 15 februari een externe functionaris bij het kantoor van de Landsontvanger ‘verantwoordelijk is voor de implementatie van alle maatregelen die nodig zijn om de geformuleerde doelstellingen te realiseren’. Maar de Landsontvanger zelf behield zijn positie. Het is de hoogste tijd voor schoon schip.