ANALYSE
Chata, de belangenvereniging van in de toeristische sector actieve particuliere bedrijven, rept van ‘crisis’ in het toerisme. De cijfers vertonen inderdaad een min. Minder verblijfstoeristen en minder toeristenovernachtingen. Dit terwijl het Tourism Master Plan uitgaat van een jaarlijkse groei. Om beter grip te krijgen op de ontwikkelingen en de aansturing, wil Chata meer invloed. Invloed binnen de Curaçao Tourism Development Foundation (CTDF), het bestuur van overheidstoeristenbureau CTB. Invloed op de leiding van CTB (lees: aanstelling van een krachtige ceo). Invloed op de, in de ogen van Chata, noodzakelijke reorganisatie van CTB. En invloed op de besteding van de marketinggelden voor de bewerking van de diverse markten waar toeristen vandaan komen.
De inkt van de persverklaring na de retraite van het Chata-bestuur was nog niet opgedroogd of CTB stuurde het bericht uit dat het toeristenbureau ‘verrast’ is en ‘met ongeloof’ kennis heeft genomen van de opstelling van de hospitality-vereniging. Immers, er wordt op zo veel fronten samengewerkt en onderling afgestemd. Ja, de statistieken laten een dip zien, vervolgt CTB, maar dat is mede het gevolg van de recente verkiezingen in de VS en de politieke situatie in Venezuela. Dit rechtvaardigt echter nog niet het luiden van de noodklok en iedereen moet vooral gefocust blijven.
De wens van Chata - sinds vorige week omgezet in een eis - op meer inspraak en zeggenschap binnen CTDF/CTB is niet van vandaag. Het is ook niet uniek voor Curaçao. Ook andere toeristeneilanden worstelen met dezelfde ‘machtsstrijd’. Het bedrijfsleven wil begrijpelijk per definitie een apparaat dat veel doelgerichter, slagvaardiger, flexibeler te werk gaat versus de meestal nogal bureaucratische aanpak binnen publieke organisaties. Terecht. Toerisme is vooral een business. Een waar snelle en adequate aansturing is vereist. (Meer) budget staat vrijwel gelijk aan (meer) succes, mits wijs ingezet. Elke marketingdollar levert een veelvoud op. Aan toeristen, overnachtingen, omzet, inkomen en werk. Hier moet iedereen aan bijdragen en het is (wel) de taak van de overheid om erop toe te zien dat dit ook daadwerkelijk gebeurt. Niet alleen door de traditionele hotels, maar ook door ‘alternatieve accommodaties’.
De schaarse gelden dienen productief te worden ingezet en dus zo min mogelijk aan het apparaat zelf. Dit alles vergt een veel meer bedrijfsmatige aanpak, waarbij niet is gezegd dat de overheid buitenspel wordt gezet. Integendeel. Maar de publieke sector is er, zoals het woord zegt, om het publieke doel te dienen, te faciliteren. In die zin heeft Chata gelijk: de (stagnerende en zelfs tegenvallende) prestaties, de moordende en slimme concurrentie ‘out there’ én het feit dat er een groot nationaal economisch belang mee is gemoeid, nopen tot een grondige heroriëntatie. Dit moet in gezamenlijkheid gebeuren. Met CTB en het ministerie van Economische Ontwikkeling (MEO) in een public-private partnership, zoals voorgenomen en beloofd op pagina’s 76 en 77 van het masterplan. Niet langer dralen, maar dóen.
Toch moet Chata óók intern orde op zaken stellen, zaken onderling eerlijk benoemen en oplossen. Chata wordt al tijden verdeeld door de vraag of nu gemikt moet worden op de verdere uitbouw van de Europese markt - waar Curaçao als bestemming bovengemiddeld goed scoort - of juist middelen moet aanwenden voor het opkrikken van de Amerikaanse markt, die nog zeer matige resultaten oplevert. Het masterplan wijst op de in potentie grote kansen die Noord-Amerika heeft te bieden, zonder tegelijkertijd Europa te verwaarlozen. Sommige hotels die meer gericht zijn op de veeleisende Amerikaanse vakantieganger hebben het momenteel zwaar, zwaarder dan de rest. Door de dip, waaronder uit Venezuela waar in wezen niemand echt iets aan kan doen, door de soms oneerlijke concurrentie van appartementen, maar eveneens doordat hun product niet meer ‘up to par’ is en dus ondermaats is. Met name de oudere hotelcomplexen vereisen enorme investeringen in upgrading. De recente verkoop en renovatie van het Marriott zullen een goede kwaliteitsimpuls zijn voor andere (naburige) hotels op het eiland om ook hun voorzieningen flink te verbeteren. De overheid kan eventueel incentives aanbieden, evenals dat de overheid er dwingend op moet toezien dat vrijwel leegstaande, in slechte staat verkerende hotels (Plaza) of zelfs gesloten hotels (Sunset Waters, voorheen Coral Cliff) binnen een strakke termijn worden opgeknapt en heropend - desnoods af te dwingen via een gerechtelijke procedure.
Toerisme is een business. Een ook voor Curaçao niet langer te negeren belangrijke bedrijfstak. Met honderden miljoenen aan investeringen. Duizenden banen. En een enorme bijdrage aan de economie (bruto binnenlands product) en deviezen/buitenlandse valuta. Bijna iedereen eet en leeft ervan, direct of indirect. Het is zeer begrijpelijk dat Chata de regering vraagt van toerisme een échte prioriteit te maken. Met demissionair minister Eugene Rhuggenaath (PAR) bij MEO aan het roer en de - gezien de voortgang van de formatie - grote kans dat hij ook in het te vormen nieuwe kabinet op deze post blijft, zijn de vooruitzichten gunstig. Wel heeft iedereen huiswerk te doen en de te nemen maatregelen zullen lang niet altijd even populair zijn, zoals de noodzakelijke hervormingen bij CTDF en CTB. Dat geldt ook voor Chata die hand in eigen boezem moet steken en in eigen kring harde noten moet kraken. De door deze belangenvereniging gesignaleerde ‘crisis within tourism sector’, zoals deze week aangezwengeld, vergt een collectieve - public/private - inspanning, met gelijktijdige actie van individuele stakeholders. Dat geldt zeker ook voor de opstandige Chata-leden (hotels) die gedreigd/aangekondigd hebben de vereniging te verlaten. Verbeter het toerisme, begin bij jezelf!