Van onze redactie
Caracas - Het Hooggerechtshof in Venezuela heeft de eventuele inkorting van de termijn van president Nicolás Maduro van zes naar vier jaar verworpen. De oppositie, die in de meerderheid is in het parlement, had daarover een voorstel tot wetswijziging ingediend, aldus La Chispa.
Het Hooggerechtshof, dat de reputatie heeft om aan de kant te staan van de socialistische president, geeft aan dat het amendement wel grondwettelijk is, maar niet retroactief kan optreden of meteen van kracht kan gaan, omdat dat zou ingaan tegen ‘de wil van het volk’. De oppositie noemt de beslissing van het Hof een blokkerende maatregel van de overheid.
Het Hooggerechtshof heeft de afgelopen maanden ook al enkele beslissingen genomen om de macht van het parlement te beperken, zoals het schrappen van de mogelijkheid om zich uit te spreken over de parlementaire immuniteit van zijn leden en het feit dat het parlement enkel nog de uitvoerende macht kan controleren.
De oppositie, die voor het eerst in 17 jaar in de meerderheid is in het parlement, heeft al verschillende pogingen gedaan om Maduro af te zetten, waaronder een grondwetshervorming en een referendum. Dat referendum over de mogelijke afzetting van Maduro was slechts mogelijk zodra Maduro in de helft van zijn ambtstermijn zat, wat het geval was op 19 april. Om de volksraadpleging te mogen organiseren, moet de oppositie wel 4 miljoen handtekeningen verzamelen en het referendum laten goedkeuren door de nationale verkiezingsraad, die volgens de oppositie is onderworpen aan de president. Oppositieleider Henrique Capriles wil volgens <I>BBC<I> dat het referendum nog dit jaar plaatsvindt, ‘anders heeft het geen zin’.
Venezuela lijdt onder een zware politieke crisis sinds de overwinning van de oppositie bij de parlementsverkiezingen van december. Het was sinds 1999 dat dat nog gebeurde, en leidde tot talrijke wettelijke conflicten en blokkeringen tussen de overheid en het parlement. Daarnaast heerst in het land, dat bijna volledig afhankelijk is van olie-export, een diepe economische crisis door de lage olieprijzen.
