Door Jeroen Starreveld
De Nederlandse staatssecretaris Weekers (VVD) heeft zijn pijlen gericht op, onder andere, structuren waarbij gebruik wordt gemaakt van een Stichting Particulier Fonds (SPF) die op Curaçao winstbelasting betaalt en aandelen houdt in een Nederlandse vennootschap. In een brief aan de Tweede Kamer kwalificeert de staatssecretaris dergelijke structuren als een onbedoeld gevolg van een wetswijziging in 2010, een knelpunt mogelijk gemaakt door de staatssecretaris zelf. Omdat destijds met deze structuren geen rekening werd gehouden, is een wetswijziging in Nederland om budgettaire redenen nu noodzakelijk.
Vanaf 1 januari 2010 wordt in Nederland het vermogen en het inkomen van een SPF voor fiscale doeleinden toegerekend aan degene die het vermogen in de SPF heeft ingebracht. De persoon die het vermogen heeft ingebracht in de SPF, moet over het vermogen en het inkomen belasting betalen in Nederland, indien deze persoon uiteraard belastingplichtig is in Nederland. Door de SPF wordt als het ware heen gekeken.
Belastingheffing in Nederland blijft dan alleen achterwege indien de SPF op Curaçao is onderworpen aan een reële belastingheffing, de zogenaamde toerekeningstop. Een SPF op Curaçao kan onderworpen zijn aan belastingheffing tegen een tarief van 10 procent, indien de SPF op verzoek wordt aangemerkt als doelvermogen. In beginsel kwalificeert dit als een reële belastingheffing naar Nederlandse maatstaven. Belastingheffing vindt dan plaats op Curaçao en niet in Nederland. En vooral dat laatste lijkt door de staatssecretaris aangemerkt te worden als een knelpunt. Er is immers een crisis gaande, ook in Nederland.
Wat nu? Nog niet bekend is gemaakt op welke wijze een wetsvoorstel het door de staatsecretaris geconstateerde knelpunt kan oplossen. Dit zal ongetwijfeld op Prinsjesdag in Nederland (derde dinsdag van september, als de rijksbegroting van volgend jaar wordt gepresenteerd, red.) bekend worden gemaakt. Wellicht dat de toerekeningstop als gevolg van een reële belastingheffing niet langer wordt toegepast en alsnog het vermogen en inkomen van de SPF wordt toegerekend aan de persoon die het vermogen heeft ingebracht. Dan kan een dubbele heffing ontstaan, namelijk heffing op Curaçao en heffing in Nederland. De heffing op Curaçao zou dan als een voorheffing op de Nederlandse belastingheffing moeten kwalificeren, om dubbele heffing te voorkomen.
Een andere oplossing ligt op Curaçao. De SPF kan verzoeken om niet langer aangemerkt te worden als doelvermogen, met als gevolg dat de SPF in beginsel vanaf 2014 is vrijgesteld van belastingheffing op Curaçao. Een dergelijk verzoek zou dan nog in 2013 moeten plaatsvinden, waarbij dan wel rekening gehouden moet worden met een heffing van 10 procent over eventueel aanwezige stille reserves. Indien SPF’en die kwalificeren als doelvermogen hier massaal voor kiezen, dan zou deze optie in de Curaçaose wetgeving een dode letter kunnen worden.
Vervolgens moet de persoon die het vermogen heeft ingebracht in een SPF wel het vermogen en hieruit voortkomende inkomen verantwoorden in de Nederlandse aangifte alsof het aan die persoon toebehoort. Vragen over het verleden kunnen dan niet worden uitgesloten, waarbij de staatssecretaris zich vast gaat afvragen of er feitelijk wel sprake was van een reële heffing in de jaren 2010 - 2013. Mocht dat niet zo zijn, dan heeft de staatssecretaris ook hier al over nagedacht. In Nederland heeft de staatssecretaris namelijk ook bekendgemaakt dat belastingplichtigen die inkomen of vermogen niet hebben aangegeven, dit alsnog kunnen doen door zich voor 1 juli 2014 te melden. Het opleggen van een boete blijft dan achterwege. Leuker kan men het niet maken.
Jeroen Starreveld is fiscalist/partner bij Spigt Dutch Caribbean Advocaten & Belastingadviseurs op Curaçao.