De grenzen met Venezuela zijn dicht. Toch bereiken Venezolaanse vluchtelingen van de kustprovincie Falcón nog steeds onze eilanden. Hier aangekomen, meestal na veel ontberingen, zijn ze vogelvrij.
Er is geen enkele instantie waar ze terechtkunnen voor medische hulp, voor voedsel, onderdak en er is evenmin een mogelijkheid om aan te tonen welke kennis en capaciteiten ze hebben en of ze in aanmerking komen voor asiel en hervestiging elders. Kortom, er is geen registratie noch enige vorm van opvang.
Integendeel. De ongedocumenteerde ontheemden worden vervolgd en opgepakt, om in overvolle barakken en politiecellen te belanden in afwachting van deportatie.
Tot eind juli 2017 konden deze vluchtelingen nog terecht bij het Rode Kruis en UNHCR (United Nations High Commissioner for Refugees) om een status van asielzoekende aan te vragen. Maar de overheid wilde dat deze instanties stopten met registreren en gaf aan met een eigen procedure te komen.
Echter, die eigen procedure is er niet. Er is wel een kantoor: Toezicht en Uitzetting, dat mensen na een gesprek door kan sturen naar de UNHCR voor hulp. Maar dat kantoor heeft nog niemand doorverwezen. Sterker nog, mensen die zich daar melden worden dezelfde dag uitgezet.
Waar wel een noodplan voor klaar ligt, is een vluchtelingencentrum. Dat plan, begroot op 4 tot 5 miljoen gulden, is vorig jaar ingediend bij Nederland. Maar het blijkt dat Nederland niet over de brug komt met geld zolang Curaçao niet het internationale Vluchtelingenverdrag uit 1951 ondertekent. De Curaçaose overheid zegt dat het om economische en financiële redenen niet in staat is het verdrag te ondertekenen. Met het gevolg dat er niets gebeurt.
Of erger, Curaçao maakt een ernstige fout tegen de mensenrechten met het huidige deportatiebeleid. Want ons land mag geen onvrijwillige terugkeer naar Venezuela eisen, omdat het gebonden is aan het Europees Verdrag voor de Rechten voor de Mens (EVRM) en artikel 3 verzet zich ook tegen uitzetting als iemand gevaar loopt in eigen land (het ‘non refoulement principe’). Helaas lopen de procedures in het kader van artikel 3 EVRM nog niet.
Zo is er geen rechtsbescherming. Ook niet voor de jonge overlevenden van de schipbreuk bij Koraal Tabak van begin dit jaar.
Ondertussen groeit onder de burgers de solidariteit. Mensen geven humanitaire steun en er zijn werkgevers die garant staan voor het legaliseren van hun ongeregistreerde werknemers.
Het is hoog tijd dat de overheid ruimte geeft aan deze burgerinitiatieven en overgaat op een humanitair en meer rechtvaardig vluchtelingenbeleid. Om te beginnen met het ondertekenen van het Vluchtelingenverdrag.
Ieteke ‘Inchi’ Witteveen (antropoloog), Rianne Hellings (webdesigner), Ace Suares (open source-specialist), Ini Statia (taalkundige), Efrain Juliet (leraar en videoproducer), Dick Drayer (journalist en antropoloog), Herman van Bergen (schilder en beeldhouwer), Pedro Driggs (musicus) en Walter Pirela (management food & beverage), Curaçao