Door Ron Gomes Casseres
We zitten middenin het seizoen van de evaluaties. Deze evaluaties hebben allen betrekking op hetgeen op 10-10-‘10 wet en regelgeving is geworden. De justitiële wetten betreffende het gemeenschappelijk hof van justitie, de politie en het openbaar ministerie worden door onafhankelijke deskundigen geëvalueerd. Zo ook het financieel toezicht, waar ik de eer had deel van te mogen zijn. Daarnaast worden er op de drie Caribisch Nederlandse openbare lichamen evaluaties gehouden om te bepalen hoe goed of minder goed die eilandelijke samenlevingen het ervaren om ‘openbaar lichaam’ (wat een afschuwelijke terminologie is dat voor een samenleving van mensen!) van Nederland te zijn - en wat aan de minder goede ervaringen gedaan moet worden.
Curaçao en St. Maarten
Er is echter ook een heel belangrijke verandering die op 10-10-‘10 heeft plaatsgehad en die niet wordt geëvalueerd door onafhankelijke deskundigen, en dat is de nieuwe status van Curaçao en St. Maarten als autonoom land in het koninkrijk.
Het Koninklijk Instituut voor Taal-, Land- en Volkenkunde start binnenkort een grootschalig onafhankelijk en wetenschappelijk opinieonderzoek over de relaties binnen het Koninkrijk en de veranderingen van 10-10-’10. Het instituut concentreert zich op de relatie tussen het eiland en Nederland, de lokale politiek op het eiland, en het mediagebruik. Dat is echter niet voldoende en bovendien heeft Curaçao bij de voorbereiding van dat onderzoek, dat gefinancierd wordt door de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek, geen enkele inbreng gehad.
In 2005 stemden bijna 86 procent van de stemmers voor een autonoom Curaçao in de verwachting dat een daadkrachtiger en doeltreffender beleid zou volgen dat gericht is op het welzijn en de welvaart van ons eigen volk. Immers, Curaçao zou dan ‘bevrijd’ zijn van politieke coalities met politici en politieke partijen van andere eilanden met geheel andere prioriteiten. Klaarblijkelijk dacht in 2009 de nipte meerderheid van referendumstemmers dat ook, maar zijn deze verwachtingen na vijf jaar gerealiseerd?
Een nieuwe realiteit
In een vervolg op Alice in Wonderland van Lewis Carroll stapt Alice door een spiegel om van haar wereld terecht te komen in een fantasiewereld - om daarna weer door die spiegel terug te stappen naar de reële wereld. Zo zijn wij in Curaçao van de wellicht onrealistische verwachtingen van vóór 10-10-‘10 door een sprookjesachtige spiegel gestapt en vijf jaar geleden terechtgekomen in de nieuwe realiteit van ná 10-10-‘10. Die realiteit is één waar er onvoldoende - zo géén - sprake is van een daadkrachtiger en doeltreffender beleid of van grotere welzijn of welvaart. Indien wij vroeger zo trots waren op onder andere onze infrastructuur, ons onderwijs, de medische zorg, de sociale opvang, onze gezinsstructuur en de dynamiek van onze economie, blijft ons vandaag niet veel meer over dan trots te zijn op onze internationale sporters en de beeldende kunst van onze kunstenaars. Over de rest moeten we vaak samen huilen.
In dit seizoen van evaluaties moeten we daarom de vraag stellen of wij bereid zijn om, gelijk thans geschiedt in Caribisch Nederland, door onafhankelijke deskundigen wetenschappelijk te laten onderzoeken of onze samenleving content is met de nieuwe status en indien niet, welke veranderingen moeten worden doorgevoerd in hetgeen wij dagelijks ervaren in onze samenleving, van onze verwachtingen en perspectieven, van wat wij gedroomd hebben en van wat de nieuwe realiteit is.
Durven we?
Durven onze leiders een dergelijke evaluatie aan - en nog belangrijker, durven leiders in alle sectoren van onze samenleving dan ook de uitkomsten daarvan te respecteren en veranderingen door te voeren om tegemoet te komen aan de wensen van Curaçao? Ik weet daar het antwoord niet op, maar ik zou willen hopen van wel.
Wat schrikbarend is dat ik steeds vaker opmerkingen beluister in onze samenleving dat de 8 procent en de bijna 26 procent die in respectievelijk 1993 en 2005 voorstander waren om onze autonomie op te geven en onderdeel van Nederland te worden, misschien wel gelijk hadden. Een recent boek van Olaf Wilders, ‘Hij is de weg kwijt’, waarin een voorverkenning wordt beschreven van de gevolgen van de veranderingen na 10-10-‘10, lijkt er op te wijzen dat velen in onze samenleving overgestapt zijn van een ideëel beeld naar een pragmatische aanpak. Als dat zo is, dan is dat een zorgelijke ontwikkeling die aangepakt moet worden door een daadkrachtiger en doeltreffender beleid. En om te bepalen wat sinds 10-10-‘10 niet is verwezenlijkt van de verwachtingen die toen bestonden en wat er moet gebeuren om die alsnog te verwezenlijken, is zo’n onderzoek en evaluatie ook hier in Curaçao noodzakelijk.
Are we better off?
Ronald Reagan vroeg in 1980 aan de Amerikaanse stemmers: ‘Are you better off than you were four years ago?’ en wist met die kernvraag het presidentschap uit de handen van Jimmy Carter te rukken. Hebben wij het vandaag beter dan vijf jaar geleden? Dat is de vraag die wij ons over enkele weken, op 10-10-‘15, dienen te stellen. En als we daarop niet een positief antwoord (kunnen) geven, dan is het hoog tijd om objectief en wetenschappelijk te bepalen waarom dat zo is, en wat er moet gebeuren opdat wij die vraag over nog vijf jaar niet weer negatief moeten beatwoorden. Wat denkt u: durven onze politieke gezagsdragers een dergelijke evaluatie uit te voeren, en de resultaten daarvan te respecteren?