Bij de afgelopen verkiezingen van 2016 is 34 procent van de bevolking niet gaan stemmen en een aanmerkelijk aantal heeft blanco gestemd. Er zijn verschillende redenen aan te wijzen waarom slechts 66 procent is gaan stemmen.
Een groot gedeelte van de niet-stemmers zijn ouderen die slecht ter been of bedlegerig zijn, of wegens ziekte het stembureau niet kunnen bereiken, maar ook mensen die gewoon geen weet hebben van wat er om hen heen gebeurt. Er zijn ook mensen die hun stembiljet niet kunnen ophalen. Ik weet dat, omdat ik in de wijken heb gelopen, veel met mensen heb gesproken en de zelfkant van ons Dushi Kòrsou heb gezien.
Curaçao lijdt aan vergrijzing en men weet al dat de bevolking moet groeien; ik heb diverse politieke panels meegemaakt en niemand had een oplossing of een duidelijke visie.
We zijn het op één punt allemaal met elkaar eens, en wel, dat de Yu di Kòrsou terug moet komen; maar hoe dan?
Het landskind, dat in het buitenland woont - met name in Nederland - wil graag terugkomen, maar beziet met argusogen de politieke taferelen op ons eiland.
Ons Kiesreglement biedt hun niet de mogelijkheid om te kunnen stemmen en ook hun mogelijke toekomst mede te helpen bepalen; daar zullen we aan moeten beginnen. Er moet een wetsvoorstel komen deze landskinderen de mogelijkheid te bieden hun politieke leiders te kiezen en met hun stem een basis te kunnen leggen voor terugkeer. Met de komst van onze mensen uit Nederland zullen zij ook de nodige vooruitgang met zich meebrengen.
We hoeven het wiel niet opnieuw uit te vinden, wij kennen in ons recht het concordantie-beginsel - het beginsel van overeenstemming van wetgeving - met Nederland; onze Curaçaose Staatsregeling is een ‘copy-paste’ van de Nederlandse Grondwet.
Laten we dus op overeenkomstige wijze naar de Nederlandse Kieswet kijken en creatief zijn bij een wettelijke verwerkelijking naar Curaçaos recht van kiesrecht voor Curaçaoënaars in het buitenland.
Geraldine Scheperboer-Parris
DP (Partido Democraat)
Curaçao