Terwijl onze minister van Justitie aan de ene kant dweilen aansleept uit China om de vloer droog te houden en de boeven 24/7 in de gaten houdt door middel van camera’s, met als bijproduct dat het afgelopen is met het vreemdgaan want je wordt gezien, staat aan de andere kant de kraan wijd open en verlaten jongeren bij bosjes vroegtijdig het schoolsysteem, waarna hun na het afnemen van een beroepskeuzetest wordt verteld dat een carrière als boef de enige optie is.
Terwijl aan de ene kant ambitieuze jongeren naar allerlei conferenties gaan omdat zij allemaal chiefs willen worden, blijven aan de andere kant geen indians meer over om de baas over te spelen, want die zitten allemaal onder een boom.
Als ik de sociaal geograaf M.R. mag geloven, en er is geen enkele reden om dit niet te doen, is het percentage drop-outs bij ons 36 procent, terwijl dat in Nederland slechts 2 procent bedraagt. Alweer Nederland. Goed, zelfs als wij ons vergelijken met minder fortuinlijke landen, is het percentage absoluut gezien erg hoog.
Stel je voor dat 36 procent van het huisvuil niet wordt opgehaald en in de mondi terechtkomt of dat 36 procent van het drinkwater dat Aqualectra produceert door lekkage in de grond verdwijnt of dat 36 procent van de vluchten van Insel Air niet doorgaat, nou ja.
Wat mij echter nog meer doet schrikken, is het feit dat wij daar blijkbaar niets aan kunnen doen. Het onderwijssysteem is een schip dat op zee ronddobbert met onschuldige kinderen aan boord, van wie er elke dag een paar in zee springen zonder te kunnen zwemmen.
De Onderwijsminister trekt zich de haren uit het hoofd, maar dat helpt geen moedertje lief. Het spijt ons zeer meneer of mevrouw de minister, maar wij kunnen u niet helpen, zeggen de bestuurders en de leerkrachten, wij hebben onze handen vol aan de kinderen die overblijven. Laat een ander ministerie zich over de drop-outs bekommeren, maakt u zich geen zorgen.
Kijk niet naar mij, zegt de minister van Justitie, het behoort niet tot mijn jurisdictie. Zij moeten eerst een boef worden, dan mag ik ze volgen met mijn camera’s, geen minuut eerder. Klop maar aan bij de sociale minister.
Mij niet gezien, stribbelt de sociale minister tegen, zolang er geen werk is, kan ik niks doen. Wat moet ik met dat tuig aanvangen? Trouwens jullie hebben dusdanig in mijn begroting gesneden dat ik amper mijzelf kan uitbetalen, laat staan sociaal doen. Ik denk dat de economische minister hier wat aan moet doen wanneer hij op eiland is.
Mijn naam wordt genoemd, reageert de economische minister die net binnenkomt, ik ben hier nieuw, ik weet van niks, ik moet mij eerst inwerken tot aan de volgende verkiezingen. Wanneer zijn die trouwens, want ik moet ervoor zorgen dat ik dan op eiland ben. Wacht, ik heb in de gauwigheid een project bedacht. Wij laten de ene helft drop-outs kuilen graven en de andere helft die weer dichtgooien. Zo gaat het ook met de andere projecten. Een slimme minister.
Roy Evers,
Curaçao