Soliano probeert gevoelens van onrust weg te nemen
Van onze correspondent
Kralendijk - Gezaghebber John Soliano van Bonaire heeft met zijn brief aan de Ministers van Defensie en Buitenlandse Zaken geenszins de indruk willen wekken dat er sprake is van een directe militaire dreiging voor Bonaire. Dit schrijft Soliano in een persbericht dat gisteren is uitgegeven.
Aanleiding voor zijn brief aan de ministers waren volgens de gezaghebber meerdere signalen van zorg die hij had ontvangen vanuit de samenleving over de internationale situatie, met name ontwikkelingen in Venezuela. Hij heeft het in zijn brief aan de ministers over ‘een reële kans dat er een onbeheersbare stroom van vluchtelingen naar Bonaire kan komen’ en over ‘een kans op een militaire dreiging’. Hij stelt dat een aanval op de territoriale grenzen van Bonaire moet worden gezien als een aanval op Nederland. Soliano vraagt de ministers duidelijkheid over de mate en vorm van de steun die te verwachten is. De brief was voor Kamerleden van D’66 aanleiding om te vragen of de regering voldoende maatregelen heeft genomen om de veiligheid van Bonaire te waarborgen.
De berichtgeving over deze brief heeft volgens Soliano bij sommigen de indruk gewekt dat er sprake zou zijn van een directe militaire dreiging. ,,Ik wil benadrukken dat dit niet het geval is. Wel merk ik dat dergelijke interpretaties leiden tot onrust en onzekerheid bij onze bevolking. Daarom acht ik het belangrijk om helderheid te geven over de inhoud en bedoeling van mijn brief”, aldus Soliano. ,,Zoals in mijn brief verwoord, verandert de wereld om ons heen, ook in landen dichtbij. Deze ontwikkelingen kunnen gevolgen hebben voor Bonaire. Daarom heb ik het noodzakelijk gevonden om, uit voorzorg, aan de ministers duidelijkheid te vragen over de mate en vorm van steun die Bonaire in zulke situaties mag verwachten van het Koninkrijk.”
Soliano eindigt met te stellen dat zijn intentie is en blijft om de veiligheid, stabiliteit en het vertrouwen van de bevolking te waarborgen. ,,Het is mijn plicht als gezaghebber om vooruit te denken en duidelijkheid te krijgen over de bescherming en ondersteuning van het Rijk.”