Van een onzer verslaggevers
Willemstad - De Staten hebben gisteren de begroting van het Land Curaçao voor 2024, voor ruim 2,1 miljard, goedgekeurd. Dit is 1,9 miljard gulden voor de Gewone dienst en 200 miljoen voor de Kapitaaldienst. De Landsbegroting werd na een amendement en met 14 stemmen voor en 7 tegen aangenomen.
Voorafgaand aan de stemming werd plotseling duidelijk dat de MFK- en PNP-Statenleden niet te spreken waren over die van de PAR en MAN. De fractieleden van de coalitie leken verrast door de mededeling van de twee oppositiepartijen dat ze tegen de begroting stemmen.
De MFK en PNP waren in de veronderstelling dat de begroting unaniem zou worden aangenomen en vandaar had een aantal van deze Statenleden hun handtekening geplaatst onder verschillende van de moties. Er werden in totaal zeventien moties ingediend.
PAR-fractievoorzitter Quincy Girigorie stelde dat de regering verzuimde de nodige documentatie aan de Staten te presenteren om bepaalde bedragen te onderbouwen. Hij noemde het jaarlijkse bedrag van 30 miljoen gulden voor verzekeraar Ennia voor de komende dertig jaar.
Ook MAN-parlementariër Giselle Mc William hekelde het feit dat er geen afdoende uitleg door Financiënminister Javier Silvania (MFK) over de financiering van diezelfde 30 miljoen gulden. Ook zij hekelde het feit dat er geen documenten aan de Staten zijn voorgelegd. Ze twijfelt dan dat per 2027 fondsen beschikbaar zullen zijn om die jaarlijkse betalingen van 30 miljoen gulden te garanderen, terwijl ze ook aangaf dat de begroting niet samenhangend is.
TPK-Statenlid Rennox Calmes verklaarde op zijn beurt dat het ongehoord is om Curaçao voor dertig jaar te binden aan zo een groot financieel risico. Hij acht dit een verkeerde aanpak van de regering. Zijn mening werd ook gedeeld door Steven Martina (MAN) die het had over een zware opgave. Hij refereerde ook aan het gegeven dat Curaçao al 3 miljard gulden misloopt door toedoen van Silvania en dat deze grote inkomstenderving in een vonnis vorig jaar van het Gerecht in Eerste Aanleg (GEA) is opgenomen. Hij had het over gelden die goed van pas konden komen om Ennia te redden.
MFK-fractieleider Gilbert Doran was helemaal niet te spreken over het feit dat de Statenleden van de oppositie het Ennia-geval gebruiken om de hele begroting van het Land Curaçao af te keuren. Partijgenoot Gino Brownbill en Sheldry Osepa (PNP) ondersteunden hem door te stellen dat de regering al de nodige weg aan het bewandelen is en dit duidelijk werd aangegeven door al ondernomen acties om Ennia te redden. En dat er sprake dient te zijn van vertrouwen in de minister en zijn beleid.
Daarop wees MFK-Statenlid Eduard Braam ook op het feit dat het College Financieel Toezicht (Cft) positief reageerde en adviseerde over de zogenoemde Ennia-resolutie die vorig jaar werd overeengekomen. Hij raadde de oppositie aan de Cft-documentatie hierover door te nemen. Op zijn beurt refereerde PNP-parlementariër Gwendell Mercelina naar het advies van de Raad van Advies (RvA) over deze oplossing tussen de regeringen van Curaçao, Sint Maarten en de Centrale Bank van Curaçao en Sint Maarten (CBCS).
Een van de zeventien moties die later werd behandeld ging juist ook over de Ennia-resolutie. Deze was de vijfde motie en werd met 14 stemmen tegen en 6 voor afgewezen. Calmes was niet meer aanwezig en deed dus niet mee aan de stemming op deze motie.
