Nog geen uitspraak in hoger beroep over toegang strand Marriott
Van een onzer verslaggevers
Willemstad - In hoeverre moet het strand achter het Marriott Hotel in Piscadera openbaar en vrij toegankelijk zijn? Dat is de centrale vraag die het Hof moet beantwoorden in een hoger beroep tussen het Land Curaçao en Fundashon Rif enerzijds, en Piscamar Beach Resort, het bedrijf waar het Marriott Hotel onderdeel van is, anderzijds.
Maar voordat het Hof verder over deze zaak beslist, wordt er een descente georganiseerd, oftewel een locatiebezoek waarbij het Hof samen met de partijen de huidige situatie ter plaatse bezichtigt, waarna de zaak mondeling nader behandeld wordt. Dit was de uitkomst van de zitting die dinsdag plaatsvond.
Het Land had het hoger beroep aangespannen, nadat de rechtbank in eerste aanleg op 11 oktober 2021 besloot dat de erfpachtsvoorwaarden - het hotel staat op erfpachtgrond - ,,in het licht van de gewekte verwachtingen over en weer en gelet op de bedoeling van partijen, niet kan behelzen dat Piscamar het strand aan de Parasasa-zijde niet mag afrasteren of ‘s nachts niet mag afsluiten.” Met andere woorden: de erpachtsvoorwaarden vormen voor het Marriot Hotel geen verbod om een afscheiding te plaatsen tussen het achter het hotel gelegen strand en het aangrenzende strand van Parasasa. Die afscheiding staat er dan ook.
In haar beoordeling gaat het Hof uitgebreid in op een specifiek wetsartikel: ,,Het Hof is van oordeel dat art. 5:26 lid 2 BW niet voorschrijft dat het Land bij de uitgifte in erfpacht aan Piscamar diende te bepalen dat Piscamar volledige openbare en vrije toegang diende te verschaffen tot het door het Marriott Hotel gebruikte strand, maar wel dat de openbaarheid van dat strand niet achteruit mocht gaan.”
Vervolgens wordt uitgelegd dat ook voor het ingaan van de erfpachtovereenkomst in 2016, het strand waarom het allemaal te doen is, al niet openbaar en vrij toegankelijk was.
In het vonnis merkt de rechter nog op: ,,De overheid dient het algemeen belang te dienen. In dit geval moet daarbij het wettelijk beschermde belang van openbaarheid van stranden worden meegewogen. Anderzijds moet ook het belang bij orde op de stranden worden meegewogen en het belang bij de aantrekkingskracht van Curaçao als gewilde internationale (toeristische) bestemming. Het is niet aan de rechter, maar aan de uitvoerende macht van het Land om die belangen af te wegen.”
Ook wijst de rechter er nogmaals op dat zowel de erfpachtvoorwaarden als het eerder genoemde wetsartikel er niet aan in de weg staan dat het gebruik van het strand bij Marriott gereguleerd wordt ‘op een wijze die op de concrete situatie is afgestemd’.
De verwachting is dat de volgende stap in dit proces - het locatiebezoek - later dit jaar zal plaatsvinden. Binnen veertien dagen moeten de partijen doorgeven op welke data zij de komende vier maanden verhinderd zijn.