Flexibele arbeid rode draad in de Statendebat

Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Als Damen Shiprepair Curaçao (DSCu) wil gaan, gaat het. Als DSCu wil blijven, dan blijft het, ‘maar wel met respect voor onze arbeidswetgeving’. Woorden van de minister van Economische Ontwikkeling (MEO), Ruisandro Cijntje (PNP), tijdens de Statenvergadering over DSCu.

Rode draad bij de beantwoording van de vragen die al in maart van dit jaar gesteld waren, is de flexibilisering van de arbeid bij DSCu. In de beantwoording van de minister haalt hij telkens het scheepswerfbedrijf aan dat blijft hameren op deze voorwaarde opgetekend in het nieuwe businessplan van KPMG waarmee Damen gered zou moeten zijn. Want, bekend is dat het bedrijf verlieslijdend is en dat Nederland een kapitaalinjectie heeft gegeven. Voorwaarde van Nederland is dat het bedrijf vanaf 2023 op eigen benen staat. ,,Na vijf jaar verliezen, lijkt het dat het bedrijf nogmaals structureel verlies lijdt. Het is Damen niet gelukt de havenactiviteiten lucratief te maken”, aldus de minister. En hij vervolgt: ,,In het businessplan wordt ervan uitgegaan dat dit pas over twee jaar het geval is. Dus Damen heeft nog tijd.”
Gevraagd naar de toekomst stelt Cijntje nog eens: ,,Damen wil het businessplan uitvoeren en dat is ook met alle stakeholders afgesproken. Als iedereen meewerkt kan het bedrijf er weer bovenop komen. Er zit toekomst in de scheepswerf, gezien onze ligging in de regio. Als er niet aan de condities voldaan kan worden, dan moeten we een andere operator vinden. We zijn ons hierop aan het voorbereiden. En wat betreft de arbeidsvoorwaarden, daar ga ik niet over. Vragen daarover moeten beantwoord worden door de minister van Sociale Ontwikkeling, Arbeid en Welzijn (overigens partijgenoot van Cijntje, red.).”
Volgens Cijntje wordt door Damen telkens de vergelijking gemaakt met het bedrijf in Europa waar 25 procent personeel in dienst is en 75 procent ingehuurd wordt op het moment dat dat nodig is. Op Curaçao is het zo dat 60 procent in dienst is en 40 procent ingehuurd wordt. De minister herhaalt nog eens: ,,Wij moeten rekening houden met onze arbeidswetgeving en dat is des minister van SOAW.”
Op de vraag welke garantie er is dat Damen blijft, stelt Cijntje: ,,Er is een businessplan, en er is een concessie met CDM Holding en daar zijn condities aan verbonden. Maar ik kan geen garanties geven. Drie maanden geleden gaf Damen nog aan op Curaçao te willen blijven. Vandaag klinken er ook andere geluiden. Maar een ding garandeer ik wel: We laten onze scheepswerf in functie. Gezien wat er momenteel leeft, kijken we ook verder. Er is duidelijkheid nodig, wil Damen blijven of niet? Als het bedrijf niet blijft, is er een overbruggingsperiode nodig voor het personeel.”