BZK Introdossier uitvoerig over op eilanden omstreden hervormingsorgaan
Van een onzer verslaggevers
Willemstad/Den Haag - Het Coho vormt een prominent onderdeel van het zogeheten ‘BZK Introductiedossier’. ,,Op 24 september heeft de Rijksministerraad hierover een besluit genomen.”
Aldus het document dat de nieuwe staatssecretaris van Koninkrijksrelaties, Alexandra van Huffelen (D66), van de hoogste ambtenaar van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, secretaris-generaal Maarten Schurink, overhandigd kreeg. ,,Op uw eerste werkdag op de dag na de beëdiging zal overleg plaatsvinden waarin uw agenda en de werkwijze van BZK aan de orde komen”, meldt het dossier voor de nieuwe bewindslieden.
De Caribische landen van het Koninkrijk (Curaçao, Aruba en Sint Maarten) en Caribisch Nederland (Bonaire, Sint Eustatius en Saba) zijn ‘ongekend hard getroffen door de pandemie’, licht het document voor. Niet alleen door de uitbraak zelf, maar vooral ook door de gevolgen daarvan. ,,De coronacrisis heeft de uitdagingen voor de Caribische delen van ons Koninkrijk vergroot. De medische capaciteit is beperkt en gelet op de afhankelijkheid van toerisme heeft de crisis ook een grote sociaalmaatschappelijke invloed. De gevolgen strekken zich uit over vrijwel alle aspecten van de maatschappij: op medisch en sociaalmaatschappelijk gebied, maar tevens op het economische en financiële vlak.”
Het Directoraat-Generaal Koninkrijksrelaties (DGKR) van het ministerie coördineert deze steun en samenwerking. Directeur-generaal Koninkrijksrelaties is Henk Brons. DGKR bestaat uit één directie. Deze directie is opgesplitst in het onderdeel ‘Landen’ en het onderdeel ‘Caribisch Nederland’. Beide hebben een eigen directeur. Directeur Caribisch Nederland is René Bagchus en directeur Landen is Saskia de Reuver.
Wie op de eilanden denkt dat met het nieuwe kabinet-Rutte IV (van overigens dezelfde politieke samenstelling als Rutte III) het Coho van tafel is, lijkt zich te vergissen. Het BZK Introductiedossier gaat uitvoerig in op het Coho, dat bij consensusrijkswet geregeld moet worden.
Uitgelegd wordt dat, om de financieel-economische weerbaarheid te vergroten, binnen het Koninkrijksverband door Nederland met Curaçao, Aruba en Sint Maarten in 2020 ‘afzonderlijke akkoorden zijn bereikt’. Met de gesloten akkoorden is door de landen ingestemd met zogenaamde Landspakketten, een integraal pakket maatregelen voor structurele hervormingen. ,,Daarmee in samenhang is besloten tot de oprichting van het Caribisch Orgaan voor Hervorming en Ontwikkeling (Coho). Op basis van de afspraken in de Landspakketten en de oprichting van het Coho biedt Nederland de landen liquiditeitssteun.”
De landen zijn in 2021 - zo herinnert het document - zonder voorwaarden voorzien van noodsteun (voedselhulp en covidzorg). ,,Het Coho krijgt tot taak om de landen, gericht op het welzijn van de bevolking, te ondersteunen bij de uitvoering van de Landspakketten. Daardoor worden hervormingen doorgevoerd, duurzaam houdbare overheidsfinanciën gerealiseerd en de weerbaarheid van de economie versterkt. Dit met inbegrip van de rechtsstatelijke inbedding die daarvoor nodig is.”
Aan de nieuwe BZK-bewindslieden, waaronder dus staatssecretaris Van Huffelen, wordt uitgelegd dat in de Rijksministerraad (RMR) met de Caribische landen ‘ook de afspraak is gemaakt om het financieel toezicht te versterken en de effectiviteit ervan te vergroten’.
,,Tot het moment dat het Coho is opgericht, bestaat een Tijdelijke Werkorganisatie (TWO), als onderdeel van DGKR.” Dus onder de ambtelijke verantwoordelijkheid van directeur-generaal Koninkrijksrelaties Brons. De TWO werkt samen met de landen de maatregelen in de Landspakketten uit in een Uitvoeringsagenda, organiseert de ondersteuning en ziet toe op de uitvoering van de afspraken in de Uitvoeringsagenda.
De uitwerking is onder regie van TWO (opdrachtgever) nadrukkelijk ook een opgave en verantwoordelijkheid van andere (Nederlandse) departementen. Voor de meeste vakdepartementen betekenen deze activiteiten een uitbreiding van hun takenpakket. BZK stelt daarom zo nodig vanuit het Coho-budget geld ter beschikking aan de vakdepartementen voor de benodigde versterking, zonder ook daarbij taken of de eindverantwoordelijkheid over te nemen.
,,Bij het formele begin van het Coho worden de taken van de TWO hiernaartoe overgedragen.” Coho valt onder de directeur Landen, zo wordt nog eens duidelijk gemaakt in een organogram Directoraat-Generaal Koninkrijksrelaties (DGKR) in het Introductiedossier.
Uit het dossier blijkt overduidelijk dat het ministerie in Den Haag doorgaat met Coho: ,,Momenteel bereiden we de oprichting van het Coho voor, dat samen met de landen de afgesproken hervormingen verder uitwerkt.”
De Colleges (Aruba) financieel toezicht - C(A)ft - hebben en behouden ook nadrukkelijke hun rol, aldus het document: zij voeren het toezicht uit op de overheidsfinanciën van zowel de landen als de openbare lichamen. ,,Het Cft en het CAft adviseren de RMR over de liquiditeitsbehoefte van de landen voordat de liquiditeitsleningen vanuit de begroting van KR worden verstrekt.”