Regering-Pisas wil ex-werknemers Isla/PdVSA tegemoetkomen
Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Overheids-nv Refineria di Kòrsou (RdK) kan de gelden die de ex-werknemers van Isla/PdVSA nog tegoed hebben van hun voormalige werkgever niet direct betalen.
,,Gelden van de vennootschap gebruiken om schulden van derden te betalen is niet in het belang van de vennootschap. Dat kan dus niet”, antwoordt RdK-directeur Marcelino de Lannoy op vragen van het Antilliaans Dagblad.
De vragen zijn naar aanleiding van uitspraken van premier Gilmar Pisas (MFK) die op tv heeft gezegd dat de regering hoe dan ook zal zorgen dat de voormalige personeelsleden van Isla/PdVSA de resterende vierde en vijfde tranche in het kader van de afvloeiingsregeling van hun oud-werkgever uitbetaald krijgen. ,,Ik heb mijn woord gegeven en daar houd ik mij aan.”
Deze werknemers waren tot 31 december 2019 in dienst van het lokale dochterbedrijf van Petróleos de Venezuela, dat de Curaçao-raffinaderij vanaf medio jaren tachtig exploiteerde. Zij kregen bij beëindiging een regeling aangeboden, waarvan nu de twee laatste tranches nog ontbreken.
Met tranche 4 en 5 is bruto 40 miljoen gulden gemoeid, zegt Lucas Beaujon namens Isla/PdVSA, waarvan 13 miljoen aan belastingen en sociale premies. Dit laatste is al afgerekend door Isla. Resteert nog een nettobedrag van 27 miljoen voor de ex-werknemers. Omdat Isla/PdVSA niet over de brug komt of kan komen, belooft Pisas dat nu zelf, althans door het Land of RdK te laten betalen.
Maar in hoeverre kan de premier beslissen over geld van een overheids-nv door tranches uit te betalen aan werknemers die bij een ander in dienst waren; geld dat eigenlijk hun voormalige particuliere werkgever hun verschuldigd is?
Direct kan dat dus niet, zegt De Lannoy. ,,Daar kan de bestuurder voor vervolgd worden.” Het gaat om twee keer 13,5 miljoen, beaamt de directeur. ,,RdK zou wel 27 miljoen aan dividend kunnen uitkeren aan de aandeelhouder (het Land, red.). Maar dan moet de aandeelhouder anders handelen dan conform het dividendbeleid.”
Op de vraag of RdK al formeel of informeel ‘opdracht’ heeft gekregen van de aandeelhouder om het geld uit te keren, antwoordt De Lannoy: ,,Mij werd gevraagd te onderzoeken hoe RdK tranche 4 en 5 zou kunnen betalen. In het antwoord van RdK staan scenario’s vermeld en is aangegeven dat betaling direct niet kan.”
Bij TV Direct sprak Pisas over een constructie, waarbij ook het Amerikaanse consulaat-generaal in Willemstad betrokken is. De Lannoy heeft dat deel niet gezien of gehoord. ,,Maar één scenario is dat PdVSA de tranches 4 en 5 betaalt met olie. Dan hebben we wel een licentie nodig van Ofac.” Ofac is het Office of Foreign Assets Control van het ministerie van Financiën in de Verenigde Staten dat speciale licenties kan afgeven die nodig zijn in verband met de Amerikaanse sancties tegen de Venezolaanse regering van president Nicolás Maduro.
Als De Lannoy door deze krant krijgt tegengeworpen dat RdK, via dochteronderneming CRU (Curaçao Refinery Utilities), tot nu toe wel de salarissen van voormalige Isla-werknemers heeft doorbetaald, legt de topman uit dat het anders zit: ,,RdK heeft geen salarissen betaald van werknemers van anderen. RdK of CRU heeft altijd steeds eigen werknemers betaald. Dat een aantal van deze werknemers tevens ex-Isla werknemers zijn of waren, maakt niet dat wij ‘salarissen hebben doorbetaald’. Ik begrijp de uitdrukking wel. Maar feitelijk is het niet juist.” Gedurende een periode van 6 tot 21 maanden hield dit een kostenpost van 99 miljoen gulden in voor RdK.
Tot slot licht De Lannoy toe dat ‘geld van een naamloze vennootschap geen publieke gelden zijn’. ,,De nv is een privaatrechtelijke organisatie. Dat de aandelen in handen zijn van de overheid maakt niet dat het geld van de vennootschap ‘publieke gelden’ zijn waar de aandeelhouder over mag beslissen. Ook zijn de gelden niet door het lokale volk opgebracht. Het zijn deviezen.”