Nieuw kabinet-Pisas begint direct met zware week
Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Komende week wordt spannend voor politiek Curaçao. Niet alleen omdat dan een nieuwe regering aantreedt, het kabinet-Pisas (MFK/PNP), maar misschien wel vooral omdat de Rijksministerraad beslist over het verzoek van het demissionaire kabinet-Rhuggenaath (PAR/MAN) om 188 miljoen extra liquiditeitssteun.
Het verzoek werd begin deze maand officieel gedaan, namelijk op 2 juni. De gevraagde 188 miljoen heeft betrekking op het derde kwartaal; om de periode juli, augustus, september door te komen. Dat valt precies samen met de eerste honderd dagen van de regering van premier Gilmar Pisas (MFK) die samen met Ruthmilda Larmonie-Cecilia (MFK) de nieuwe coalitie van Curaçao vormt. Als het geld uit Nederland uitblijft dan zakt de Landskas door de bodem, zoals goed is te zien in een grafiek van het ministerie van Financiën. Dat gebeurt nog deze maand: juni 2021.
Over het tweede kwartaal dit jaar ontving Curaçao geen liquiditeitssteun; volgens het College financieel toezicht (Cft), dat de Rijksministerraad (RMR) hierover adviseert, beschikte de overheid voor de maanden april tot en met juni nog over voldoende liquide middelen.
Ook nu heeft het Cft een advies voor de Koninkrijksregering in Den Haag (het demissionaire kabinet-Rutte aangevuld met de Gevolmachtigde ministers van Curaçao, Aruba en Sint Maarten). Het is onbekend hoe dit advies luidt.
De brief vanuit Willemstad is echter eigenlijk een soort formaliteit. Anders ligt er alleen een berekening (van onder andere Cft) over hoeveel het Land tekortkomt, terwijl de landen wel steun moeten willen. Dat laatste blijkt uit de brief.
Hoezeer er ook behoefte is aan additionele financiële steun in de vorm van renteloze leningen - de sinds de coronacrisis verstrekte steun aan Curaçao bedraagt 668 miljoen gulden - alles wijst erop dat de overheid niet voldoet aan de van meet af aan door Nederland gestelde voorwaarden.
Afgelopen week nog liet staatssecretaris Raymond Knops van Koninkrijksrelaties aan de Tweede Kamer weten dat aangezien bepaalde wetgeving al geruime tijd door het Curaçaose parlement goedgekeurd had moeten zijn, de RMR op 26 maart heeft besloten dat ‘Curaçao pas weer in aanmerking komt voor liquiditeitssteun als de wetgeving is vastgesteld en in werking is getreden’.
Het betreft het al circa een jaar bekende rijtje van de 12,5 procent korting op de arbeidsvoorwaarden van de ambtenaren; de 25 procent korting op de arbeidsvoorwaarden van de ministers en Statenleden; en de 12,5 procent korting op de arbeidsvoorwaarden van aan de overheid gelieerde entiteiten.
Hoe financieel afhankelijk Curaçao van Nederland is gebleken in de covidcrisis blijkt ook uit het feit dat van de 682 miljoen die volgens het ministerie van Financiën in de periode van 20 maart tot en met 21 mei is besteed in verband met de coronapandemie, een bedrag van 667,5 miljoen afkomstig was van Nederland en 14,7 miljoen uit de ‘eigen begroting’.
En van dit totale bedrag was het leeuwendeel, namelijk 427,8 miljoen zogeheten begrotingssteun; om de landsbegroting overeind te houden en het overheidsapparaat door te kunnen laten functioneren. Met andere woorden: van elke gulden uit Nederland ging 65 procent (bijna twee derde) naar de overheid en een derde was er om bedrijven (NOW en TVL), zelfstandigen, baanverliezers en sociale steun door middel van betaalkaarten te bekostigen.
949 Miljoen extra geleend
Alles bij elkaar is er in genoemde periode 949 miljoen extra geleend. Want naast die 667,5 miljoen in verband met covid, gaat het om 129,1 miljoen om kapitaalsinvesteringen, 82 miljoen voor de herfinanciering van een lening die afliep en 170 miljoen voor de oplossing van de Girobankproblematiek, terwijl daar 99,6 miljoen aan een uitgestelde aflossing van afgaat.
Een van de belangrijkste oorzaken voor deze aanzienlijke financiële behoefte van het Land Curaçao is dat door de coronacrisis de belastinginkomsten flink zijn teruggevallen: van nog 1.435 miljoen in 2017, 1.412 miljoen in 2019 en 1.470 miljoen in 2010 tot 1.240 miljoen in 2020. Daarnaast zijn er additionele uitgaven gedaan om de ergste nood als gevolg van de covidsituatie op te vangen. Zo ging er in de periode van maart 2020 tot en met mei 2021 bijna 178 miljoen naar NOW-loonsubsidie om de werkgelegenheid zo veel mogelijk op peil te houden.
Alle ogen zijn gericht op de RMR van komende vrijdag, als beslist wordt over de gevraagde 188 miljoen om het derde kwartaal door te komen. Hoewel het bericht eerder deze week dat Nederland de liquiditeitssteun aan Curaçao stopt direct werd ontkend door Haagse woordvoerders, is wel gesteld dat Curaçao nog altijd niet voldoet aan de voorwaarden.
Daar komt bij dat de Nederlandse regering bij monde van staatssecretaris Knops al aan de aanstaande premier Pisas en zijn coalitiepartner Larmonie-Cecilia zwart op wit heeft laten weten dat ‘deelname aan de Rijkswet Coho een voorwaarde is voor het verkrijgen van steun vanuit Nederland’.
,,Hierover heb ik vanaf ons eerste kennismakinggesprek op 1 april jongstleden geen enkel misverstand laten bestaan”, liet de bewindsman vorige maand weten. Dit naar aanleiding van een brief van 5 mei van de leiders van MFK en PNP waarin ze ‘lijken te suggereren dat u niet wilt deelnemen aan het Coho’. Coho staat voor het bij consensusrijkswet te regelen Caribisch Orgaan voor Hervorming en Ontwikkeling, waarover Knops afspraken heeft gemaakt met Curaçao (kabinet-Rhuggenaath), met Aruba (Wever-Croes) en Sint Maarten (Jacobs).
,,Indien dit zo is en u niet deelneemt aan de gesprekken over het nader rapport Coho (bedoeld voor de Raad van State van het Koninkrijk, red.), dan vervalt daarmee, zoals gezegd, ook de steun vanuit Nederland aan Curaçao. Dit betekent dat de liquiditeitssteun zal worden stopgezet.”
Niet alleen wordt dan de Nederlandse geldkraan dichtgedraaid, ook het nog niet verplichte deel van de eenmalige investeringen in Curaçaose onderwijshuisvesting (29,5 miljoen euro) en economie (20 miljoen euro) wordt stopgezet. Daarnáást, zo liet Knops direct al weten, zullen de reeds verstrekte liquiditeitsleningen (333,5 miljoen euro) vanaf april volgend jaar ‘moeten worden afgelost’ alsmede andere openstaande pre-covidleningen gewoon aan het einde van de looptijd ‘moeten worden terugbetaald’.
Het is duidelijk dat het Land Curaçao - hoewel de economie in de tweede helft van dit jaar weer zal opveren - met een lege kas hiertoe niet in staat zal zijn. Een geloofwaardig en realistisch uitvoerbaar Plan B, waarmee aanvankelijk door leden van zowel MFK (Charles Cooper) als PNP (Ramon Chong) werd geschermd, is nog niet uit de doeken gedaan.
Nederland wil van het kabinet-Pisas, dat aanstaande maandag feestelijk zal worden ingezworen maar direct daarna aan de slag zal moeten, de bevestiging dat wat in de RMR van 30 oktober 2020 is afgesproken door de nieuwe regering in Fòrti wordt nagekomen.
Het is nog onduidelijk wat de nieuwe ministersploeg doet als vrijdag de 188 miljoen aan aanvullende liquiditeiten uitblijven. Volgens de casflowprognose van maart dit jaar zou Curaçao vanaf juni in het rood, met een liquiditeitstekort van 83 miljoen, belanden. Dit loopt de komende maanden op tot een kastekort van 617 miljoen in december 2021.