'Met minder winkeltijd meer opeenhoping van mensen'
Van een onzer verslaggevers
Willemstad - De SER vraagt zich af hoe effectief het aanpassen van de winkelsluitingstijden is tijdens de coronacrisis.
Zo blijkt uit een advies van de SER over de aanpassing van de Landsverordening winkelsluiting als onderdeel van de Noodwet. Het negatieve advies heeft ertoe geleid dat dit onderdeel behorende bij de Noodwet via een gewijzigd ontwerp weer is ingetrokken. De kritiek van de SER was dan ook niet mis te verstaan.
Behalve dat er veel haken en ogen aan de wetswijziging zitten, vraagt de SER zich af of met kortere openingstijden en sluiting van winkels op specifieke dagen, tijdstippen en/of locaties de verspreiding van het coronavirus echt wordt ingedamd. Met eerdere sluiting van winkels is er immers ook minder spreiding van het winkelend publiek. ,,De maatregel kan naar het oordeel van de SER wellicht zelfs een averechts effect hebben”, zo wordt aangevoerd. Want als met de wijziging in de wet het voornemen bestaat om bijvoorbeeld koopavonden en -zondagen tijdelijk af te schaffen om daarmee te zorgen dat er minder mensen op straat zijn, kan redelijkerwijs worden verwacht dat er op andere dagen en tijdstippen van de week sprake zal zijn van opeenhoping van het winkelend publiek. ,,De SER acht het in dit verband van belang om door middel van gerichte voorlichtingscampagnes, zeker nu de feestdagen voor de deur staan, het winkelend publiek te motiveren om hun aankopen meer gespreid te doen. Ruimere openingstijden kunnen naar het oordeel van de SER extra mogelijkheden tot spreiding en daarmee een veiligere winkelbeleving bieden.”
Volgens de SER is marktonderzoek nodig om het consumentengedrag te ‘meten’ en om de ontwikkelingen op dit vlak nauwkeurig te volgen. Zo kan er gerichter preventief beleid gevoerd worden met het oog op het behoud van ondernemerschap, werkgelegenheid en consumentensatisfactie. Want ook dat moet in de gaten gehouden worden. ,,Niet ondenkbaar is dat langere sluitingstijden - in het belang van de volksgezondheid - tot meer omzetverlies zal leiden met als onvermijdelijke gevolgen: nog meer ontslagen, minder belasting- en premieafdrachten en dientengevolge minder overheidsinkomsten en een groter beroep op de NOW-regeling en overige steunmaatregelen.”
De SER vindt het aanpassen van een Landsverordening ook ‘overtrokken’ en ‘onwenselijk’: ,,Of en in hoeverre het verder inperken van de bewegingsvrijheid van het (winkelend) publiek middels het creëren van een wettelijke grondslag in de onderhavige ontwerplandsverordening, dé geëigende oplossing is, daarbij plaatst de SER serieuze kanttekeningen.” De doeltreffendheid en doelmatigheid is onvoldoende gemotiveerd. ,,De SER is van mening dat het aanpassen van winkelsluitingstijden om agglomeratie van mensen tegen te gaan en om daarmee mogelijk virusverspreiding te voorkomen op andere manieren geregeld kan worden, bijvoorbeeld via een tijdelijke landsverordening naar Nederlands voorbeeld, aansluiting op bestaande wetgeving (Landsverordening Winkelsluiting, Landsverordening openbare orde, Vergunninglandsverordening) dan wel middels afsprakenkaders en protocollen.”
De SER is overigens nogal ontstemd over het feit dat de regering wel een spoedadvies vraagt over de Landsverordening winkelsluiting als onderdeel van de Noodwet, terwijl het adviesorgaan nimmer om advies gevraagd is over de Noodwet zelf.