Van een onzer verslaggevers
Willemstad - De verhoging van de pensioengerechtigde leeftijd naar 65 jaar heeft de afgelopen jaren zeker bijgedragen aan een gezonder pensioenfonds, maar zal, als gevolg van het uitblijven van economische groei, de coronacrisis, het als gevolg hiervan lagere afdracht van premies en het toetreden van meer pensioengerechtigden, leiden tot een nieuw deficit.
Dat heeft de minister van Financiën Kenneth Gijsbertha (MAN) uitgelegd tijdens de begrotingsbehandeling in de Staten en wordt ook bevestigd door Philip Martis, directeur van de Sociale Verzekeringsbank (SVB).
,,Dit jaar is er al een negatief saldo van 35 miljoen gulden en volgend jaar wordt hierin een stijging verwacht naar 50 miljoen gulden”, aldus Martis. De coronacrisis verergert de situatie. ,,Er zijn bedrijven die niet voldoen aan het afdragen van premies omdat dit financieel nu niet mogelijk is. Daarnaast zijn er meer werklozen en bedrijven die gesloten zijn die geen premie meer afdragen”, aldus Martis.
In 2021 is het acht jaar geleden dat de pensioenleeftijd werd verhoogd van 60 naar 65 jaar. Voor personen die acht jaar geleden 56 jaar of ouder waren kwam een overgangsregeling. Vanaf 2021 geldt die overgangsregeling niet meer, in dit jaar worden alle personen die toen 57 jaar waren 65. Dat betekent dat er nu een groep is die voor het eerst op 65-jarige leeftijd pensioen ontvangt. ,,Het schommelfonds, waarin het resultaat van alle SVB-fondsen samenkomt, vertoont een deficit en dat moet wettelijk aangevuld worden door de overheid. Door de coronacrisis krijgt de SVB niet alle premies betaald. Daar komt bij dat in 2013 al was voorspeld dat als de economie in de tussentijd niet verbetert, er opnieuw een verhoogde druk zal komen op het fonds op het moment dat alle 65-jarigen tot het fonds toetreden. Met de Covid-19-crisis is er een hele slechte economische situatie ontstaan”, aldus Gijsbertha.
Martis hoopt op economische verbetering met de instelling van het Orgaan voor Hervorming en Ontwikkeling (OHO).