Anders ‘no work no pay’
Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Ambtenaren die onder werktijd actievoeren zonder dat te hebben gemeld bij hun leidinggevenden, moeten op de blaren zitten. Die uren worden in dat geval op hun salaris ingehouden.
Dat blijkt uit de circulaire van 14 augustus van minister Armin Konket (PAR) van Bestuur, Planning en Dienstverlening (BPD) aan het overheidspersoneel. De BPD-minister noemt specifiek ‘informatieve vergaderingen en bijeenkomsten’ waarvoor de vakbonden hun leden oproepen, maar hetzelfde geldt voor stakingen in de baas zijn tijd.
Een ambtenaar moet eerst aan de leidinggevende toestemming vragen om vrij te nemen. Dat gebeurt regelmatig niet, zo schrijft minister Konket in de circulaire waarin hij het overheidspersoneel waarschuwt voor de gevolgen. Ambtenaren die gehoor geven aan de oproep van hun vakbond, zonder van hun chef een ‘vrijstelling van dienst’ te hebben gekregen, zullen daarop aan het eind van de maand worden afgerekend. De uren worden als ‘ongeoorloofd verzuim’ aangemerkt. ,,Dan zal bij het uitbetalen van de salarissen het principe ‘no work, no pay’ worden toegepast en zullen de ongeoorloofd verzuimde werkuren van salarissen worden ingehouden”, aldus Konket in de brief aan het personeel. De minister verzoekt alle ambtenaren het voorschrift in de circulaire ‘stipt na te leven’ en wijst erop dat die ook geldt voor ‘personeel werkzaam bij het Korps Politie Curaçao’.
Vrijdag hebben de vijf vakbonden die zijn vertegenwoordigd in het Centraal Georganiseerd Overleg in Ambtenarenzaken (CGOA) namens ongeveer 1.500 leden een bezwaarschrift ingediend bij het Hof van Justitie. De ambtenaren hebben op persoonlijke titel bezwaar aangetekend tegen een eerdere circulaire van de regering over de korting van 12,5 procent op hun arbeidsvoorwaardenpakket. Het is nu aan de rechter om te beoordelen of de regering inderdaad, zoals de bonden menen, wetten overtreden en afspraken aan hun laars lappen. De vakbonden Abvo, STrAF, Sitek, SAP en NAPB zullen voorlopig verder gaan met hun acties en vandaag hun standpunt verduidelijken.
De vijf bonden blijven onvermoeibaar strijden tegen de korting op de arbeidsvoorwaarden. Zij laten zich niet uit het veld slaan door het bericht van premier Eugene Rhuggenaath (PAR) die benadrukt dat zijn kabinet ervoor heeft gekozen de 12,5 procent door te voeren - een eis van Nederland bij de toegezegde liquiditeitssteun - juist om de salarissen van de ambtenaren te kunnen betalen. En ook niet door de Raad van Advies die concludeert dat zonder twijfel sprake is van uitzonderlijke omstandigheden en dat het terecht is dat de overheid ‘de voorwaarde van Nederland voor het inkorten van 12,5 procent op het arbeidsvoorwaardenpakket van ambtenaren met terugwerkende kracht vanaf 1 juli wil implementeren’.