Van onze correspondent
Den Haag - Aruba, Curaçao en Sint Maarten is in de Rijksministerraad vandaag zes weken aan liquiditeitssteun toegezegd door het Nederlandse kabinet-Rutte. Volgens minister Raymond Knops van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) is daarmee voldaan aan het verzoek van de landen om financiële steun.
De steun wordt verstrekt in de vorm van een renteloze lening met een looptijd van twee jaar. Er hoeft dus pas in 2022 te worden afgelost, maar herfinanciering of een andere oplossing is dan ook mogelijk. Bedragen noemde Knops niet in de persconferentie, die verliep via een livestream op YouTube. Zijn woordvoerder bevestigde na afloop dat het de komende anderhalve maand gaat om 42,8 miljoen florin voor Aruba; 177 miljoen gulden voor Curaçao en 50,2 miljoen gulden voor Sint Maarten. Dit is/lijkt conform het advies van het College financieel toezicht (Cft), waar de Caribische Cft-leden zich volledig van distantieerden.
In de komende zes weken wordt tussen Nederland en de regeringen een-op-een gesproken over de uitwerking van de noodpakketten, die daarna moeten worden geïmplementeerd. ,,We moeten samen de economie uit het moeras trekken”, zei Knops. De minister noemt de gesprekken met de premiers van de Caribische landen woensdag en met de Gevolmachtigde ministers donderdag ‘goed overleg’. Hij benadrukte enkele keren dat de hulp na de eerste periode bestaat uit begrotingssteun en daarom niet zonder voorwaarden wordt verstrekt. ,,De landen moeten zich ook voorbereiden op een volgende crisis, hun financiën op orde brengen. De weerbaarheid moet omhoog.” Het is investeren in de toekomst, aldus de BZK-bewindsman. Journalisten konden vooraf via WhatsApp vragen insturen, wat de voorlichters van BZK en de minister de gelegenheid bood om de meest heikele onderwerpen te vermijden. Zo werd een vraag van deze krant over het College financieel toezicht (Cft), waar intern ruzie over de Nederlandse steun aan de landen is ontstaan tussen het Nederlandse en het Caribische smaldeel, omzeild door alleen in te gaan op de noodzaak van een beoordeling van de plannen. Het Cft is daarvoor de beste optie, aldus het antwoord, omdat dit de situatie in de landen kent en ervaring heeft met toezicht.
Hetzelfde gebeurde met vragen over artikel 36 van het Statuut (‘Nederland, Aruba, Curaçao en Sint Maarten verlenen elkander hulp en bijstand’) en de toekomst van het Koninkrijk, gezien de verschillende interpretaties over wat onderlinge bijstand inhoudt. ,,Nederland heeft maatregelen genomen en kan de klap opvangen. Wij verwachten ook van de landen dat zij alles doen om hun eigen financiën op orde te brengen. De afgelopen jaren is er te weinig in geïnvesteerd in de economie. We gaan geen honderden miljoenen verstrekken zonder voorwaarden”, zei Knops.
Volgens hem schept deze crisis juist een band in het Koninkrijk. ,,We zitten er allemaal in. Het heeft grote impact op de samenleving. Dit is het moment om te kijken hoe we ons tot elkaar verhouden, hoe weerbaar we zijn tegen een crisis.” De CDA-minister benadrukt de solidariteit binnen het Koninkrijk.
Gevraagd naar de optie om steun in de vorm van een schenking te verlenen, wijst Knops naar de hulp in de vorm van medische apparatuur, personeel en van Defensie. Maar de financiële steun zal geen gift zijn. Over de geleverde 42 ic-units zegt de minister dat die naar behoefte kunnen worden verplaatst. De twaalf units voor ieder van de drie landen en zes voor Bonaire is dus geen vaststaande verdeling. Ook zou er zonodig uit Nederland nog extra capaciteit kunnen komen als daar de piek in de ziekenhuisopnames voorbij is.
In een slotwoord wenste Knops iedereen op de eilanden sterkte. Als boodschap gaf hij de autonome Caribische landen nog mee om na te denken over de eenzijdige economie, die vooral is gebaseerd op toerisme. ,,We moeten voorbereid zijn op een lange duur en banenverlies. Maar uiteindelijk hoop ik dat we over een jaar kunnen zeggen: ‘We hebben de goede maatregelen genomen’.”
‘Liquiditeitssteun is verhaal op korte termijn’
Direct na de RMR van vandaag en nog voor de digitale persconferentie stond Knops de media ook te woord. Hierbij gaf hij aan dat de liquiditeitssteun die vandaag is toegezegd aan de eilanden ‘het verhaal op korte termijn is’ en bedoeld is om in de acute behoeften van de landen te voorzien. ,,Afgezien daarvan beginnen we met het traject om te kijken naar de financieringsbehoeften op lange termijn op basis van de individuele plannen van de landen die zullen worden geanalyseerd door het Cft en het CAft”, aldus de minister van Koninkrijksrelaties.
,,We vinden het belangrijk dat de financiering meteen beschikbaar komt voor de landen. Maar het is ook belangrijk dat de landen hervormingsmaatregelen zullen nemen, omdat deze crisis de grote kwetsbaarheid van de landen bevestigt en we ze moeten versterken zodat ze beter in staat zijn om het hoofd te bieden aan toekomstige crises”, zo vervolgde de bewindsman, die vervolgens aangaf dat de landen ook een steentje moeten bijdragen. ,,Ze moeten al het mogelijke doen om een solide financiële basis te krijgen. Het betekent keuzes maken, politiek moeilijke beslissingen nemen, belastingen innen en investeren in vitale diensten zoals de sociale sector, volksgezondheid en onderwijs. In een videoconference-vergadering met de premiers van het Koninkrijk gisteravond hebben we afgesproken dat we dit moeten doen, om samen na te denken over hoe we wijzigingen in het systeem kunnen aanbrengen, zodat de landen minder kwetsbaar worden.” Knops wees erop dat de Caribisch-Nederlandse landen voor de coronacrisis al met financiële problemen kampten.
De minister zei dat hij de dringende behoeften van mensen in nood op de eilanden erkende. ,,We zoeken naar manieren zoeken om hen te helpen. Deze crisis treft de meest kwetsbaren het hardst. We zijn samen in dit Koninkrijk en we zullen elkaar helpen.” Volgens hem wordt door Nederland naast financiële en medische hulp ook gekeken naar de mogelijkheid van humanitaire hulp.
Knops uitte vandaag kritiek op de hoge beloningen die Statenleden, ministers en directeuren van overheidsgelieerde entiteiten op de eilanden genieten. ,,Overheidsfunctionarissen moeten de mensen en het land dienen en hoge salarissen mogen daar geen deel van uitmaken. De hoge salarissen zijn onaanvaardbaar en het moet stoppen. Het is ondraaglijk dat mensen hongerlijden en dat anderen zulke hoge salarissen voor relatief kleine eilanden krijgen.”
Gevolmachtigde ministers Antony Begina van Curaçao, Guillfred Besaril van Aruba en directeur van het kabinet van de Gevolmachtigde minister van Sint Maarten Carol Voges waren voorzichtig optimistisch over wat zij een ‘eerste stap’ noemen. ,,We zijn tevreden met deze oplossing, omdat we nu kunnen beginnen met het aanpakken van de urgente maatschappelijke behoeften van de Curaçaose bevolking. Het is positief dat er financiële vooruitzichten zijn voor de langere termijn en dat we met elkaar zullen blijven overleggen hoe we dit in de nabije toekomst kunnen aanpakken”, aldus Begina.