Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Soms, als Eugene Rhuggenaath weer eens heel vroeg in Fòrti zit, vraagt de regeringsleider van Curaçao zich weleens af: ,,Welke nieuwe crisis kan er vandaag nog bij komen? We hebben al van alles en nog wat gehad. Maar er móet een reden hiervoor zijn. En de reden is: We hebben een crisis nodig om te veranderen. Veranderen om groei te realiseren.”
Weglopen en het eventueel overlaten aan een nieuw kabinet na de verkiezingen van 2021, daar wil Rhuggenaath niets van horen. Integendeel, hij en zijn ministersploeg van PAR, MAN en PIN willen de besluitvorming versnellen en vooral implementeren.
Vooral dit laatste is - geeft de minister-president ruiterlijk toe - een issue. Het is al moeilijk om dagelijks, terwijl er weer talloze brandjes moeten worden geblust, de focus op de noodzakelijke hervormingen te houden. Maar uitvoeren is helemaal een struikelblok: ,,We hebben de capaciteit gewoon niet altijd.” Dat is geen excuus of smoesje, maar is volgens Rhuggenaath de werkelijkheid.
Er zal dan ook aanvullende technische bijstand aan Nederland worden verzocht. Maar soms is zelfs dát gemakkelijker gezegd dan gedaan, want terecht wordt dan vanuit Den Haag de vraag gesteld wat voor bijstand exact nodig is.
Feit is verder dat de structurele hervormingen doorgevoerd moeten worden in een context en sfeer van begrotingstekorten (hoewel door meevallers 2019 sluitend lijkt te kunnen worden afgesloten, aldus de premier), het snijden in diverse budgetten en een stijgende schuldratio.
,,Het is echter allemaal bekend. There is nothing new really”, sprak hij de aanwezigen toe, verwijzend naar de jongste conclusies en aanbevelingen van het IMF afgelopen maandag: Curaçao kampt met een langdurige recessie als gevolg van de impact van de crisis in Venezuela en - zo voegt het IMF er onmiddellijk aan toe - ‘waardoor de al veel langer bestaande structurele zwakheden van de overheidsfinanciën bloot zijn komen te liggen’.
Curaçao moet daarom ‘hand in eigen boezem steken’, stelt Rhuggenaath, die vindt dat het ook tijd is om zaken bij hun naam te ‘benoemen’ en er niet meer van weg te lopen. Zoals ten aanzien van de Ontslagwet en de starre arbeidsregelgeving, die door elke studie en analyse weer worden genoemd als stoorfactor voor investeringen, groei en zelfs banencreatie, maar als een heilig huisje geldt waar - als het aan het vakbondswezen ligt - niet aan mag worden getornd.