Van een onzer verslaggeefsters
Willemstad - Curaçao hoeft niet te vrezen dat het door Venezuela zal worden aangevallen omdat het land nu als hub zal fungeren voor humanitaire hulp aan het noodlijdende Zuid-Amerikaanse land.

Dat stelt de Venezolaanse staatssecretaris van Buitenlandse Zaken, Yvan Gil, die op bezoek is in Nederland voor een gesprek met het ministerie van Buitenlandse Zaken, tegenover de NOS. ,,Nooit. Als er een militaire aanval vanuit de Verenigde Staten komt, dan zullen we ons verdedigen. Maar Venezuela zal nooit een buurland aanvallen.” Deze uitspraak zal een geruststelling zijn voor verschillende groepen binnen de Curaçaose bevolking - waaronder vakbonden en Statenleden - die zich kritisch hebben uitgelaten over de hulpverlening vanuit Curaçao aan Venezuela, uit angst dat Curaçao dan het doelwit zou worden van de regering van Nicolás Maduro.
De Nederlandse minister van Buitenlandse Zaken, Stef Blok, maakte vorige week bekend dat er humanitaire hulp wordt verleend aan Venezuela en dat Curaçao hierbij als hub zal dienen. Hiermee wordt gehoor gegeven aan het verzoek van de Venezolaanse oppositieleider Juan Guaidó - die zichzelf onlangs als interim-president heeft verklaard - en de Verenigde Staten. Venezuela verkeert in een diepe economische crisis en kampt met grote tekorten aan voedsel en medicijnen.
Het plan om humanitaire hulp te verlenen wordt door Gil afgedaan als ‘propaganda’. Dat andere landen spreken over een humanitaire ramp, doen ze volgens de Venezolaanse staatssecretaris alleen zodat ze later een militaire interventie kunnen rechtvaardigen. ,,Als Curaçao en Nederland een hub willen creëren om Venezuela te destabiliseren, accepteren we dat niet. Dat hebben we vandaag ook gezegd tegen het Nederlandse ministerie.” Volgens Gil verkeert zijn land niet in een humanitaire crisis en kan Venezuela alleen zelf die crisistoestand uitroepen. ,,Er is een economische crisis, dat is wat anders. Zoals vele andere landen in Latijns-Amerika, en daar is de situatie erger dan in Venezuela.”
De staatssecretaris geeft wel toe dat het land hulp nodig heeft. ,,Maar als Nederland echt wil helpen, moet het de sancties opheffen”, zo vindt hij. De staatssecretaris doelt op de economische en financiële sancties van de Verenigde Staten en de Europese Unie die de Venezolaanse handel met het buitenland zwaar bemoeilijkt.
Volgens officiële cijfers van de Verenigde Naties zijn 3 miljoen Venezolanen gevlucht uit het land. Maar ook dit ontkent Gil: ,,Sommige mensen, niet miljoenen, zijn geëmigreerd.”