Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Curaçao heeft in een risicoprofiel 35 mogelijke rampscenario’s geïnventariseerd. Met behulp van een digitale risicomap met data over belangrijke objecten op Curaçao kunnen hulpverleners bij een ramp gericht aan de slag en hebben alle hulpdiensten dezelfde informatie.
In een persconferentie is gisteren het risicoprofiel en de risicomap gepresenteerd. Premier Eugene Rhuggenaath staat aan het hoofd van het Rampenbestrijdingsteam. In zijn inleiding merkte hij op dat hij er trots op is dat Curaçao, in vergelijking met andere landen, vooruitloopt op het gebied van rampenbestrijding. Dit bleek tijdens zijn deelname aan een vergadering van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties (VN) waarin klimaatverandering op de agenda stond.
De minister-president benadrukte het belang om goed voorbereid te zijn op calamiteiten. Als voorbeeld noemde hij het noodplan dat de regering al klaar heeft liggen voor het geval de levering van brandstof aan Curaçao op losse schroeven komt te staan. In het risicoprofiel is een van de scenario’s dat er geen brandstof meer aan het eiland geleverd kan worden.
Toen de levering van brandstof aan Curaçao een paar maanden onzeker was als gevolg van de beslaglegging van ConocoPhilips op tegoeden van PdVSA, kon de regering de levering van brandstof toch garanderen. Als klein eiland is Curaçao kwetsbaarder voor de impact van een ramp. Zo heeft het eiland maar één ziekenhuis en één luchthaven. In vergelijking met de Verenigde Staten (VS) duurt het herstel na een ramp langer op een klein eiland, zo legde Rhuggenaath uit.
Een storm die in de VS voorbijraast kan een verwoestende uitwerking hebben. Maar als dit op Curaçao gebeurt, zal het langer duren om de schade te herstellen of de economische gevolgen ervan te overwinnen. Het eiland is goed voorbereid op calamiteiten, omdat jaarlijks de rampenbestrijding wordt verbeterd.
Lesley Fer, directeur Risicobeheersing en Rampenbeleid, zette uiteen dat uit onderzoek is gebleken dat burgers vaak denken dat alleen een stevige regenbui of een behoorlijk harde wind een risico voor het eiland inhouden. Maar er zijn in totaal 35 risicoscenario’s. Bijvoorbeeld dat de Julianabrug instort, dat er een lekkage of uitstoot van toxische stoffen is of dat er een brand op zee ontstaat. Maar zieke dieren of een grieppandemie houden ook een groot risico in voor het eiland.
In het risicoprofiel is ook rekening gehouden met 8.000 cruisetoeristen die wekelijks het eiland bezoeken. De directeur wees erop dat als er een ramp gebeurt de overheid rekening moet houden met de opvang van deze extra mensen.
,,Veel burgers geloven niet dat het eiland getroffen kan worden door rampen. Zij zijn onwetend of gaan ervan uit dat God het eiland wel zal beschermen. Daarmee dragen ze onbewust bij aan het vergroten van de kans dat een ramp zich voordoet”, zo legde Fer uit.
De overheid heeft spotjes gemaakt met de leus ‘Si bo sa bo ta prepará’ (als je kennis hebt, ben je goed voorbereid). Tijdens de persconferentie presenteerde de premier zijn eigen variant op de slogan. ‘Mas prepará bo ta, mas mihó bo sa kon atendé’ (Hoe meer je voorbereid bent, hoe meer je weet wat je moet doen).
Denise Lobo-Pieters van de Directie Risicobeheersing lichtte tijdens de persconferentie het gebruik van de risicomap toe aan de hand van een fictieve brand. Zij liet zien dat het mogelijk is om verschillende data over het gebied waarin de brand woedt op elkaar te projecteren. Aan de hand van de objecten en het aantal huizen in het rampgebied wordt het voor hulpverleners duidelijk hoeveel mensen geëvacueerd moeten worden. De map wordt nog aangevuld met data van onder andere het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).