Van een onzer verslaggevers
Willemstad - The Curaçao Financial Group heeft een groot deel van de onroerendgoedportefeuille van Pietermaai Smal overgenomen van Jewel Investment & Management Group en in het Curaçao Heritage Fund gestopt.
Deze doorbraak werd gisteren gevierd tijdens de lancering bij restaurant Ginger.
Het Curaçao Heritage Fund is een vastgoedbeleggingsfonds dat is opgericht op initiatief van Bharat Bhojwani en Walter Blijleven van The Curaçao Financial Group. Nadat het duo voldoende investeerders had aangetrokken in zowel aandelen als obligaties, ging het fonds vorige week officieel van start met het passeren van de akte bij notaris Eshuis.
Het Heritage Fund moet professionele beleggers de mogelijkheid bieden om te investeren in het cultureel erfgoed van Curaçao in ruil voor een aantrekkelijk rendement. Onder het fonds vallen vooralsnog Pietermaai Boutique Hotel met 35 hotelkamers (waarvan B&B Management uitbater is), een aantal appartementen met in totaal 45 studentenkamers (die door Wereldstage worden geëxploiteerd) en een drietal panden dat commercieel verhuurd wordt: het kantoor van Heren2 architectenbureau, de Kiosk en Bistro Pietermaai.
Jewel Investment & Management Group behoudt nog een aantal takken, waaronder een paar van de modernere appartementen en een aantal percelen die nog ontwikkeld moeten worden. Bhojwani stelt dat het in principe wel de bedoeling is dat ook deze in het fonds terechtkomen, wanneer de projecten volledig doorontwikkeld zijn. ,,De visie is om verder te groeien, dus je zou dit kunnen zien als een eerste fase.”
Dat is het gevolg van het zogenoemde conservatieve beleggingsbeleid, waarvoor is gekozen. ,,Wij beleggen alleen maar in lage risico-objecten. Daarmee bedoelen we: gebouwen die al helemaal gerestaureerd zijn en waar al voldoende inkomsten uit gegenereerd worden. Pas als er aan allebei die factoren wordt voldaan, komen de panden in aanmerking voor het Curaçao Heritage Fund”, aldus Bhojwani.
Het beleid lijkt vertrouwen te scheppen, want de obligaties, met een minimale inleg van 50.000 gulden per stuk en een looptijd van vijf jaar, gingen als warme broodjes over de toonbank. Ze zijn in mei aan de markt aangeboden en waren binnen een maand volgeschreven. Sinds afgelopen vrijdag, 1 juni, zijn ze verhandelbaar op de Dutch Caribbean Securities Exchange (DCSX) en vanaf nu wordt elk kwartaal rente uitbetaald op deze obligaties. Deze rente-inkomsten zijn overigens vrijgesteld van inkomstenbelasting, omdat het gaat om investeringen in het vastgoed in het Unesco Werelderfgoed-gebied.
