Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Bij de Centrale Bank van Curaçao en Sint Maarten (CBCS) staat bijna 1,3 miljard gulden aan verplichte reserves ‘werkloos’ op de balans. Terwijl de economie van Curaçao al enkele jaren nauwelijks of slechts moeizaam wil aantrekken.
Geld moet toch rollen? Hoe zit dat? De CBCS geeft antwoord op vragen van het Antilliaans Dagblad.
,,De verplichte reserve - ‘reserve requirement’ - is een instrument van het monetaire beleid gericht op beheersen van de beschikbare liquiditeit van het bankwezen. Hoe meer liquiditeit de banken aanhouden boven het bedrag dat nodig is om hun dagelijkse transacties af te wikkelen en dat als voorzorg wordt aangehouden, des te meer middelen ze hebben voor kredietexpansie.”
Een te sterke kredietgroei, een kredietgroei die de groei van de economie meerdere jaren achtereen overtreft, kan door de hogere bestedingen en daarmee verband houdende hogere importen het tekort op de lopende rekening van de betalingsbalans tot een ongewenst niveau laten oplopen. Zo legt de CBCS uit.
,,Zodra de buitenlandse financiering onvoldoende is om dit tekort te dekken, zal dit resulteren in afnemende officiële reserves en een dalende importdekking. Als deze ontwikkeling niet wordt gekeerd, kan uiteindelijk de stabiliteit van de koppeling van de NAf - de Antilliaanse gulden - aan de Amerikaanse dollar in gevaar komen.”
De inzet van de reserve requirement staat dus nauw in verband met de ontwikkeling in de deviezenreserves en de importdekking en is, aldus de Centrale Bank, ‘niet geschikt voor economische stimulering’.
,,Het stimuleren van de economie is trouwens geen taak van de CBCS. De monetaire beleidsinstrumenten worden uitsluitend ingezet om de stabiliteit van de waarde van de NAf te bevorderen. Met andere woorden: de handhaving van de vaste koppeling met de Amerikaanse dollar.”