Gouverneur Curaçao staat in toespraak stil bij geruchtmakende rechtszaken
Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Gouverneur Lucille George-Wout van Curaçao meent dat het belangrijk is dat de ‘geruchtmakende rechtszaken’ waar het eiland de afgelopen periode mee te maken had en dat ook de komende tijd nog zal hebben, ‘klaarheid’ brengen en dat de samenleving ervan leert.
Dit zei ze in haar toespraak ter gelegenheid van de Koningsdagreceptie. De gouverneur noemde geen namen, maar het wordt alom ervaren dat ze doelt op strafzaken als Bientu, Babel en mogelijk ook Maximus/Magnus.
,,De afgelopen periode heeft een aantal grote rechtszaken veel beroering in de samenleving met zich meegebracht. Ook in de tijd die nu voor ons ligt zijn geruchtmakende processen voorzien, waarin het recht zijn beloop zal moeten krijgen.”
Ze zei dit in het kader van ‘bestuurlijke stabiliteit en rechtszekerheid’, waarover George-Wout stelde dat dit ‘jammer genoeg ook in onze maatschappij niet altijd een vanzelfsprekendheid is’.
,,Belangrijk is dat er door deze zaken klaarheid gebracht wordt en ik hoop dat we er als samenleving ook van leren. Dat is goed en zo hoort het ook in een democratische rechtsstaat. Ik ben ervan overtuigd dat we er als maatschappij alleen maar sterker van worden en dat het ons dichter bij elkaar zal brengen.”
Een krachtig Koninkrijk is wat we nodig hebben, betoogde ze verder. ,,Maatschappelijke veranderingen en globaliserende markten maken dat we ons continu moeten blijven aanpassen opdat het Koninkrijk een moderne rechtsstaat blijft waarbij persoonlijke rechten en vrijheden gecombineerd worden met bestuurlijke stabiliteit en rechtszekerheid.”
George-Wout beklemtoont dat in onze maatschappij gelijkheid en een eerlijke verdeling van rechten en plichten van onze burgers voorop dienen te staan. Het is een van de fundamenten waarop het Koninkrijk is gebouwd.
,,Gelijkheid is dan ook een onderwerp waar we nauw op moeten toezien en waaraan we altijd met elkaar moeten blijven werken; overheden en burgers tezamen. Het zou niet zo moeten zijn dat een Yu di Kòrsou vanuit sociaaleconomische motieven naar Nederland moet verhuizen. Het is onze plicht om hier, op ons eigen eiland, een paradijs te bouwen. Niet alleen voor de ‘happy few’, maar voor iedereen!”