BC vraagt bewindslieden gebruik te maken van hun beleidsvrijheid

Van onze correspondent
Kralendijk - Gezaghebber John Soliano vraagt in een brief van 20 november aan de leden van de Staten-Generaal of zij hun invloed willen aanwenden om te voorkomen dat de mensen met een minimuminkomen in Caribisch Nederland in 2025 opeens belasting moeten gaan betalen.

Doordat een Kamermeerderheid vorige week stemde voor uitstel van de invoering van het Belastingplan BES 2025 is de koppeling tussen minimumloon en de belastingvrije voet op losse schroeven komen te staan. Dit betekent dat minima mogelijk tussen de 5 en 11 dollar per maand belasting gaan betalen. Soliano noemt dit zeer ongewenst.
Hij spreekt in de brief namens het bestuurscollege (BC) zijn dankbaarheid uit over de uitkomst van de stemmingen in de Tweede Kamer op 14 november over het Belastingplan BES-eilanden 2025. ,,In het aannemen van het belastingplan en beide amendementen met een ruime meerderheid, bestaande uit fracties van links tot rechts, zien wij een grote betrokkenheid en inzet voor Bonaire, Sint Eustatius en Saba. Dat wordt hier zeer gewaardeerd”, aldus Soliano. In de brief vraagt hij bijzondere aandacht voor een element dat nog vóór het jaar 2025 moet worden geregeld: de afstemming van de inflatiecorrecties van de belastingvrije som en het minimumloon, met als uitgangspunt dat minima in 2025 net als in 2024 geen belasting betalen.
Per 1 januari 2025 worden beide bedragen voor de inflatie verhoogd volgens de bestaande regelgeving: de belastingvrije som door de minister van Financiën en het minimumloon door de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Logisch bezien zouden beide bedragen per 1 januari 2025 op hetzelfde uitkomen; immers, in 2024 zijn ze reeds op elkaar afgestemd en beide ondergaan een inflatiecorrectie. Echter, zoals ook in de toelichting van het amendement is te lezen, gaat dit voor 2025 nog niet automatisch goed, in afwachting van een structureel mechanisme vanaf 2026.
Maar volgens Soliano bieden een goede onderlinge afstemming tussen de ministeries en de beleidsvrijheid die is opgenomen in de bestaande inflatiecorrectiebepalingen wel mogelijkheden. ,,In de toelichting heeft de regering ook op deze kwestie gewezen, zij het dat de staatssecretaris enkele uren voor de stemmingen tot een negatief oordeel over het amendement is gekomen. Naar wij aannemen is er vanwege de hoge tijdsdruk vanaf de indiening van het amendement in aanloop naar de stemmingen nog niet ingegaan op deze beleidsvrijheid en mogelijke oplossingen voor deze rekenproblematiek.” Voor nu is het volgens Soliano in elk geval belangrijk om, ter voorkoming van ongewenste effecten voor de tussentijd, de technische kwestie van de inflatiecorrecties op passende wijze op te lossen.
Uit niet-officiële berekeningen blijkt dat, zonder gepaste afstemming, minima op twee van de drie eilanden mogelijk een maandelijks bedrag van circa 5 respectievelijk 11 dollar aan belasting zouden moeten gaan betalen. Het gaat in totaal om zo’n 1,5 miljoen dollar en dat is volgens het BC, afgezet tegen de gehele begroting, een schijntje. ,,Bovendien is voor de uitgestelde maatregelen in het belastingplan een kostenpost voor de Staatskas van 7 miljoen euro begroot en dat is aanzienlijk meer dan de 1,5 miljoen waar het hier over gaat. Dus met een beetje goede wil moet dit eenvoudig opgelost kunnen worden.”
Voor de minima zijn de belastingbedragen volgens Soliano zeer ongewenst en wel degelijk relevant. Die huishoudens hebben nog steeds moeite om rond te komen gezien de hoge kosten van levensonderhoud. En voor 2025 zullen de bedragen om maandelijks rond te komen door inflatie en afbouw van subsidies nog hoger worden. Hij verzoekt de Statenleden in overweging te nemen de minister van SZW en de staatssecretaris van Financiën aan te moedigen en te steunen om afstemming te plegen en hier binnen de bestaande beleidsvrijheden een passende oplossing voor te vinden, ‘binnen de nieuwe werkelijkheid die door het aannemen van amendement is ontstaan’.
Het gaat volgens de gezaghebber alleen om de heffing van loonbelasting. In de inkomstenbelasting lijkt voor 2025 geen reparatie nodig voor minima die geen ander inkomen hebben, omdat in de bestaande inkomstenbelastingwetgeving reeds is voorzien in het achterwege blijven van een aanslag indien het verschuldigde bedrag minder dan 168 per jaar is.