Tarieven worden lager en beter voorspelbaar
Van onze correspondent
Den Haag - De routekaart naar verduurzaming van de energie op Bonaire, Sint Eustatius en Saba (BES) komt bij de Voorjaarsnota van het kabinet, maar minister Rob Jetten van Klimaat en Energie geeft in een brief aan de Tweede Kamer al een inkijkje over de kant die het opgaat.
Belangrijk voordeel van verduurzaming is dat de olieprijs veel minder invloed krijgt op de tarieven die daardoor niet alleen lager zullen worden, maar ook beter voorspelbaar zullen zijn.
TNO heeft op verzoek van het ministerie onderzoek gedaan naar de mogelijkheden voor verduurzaming. Jetten geeft in zijn brief aan wat de conclusies zijn en welke stappen hij wil nemen om de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen te verminderen. Jetten herhaalt dat het kabinet het Koninkrijk een showcase wil laten zijn voor de verduurzaming van kleine eilandstaten. Hij wil daarbij ook samenwerken met de autonome landen Curaçao, Aruba en Sint Maarten, maar verder dan de openstelling voor de landen van de Subsidieregeling Duurzame Energie (SDE) kan hij nog niet gaan.
De kosten voor duurzame energie zijn lager dan voor energieopwekking door middel van brandstof. Daarnaast is de olieprijs ‘zeer volatiel’ en op dit moment al veel hoger dan die van december 2021, toen de huidige elektriciteitstarieven op de BES-eilanden werden vastgesteld.
Het heeft dan ook veel voordelen om de invloed van de olieprijs grotendeels uit te schakelen. ,,Bij verduurzaming heb je te maken met de financieringskosten, afschrijving en operationele kosten van de duurzame productiemiddelen. Deze zijn op het moment van het aangaan van een contract voor de bouw van deze middelen in tegenstelling tot de kosten voor brandstof wel voorspelbaar. Na de bouw lopen deze kosten steeds verder terug, omdat er jaarlijks afgeschreven wordt.”
Op Bonaire is een gemiddeld huishouden per jaar 1.309 dollar kwijt aan energie (per 1 januari 2022). Hoewel dat veel minder is dan in Europees Nederland (3.164 dollar) is dat door de lage inkomens naar verhouding een groter deel van het inkomen. Jetten noemt het aandeel van de nutskosten in de bestedingen ‘erg hoog’.
Volgens het TNO-onderzoek kan Bonaire het aandeel duurzame energie verhogen van 25 procent naar 80 procent. Dat kan via een hybride plan in twee fases. De eerste fase is een zonneweide en in de tweede fase komen er windmolens met batterijopslag. Hoewel dat volgens de deskundigen zonder subsidie rendabel te realiseren is, heeft het vorige kabinet via Bonaire Brandstof Terminals (BBT) hiervoor 10 miljoen euro (11 miljoen dollar) uitgetrokken. ,,BBT kan hiermee, na het aantrekken van nog meer vreemd vermogen, tegen lage financieringslasten een groot deel financieren.”
De stroomtarieven zullen daardoor dalen, wat bijdraagt aan verbetering van de levensstandaard, aldus Jetten. De zonneweide zou al dit jaar aangelegd kunnen worden, de nieuwe windturbines moeten in 2024 operationeel zijn. De minister schrijft dat de rol van BBT zich beperkt tot financier/investeerder, omdat het tegen lage rente kan financieren. Verder is BBT opgericht voor de opslag van brandstoffen, wat urgent was voor het vlieg- en wegverkeer, Dit heeft ‘nauwelijks een relatie met de elektriciteitsproductie’, aldus Jetten.
Er zijn mogelijkheden om maar 100 procent duurzaamheid te gaan, maar die zijn vooralsnog te duur of moeten nader onderzocht worden. Biodiesel zou nu al kunnen, maar levert extra kosten op. Het al veel besproken Ocean Thermal Energy Conversion (Otec) blijft op dit moment buiten beschouwing, omdat het duur is. TNO beveelt wel aan daar verder onderzoek naar te doen, omdat het een optie kan worden. Ook waterstof kan op lange termijn (na 2030) van betekenis zijn om de verduurzaming verder te helpen.
Over het projectplan van WEB voor verduurzaming, waarop niet of nauwelijks is gereageerd vanuit Den Haag, rept de minister niet. Hij schrijft wel dat WEB samen met BBT, ContourGlobal, het eilandsbestuur en het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) werkt aan een transitieplan naar verduurzaming. Voor de zomer wordt meer duidelijk over de vervolgstappen op de korte termijn en het perspectief voor de lange termijn.
Windenergie op Saba en Statia
Op Saba wordt overdag vrijwel volledig gedraaid op zonne-energie. Op jaarbasis is het aandeel duurzame energie 40 procent. Wegens de moeilijke omstandigheden en de kleine schaal heeft het de voorkeur alles in een keer te doen in plaats van in kleine stappen. Het voornemen is om de verduurzaming op te krikken naar 90 procent door de bouw van een windturbine met batterijopslag. Dit kost 11 tot 13 miljoen dollar. Er is overleg over de financiering.
Op Sint Eustatius is de situatie vergelijkbaar, met op jaarbasis 38 procent duurzame energie. Er is al besloten een nieuwe zonneweide aan te leggen, waardoor dit naar 52 procent gaat en 60 procent door een investering van een private partij. Er is overleg over een bijdrage van het Rijk. Op de langere termijn wordt gedacht aan biodiesel, maar dat levert juist extra hoge tarieven op, aldus de minister. Een realistische optie is windenergie, waarmee volgens TNO 80 procent verduurzaming mogelijk is. Die plannen worden samen met de financieringsmogelijkheden verder uitgewerkt.
TNO heeft ook uitgerekend wat elektrisch rijden kost op de eilanden. Dat heeft 5 tot 10 procent extra vraag naar elektriciteit tot gevolg. Volgens de onderzoekers is er geen extra investering voor nodig.