Door George Lichtveld
In een op 11 mei verschenen krantenartikel geeft Hubert Cristina, zijnde de voorzitter van de stichting Kòrsou na Kaminda pa Libertat (FKKL), te kennen dat de autonome status het begin is van het dekolonisatieproces en dat het volk zich comfortabel moet voelen om zich verder te ontwikkelen om een soeverein volk te worden. Cristina benadrukt dat het volk zich dus comfortabel moet voelen, dat schijnt in zijn ogen een randvoorwaarde te zijn om verder op te kunnen trekken naar het o zo verheven doel van de onafhankelijkheid. Ik kan Cristina geruststellen. Curaçao voelt zich sinds 1954 uitermate comfortabel binnen de grotere rechtsorde van het Koninkrijk der Nederlanden, binnen die rechtsorde genieten het eiland en zijn bewoners van een leefomgeving die burgers alle geneugten en burgerrechten biedt die een moderne democratische rechtsstaat maar verlenen kan. Ik zie geen burgers die gebukt gaan onder wat voor bestuurlijke onderdrukking dan ook, integendeel, ik zie vrolijke mensen die van feest tot feest rollen, dan is het tumba-festival, carnaval, seú, dan weer dia di mama, enz. Het merendeel is wel gevoed en goed gekleed genietend van een welvaartsniveau dat hoger is (of op zijn minst gelijk staat aan) dan dat van de andere eilanden in het Caribisch gebied. Welk juk van onderdrukking moeten wij afwerpen? Cristina faalt nog steeds om ons uit te leggen op welke manier wij door Nederland worden misbruikt of worden uitgebuit, welk belang Nederland heeft om ons te onderdrukken. En hij faalt om uit te leggen welke economische en sociaal-maatschappelijke voordelen er kleven aan het verkrijgen van een onafhankelijke status voor Curaçao. Zolang hij dat niet kan uitleggen kan hij zich beter koest houden omdat, eerlijkgezegd, het de burger geen lor kan schelen of het dekolonisatieproces is afgerond of niet. Geen hond heeft interesse in een abstracte juridisch-academische discussie over het wel of niet afgebouwd hebben van een staatkundig proces zolang het geen effect heeft op hun leefomstandigheden. En dat heeft het niet. Als Cristina een mooie verhandeling wil opstellen over zijn staatsrechtelijke gedachtekronkels dan moet hij dat beslist doen maar ons verder met rust laten en niet proberen beroering te veroorzaken door een beweging in te zetten die enkel open deuren intrapt want hij heeft ook nog steeds niet uitgelegd naar welke ‘libertat’ het reeds volledig vrije Curaçao op weg moet. Maar weinig mensen zullen warmlopen voor een streven van een beweging die in economisch/sociaal maatschappelijk opzicht geen zoden aan de dijk zet maar die enkel strekt ter bevrediging van een groepje met kaboutercomplexen behepte najagers van het spook van het neokolonialisme. Eigenlijk zou ik geen aandacht moeten besteden aan al dit idiote FKKL-gedoe ware het niet dat Cristina met vuur speelt. Het effect van ophitsing is niet altijd voorspelbaar, ook al ben ik ervan overtuigd dat verreweg het merendeel van onze bevolking niet vatbaar is voor demagogie, toch blijft het gevaar bestaan voor volksmisleiding en volksdwaling, de geschiedenis heeft dat zo vaak al bewezen. In het uiterst giftige Latijns-Amerikaanse en Caribisch ecosysteem van drugkartels, zware grensoverschrijdende criminaliteit en door criminele organisaties geïnfiltreerde overheden heeft een onafhankelijk Curaçao weinig overlevingskans. Binnen de kortste keren worden wij dan een roversnest en een speelbal van de onderwereld temeer daar ons eiland nu al jaren de slechte reputatie heeft opgebouwd van een van de grootste witwasgebieden ter wereld (International Narcotics Control Strategy Report 2018 van de Verenigde Staten). Ons eiland is, meer dan men denkt, van belang voor de onderwereld. De sociaalmaatschappelijke, economische, justitiële en militaire vangnetten die het Koninkrijk biedt zijn daarom essentieel voor een democratisch en rechtsstatelijk voortbestaan van onze leefgemeenschap. Elke beweging die ons uit de comfortzone van het Koninkrijk wil brengen vormt dan ook een gevaarzetting voor Curaçao. Daarnaast zou Christina moeten begrijpen dat zelfredzaamheid van piepkleine economieën geen realistisch doel kan zijn. Er zal altijd geld bij moeten. Nederland besteedde volgens hoogleraar Gert Oostindie (hoogleraar Caribenstudies) per jaar ruim 500 euro per inwoner aan de Antillen. De covidepidemie heeft ministaten gewezen op hun kwetsbaarheid en op hun afhankelijkheid van hulp door de grote staten. De Sids (Small Island Developing States), zich bewust van hun fragiele levensvatbaarheid, zijn zich ook steeds meer aan het organiseren. Hopelijk komt het tot een dialoog met de grote naties waarbij oude concepten over (on)afhankelijkheid plaatsmaken voor nieuwe concepten over sustainability los van al die knellende nationalistische gevoelens en verlammende minderwaardigheidscomplexen. Als Cristina zijn eiland Curaçao echt wil dienen, dan houdt hij op met te zeuren over iets wat niemand boeit en hetwelk verder ook in geen enkel opzicht toegevoegde waarde heeft. In plaats daarvan zou hij kunnen meedenken over nieuwe, innovatieve staatsrechtelijke verhoudingen met Nederland waarbij het dan voornamelijk moet gaan om doelmatigheid, om het objectief plaatsen van bestuurlijke taken en bevoegdheden op die plekken die voor Curaçao en zijn gemeenschap het beste uitkomen. Laten wij in godsnaam ophouden met het bekijken van staatsrechtelijke verhoudingen vanuit een emotionele bril. Autonomie is tenslotte niets anders dan een zakelijke bestuursvorm die om praktische redenen wordt gehanteerd in elke gedecentraliseerde staat. De emotionele overwaardering daarvan veroorzaakt alleen maar ruis en tweespalt in het streven naar verstandige bestuurlijke werkverhoudingen met elkaar. Het antagonisme en het weerwerk dat Cristina zoekt zal Curaçao beslist niet vooruithelpen. Het is eerder angstaanjagend en levensbedreigend. Het zal de infiltratie en overname van de georganiseerde misdaad bevorderen en ons juist kansen ontnemen om de interne verhoudingen binnen het Koninkrijk te optimaliseren.

ADOpinie 800

Door Ingemar Merkies

Broeders en zusters, minister, goedemorgen en welkom op deze speciale ‘Viering van de Dag van de Verpleging’. Ik ben zeer vereerd om hier in jullie aanwezigheid te staan als een landskind, jullie en ónze gemeenschap dienend. Een warme felicitatie met een stevige ‘brasa’ voor jullie allen op deze bijzondere dag.

F04 OPINIE I Merkies verpleegkundigen cmykOnze verpleegkundigen zijn ‘in beweging’ als leiders in de zorg, een sterke keten vormend; een sterke basis zoals de Rots van Gibraltar met leiding, liefde en begrip. Als een brug om iedereen die ook in ons mooie Curaçao Medical Center (CMC) dient te verbinden als deel van onze familie die onze broers/zussen, buren, kennissen, families als patiënten verzorgt.

Namens het hele management wil ik jullie bedanken voor jullie steun, elke dag aanwezig met vreugde, liefde en toewijding om jullie ambt uit te oefenen en zo voorbeeldig te zijn voor anderen.

Jullie zijn ‘in beweging’. Niet alleen jullie werk uitvoerend. Maar sta me toe om een paar belangrijke punten naar voren te brengen. Velen van jullie hebben extra werk en grote offers gebracht tijdens de Covid-periode en jullie opleiding: van ziekenverzorgenden naar algemene verpleegkundigen en anderen die zichzelf hebben getransformeerd van algemene naar gespecialiseerde verpleegkundigen om beter te kunnen dienen.

Daarom ben ik enorm trots om te zeggen dat we naast algemene verpleegkundigen 100 procent gespecialiseerde verpleegkundigen hebben op posities waar ze nodig zijn en zoals het moet zijn: op de dialyseafdeling 100 procent; op de spoedeisende hulp 100 procent; op de ICU 100 procent; en de Nicu, oncologie, en laten we de geriatrie niet vergeten; twee kinderverpleegkundigen op de kinderafdeling met een speciaal diploma voor onze kinderen met diabetes; en vergeet niet onze afdelingen zoals de CCU, NCU - en zo kan ik blijven doorgaan om aan te tonen hoe jullie ‘in beweging’ zijn en het verdienen om in de schijnwerpers van liefde en koestering gezet te worden, aangevend hoe jullie jullie werk uitvoeren.

Dit gebeurt ook met onze basisartsen die in CMC zijn begonnen met hun opleiding om zichzelf te transformeren in spoedeisende hulp-specialisten; waarmee simpelweg wordt geïllustreerd dat we met onderwijs ons zorglandschap veranderen. Bovendien dragen jullie ook bij aan de opleiding van onze jonge studenten.

Verpleegkundigen hebben zich ook georganiseerd in de VAR: de Verpleegkundige Adviesraad. Met volle vertegenwoordiging die zich richt op leiderschap in verpleging en onderwijs. Niet alleen voor onze broers en zussen in CMC, maar in de maandelijkse educatieve sessies/lezingen nodigen zij ook onze andere collega’s die in andere zorginstellingen werken uit om ook aanwezig te zijn, waarmee wijsheid met iedereen wordt gedeeld en vergroot.

Het is niet voor niets dat gezegd wordt dat jullie anatomie speciaal en bijzonder is:
- een sterk geheugen om alles te onthouden en snel te handelen, omdat jullie over het algemeen de eerste verdedigings- en zorglijn voor de patiënt vormen;
- ogen als een adelaar, waarnemen en ziekten (her)kennen en veranderingen in de toestand van de patiënt registreren met behulp van EWS/SBARR (EWS is een meetinstrument om snel vitale functies van de patiënt te beoordelen, terwijl SBAR een hulpmiddel is om adequaat en snel te communiceren over de situatie van een patiënt, red.);
- zelfs ogen achter in het hoofd;
- Oren die scherper dan die van een hond kunnen horen;
- Een lange tong zoals een leguaan, niet om te roddelen maar om gedetailleerd patiënten en hun familie te informeren, elke dag opnieuw hun zorgen wegnemend;
- een diamanten hart om te dienen, elke dag opnieuw onszelf verbeterend zodat we steeds meer gaan schitteren;
- een rug van beton om lang op de been te blijven;
- twee rechterhanden om veel tegelijk te doen (tweehandig);
- Een blaas om meer dan vijf liter aan urine te weerstaan;
- een sterke maag en met eelt gesterkte benen.

Jullie anatomie is spectaculair en dit alles weerspiegelt zich in de CANMeds-competenties die jullie vertegenwoordigen (CanMEDS-rollen zijn rollen waarmee in de verzorging en verpleging de functieprofielen kunnen worden beschreven, red.).

Broeders en zusters, verpleegkundigen zijn in de groove! Dit is een speciale dag. Samen met Naskho (Nederlands-Caribische Stichting voor Klinisch Hoger Onderwijs) houden we een tweedaags congres met de titel ‘De verpleegkundige als leider in de zorg: Een Caribische context’, waarmee de stappen in verder professionalisme worden gezet.

We hebben professoren in verpleging die zullen deelnemen, verpleegkundigen die onder begeleiding van mijn wetenschapsteam in Maastricht de komende maanden zullen promoveren; vertellend over hun opleidingspad in de wetenschap en hopelijk zullen Chanine Cruden en anderen geïnspireerd worden om hetzelfde te doen - omdat we het kunnen.
Als arts heb ik altijd gedroomd van het optimaliseren van de training aan IFE (opleidingsinstituut Instituto pa Formashon den Enfermeria, red.) en in goede samenwerking met IFE hebben we een nieuw platform gecreëerd tussen Wioo/UMCG/IFE (Wenckebach Instituut voor Onderwijs en Opleiden, alsmede het Universitair Medisch Centrum Groningen en IFE op Curaçao) en binnenkort zullen ook andere lokale instellingen hiervan profiteren en zich aansluiten.

Het hoofddoel van het platform is om de training voor verpleegkundigen te moderniseren, gebaseerd op een nieuw systeem genaamd Project ‘Gilde voor de hele gemeenschap van Curaçao en daarbuiten’ (DCHA), waarmee in wezen onze studenten sneller in de praktijk worden gebracht en hen ‘les wordt gegeven terwijl ze werken’, ofwel ‘learning on the job’.
Ik geloof oprecht dat de gezondheid in het CMC en op Curaçao in het algemeen nog verder kan verbeteren als we ons verenigen en sámen strijden om vooruit te gaan. Dit zijn slechts een paar voorbeelden om de ‘beweging in de verpleegkunde’ te illustreren.

Ik wil eindigen door jullie allemaal te vragen om vanavond een moment te bidden voor onze gewaardeerde verpleegkundige zuster Norien en voor iedereen om ons heen die gezondheidsproblemen ervaren. Moge de Hemelse Vader hen raken zoals alleen Hij dat kan, zodat zij verzorgd worden of op zijn minst zo min mogelijk lijden.
Nogmaals bedankt. Dank jullie allemaal voor jullie aanwezigheid. Dank aan minister Silvania voor zijn aanwezigheid. Namens het management. Namens onze gemeenschap. Brasas en zegeningen van jullie dienaar!

Deze toespraak is uitgesproken door prof. dr. Ingemar S.J. Merkies - chief medical officer (medisch directeur) van het CMC, neuroloog en professor aan MUMC+ (het academisch ziekenhuis Maastricht) - in verband met de viering van de Dag van de Verpleging bij het Curaçao Medical Center aan de J.H.J. Hamelbergweg z/n.

Algemene Rekenkamer (ARC) Curaçao over Jaarrekening 2022 Curaçao

Door Quincy Girigorie
Het is een feit: het rapport van de Algemene Rekenkamer Curaçao (ARC) komt hard aan voor de MFK en minister Javier Silvania. Silvania heeft zichzelf gepromoot als de beste minister van Financiën in de geschiedenis. De ARC concludeert echter dat Silvania een ‘rechtmatigheidsfout’ heeft begaan en deze bedraagt in totaal 535 miljoen; dat is pas een moeilijke binnenkomer.

Lees meer...

Door Paul Stokkermans
Naar aanleiding van de hevige regens van afgelopen zaterdag en de hierdoor ontstane schade is veel discussie ontstaan in de samenleving. Ook hebben veel mensen vragen. Vaak wordt niet begrepen hoe de schade heeft kunnen ontstaan. Het leek daarom goed om wat achtergrondinformatie te verschaffen over de afwatering op Curaçao.

RooiendammenAls het regent op Curaçao komt vaak in korte tijd veel regenwater naar beneden. Dit regenwater zakt deels in de bodem en stroomt deels naar de zee. De zee is namelijk het laagste punt.

De rooien
Over de lengterichting van Curaçao loopt de zogenaamde waterscheiding. De waterscheiding is de lijn die de hoogste punten tussen de zuidkust en de noordkust met elkaar verbindt. Noordelijk van de waterscheiding loopt het water via rooien naar de noordkust. Zuidelijk van de waterscheiding loopt het water via rooien naar de zuidkust. De rooien zorgen dus gezamenlijk voor het natuurlijk afvloeien van het regenwater van land naar de zee. Zie verder ook de bijgevoegde rooienkaart van Curaçao.
Een rooi die bij de zee aankomt veroorzaakt erosie (slijtage) van de grond. Door de erosie ontstaan baaien of boka’s. Baaien en boka’s zijn gewoon het uiteinde van de rooien. Soms worden baaien gemaakt door meerdere rooien. Vaak denkt men dat de zee de baaien en de boka’s heeft gemaakt. Niets is echter minder waar. Baaien en boka’s zijn gemaakt door regenwater dat via de rooien de zee bereikt.

De dammen
Regenwater is zoet water. Op Curaçao is zoet water schaars. Alle regenwater dat naar de zee stroomt is dus een groot verlies voor het eiland. Dit besefte men in historische tijden heel goed. Op de oude plantages werden daarom in de rooien dammen gebouwd. Een dam had als functie een deel van het regenwater tegen te houden en te laten doordringen in de bodem. Het water werd dus als het ware ondergronds opgeslagen in de vorm van grondwater. Gedurende het jaar kon men dan het ondergrondse water via putten weer naar boven halen en gebruiken voor landbouwdoeleinden.
Vaak was er sprake van dammenstelsels. Men maakte dan in een rooi meerdere opeenvolgende dammen die elk een deel van het regenwater tegenhielden. Aan het begin van de rooi waren deze dammen nog klein. Dichter bij de zee waren de dammen groter, want de rooi ontving ook water uit zijrooien en zijrooien van zijrooien. De hoeveelheid water achter een dam neemt dus toe naarmate het dichter bij de zee komt.
Als je het water over de rand van een dam laat stromen zal de dam worden beschadigd en kan deze mogelijkerwijs instorten. Een goed gebouwde dam heeft daarom een versterkt lager punt (sakadó in het Papiaments) waar het water kan doorstromen nadat het gebied achter de dam vol is gelopen met water. Dit is vergelijkbaar met de opening, de zogenaamde overloop, in een wastafel, die overstroming dient te voorkomen.
Als het hard regent zal dus nooit al het water worden tegengehouden. Het overtollige regenwater stroomt via de sakadó gewoon door. Het was ook nooit de bedoeling dat een dam al het regenwater zou tegenhouden. Als het niet veel regent kan een dam wel alles tegenhouden. Bij hevige regenval zal echter altijd water doorstromen.
En dit is dus afgelopen zaterdag gebeurd. De hoeveelheid regenwater was zo groot dat de gebieden achter de dam meteen volliepen en het overtollige water via de sakadó gewoon doorstroomde tot aan de zee. Men denkt dan soms dat de dam is doorgebroken terwijl dit niet zo is. De dam heeft gewoon zijn werk gedaan.

Dammen en bebouwing
Overtollig water stroomt dus altijd door via de sakadó. Wat voorkomen dient te worden is bouwen bij de rooi die het water van de sakadó verder geleidt richting de zee. Het kan een tijd goed gaan maar als het heel veel regent verandert de rooi in een kolkende stroom water die alles vernietigt dat het op zijn weg vindt. Helaas neemt het bouwen in de afwateringsgebieden steeds meer toe. Dat is dus vragen om problemen.
Dammen zijn niet bedoeld om bebouwing te beschermen maar om water in de bodem op te slaan. Helaas zijn veel dammen de laatste jaren opgeofferd ten behoeve van bebouwing. Dit betekent dat nog meer water versneld via de rooien naar de zee zal stromen en daardoor meer schade kan veroorzaken. Ook betekent dit dat de overige dammen zwaarder belast zullen worden.
Het komt ook voor dat door een bouwproject de richting van het water wordt veranderd waardoor sommige dammen zwaarder belast worden en andere dammen ineens geen water meer krijgen. Bij de planning van bouwprojecten wordt hiermee niet altijd rekening gehouden. Sowieso worden bij bouwprojecten veel oppervlakten bedekt met asfalt en beton waardoor het water niet meer kan doordringen in de bodem. De hoeveelheid af te voeren water neemt daardoor nog meer toe waardoor dammen hierdoor nog zwaarder worden belast.
Verder is het klimaat aan het veranderen. Het wordt warmer. Warme lucht houdt meer water vast dan koele lucht. Dit betekent dat nu al, en zeker in de toekomst, de regenbuien heviger zullen worden. In dezelfde tijd zal dan nog meer water via de rooien naar de zee stromen en wordt de kans op schade nog groter als in de afwateringsgebieden is gebouwd.
Het oplossen van de problemen die afgelopen zaterdag zichtbaar zijn geworden vergen een brede aanpak. Natuurlijk is het onderhoud en eventueel herstel van dammen belangrijk, maar er zal ook kritisch gekeken moeten worden naar de bestaande en toekomstige bebouwing in relatie tot de afvoer van regenwater. De natuur houdt geen rekening met de bouwactiviteiten van de mens. Dus zal de mens rekening moeten houden met de wetten van de natuur. Worden deze natuurwetten genegeerd, dan is het vroeg of laat vragen om problemen. En deze problemen zullen in de toekomst vanwege de klimaatverandering alleen maar toenemen.

De auteur, ir. Paul Stokkermans, is gepensioneerd landbouwingenieur en ex-directeur van Carmabi en voormalig beleidsmedewerker van de toenmalige Dienst Economische Zaken (DEZ) op Curaçao. Momenteel is hij directeur van Scientegia Solutions.

Door Jeff Sybesma

Natuurrampen kunnen niet worden tegengehouden, zoals te zien was afgelopen zaterdag in Bándabou. Enorme lokale stortbuien veroorzaakten overstromingen en sleurden alles wat in hun weg stond mee richting zee. Gelukkig waren er geen persoonlijke slachtoffers, maar wel schade aan eigendommen en het natuurlijke landschap. Zelfs de Meteorologische Dienst van Curaçao, die een voorwaarschuwing had gegeven voor regenval en ruwe zee, werd verrast door de plotselinge wolkbreuk en de gevolgen ervan.
F08OpinieHoewel we natuurrampen niet kunnen stoppen, kunnen we ons er zeker op voorbereiden. De zware regenval, zoals zaterdag lokaal viel in Bándabou, hoewel zeldzaam, is niet onbekend. Slecht weer is eerder voorgekomen en heeft telkens weer aangetoond dat de ontstane schade buitenproportioneel is, mede omdat we ons niet voldoende voorbereiden.

Als we ervoor gezorgd hadden dat de dammen en opvangbassins - zoals onze voorouders in hun wijsheid al heel goed wisten - onderhouden waren, hadden we geen doorbraken gehad met regenwater, dat de kortste weg naar zee zoekt en alles meesleurt wat in de weg staat. Van het hele dammenstelsel en de daarachterliggende opvangbassins is vandaag de dag een deel verdwenen en bebouwd met huizen. De rest is sterk verwaarloosd, wat bewust vragen is om problemen van wateroverlast. De natuurlijke afvoerrooien, grotendeels van het jaar droog, worden niet schoongehouden, of ondoordacht dichtgegooid vanwege de menselijke expansiedrift. Wederom, het is bewust vragen om problemen.
Ik las dat naar aanleiding van de Bándabou-crisis het rampenteam bijeengeroepen is. Dat is goed voor een gecoördineerde aanpak van wat er allemaal moet gebeuren ná de ramp om te bepalen wat prioriteit moet krijgen. Het is goed dat er een rampenteam bestaat en coördinerend optreedt na calamiteiten, maar is er ook een organisatie die zich bezighoudt met nadenken en acties ondernemen om de gevolgen van voorspelbare calamiteiten van tevoren zoveel mogelijk te mitigeren?

Allereerst de dammen, achterliggende waterwingebieden en rooien. Die zijn alom bekend en mogelijk al grotendeels in kaart gebracht. Hoe moeilijk is het om een draaiboek van onderhoud met alle daarvoor noodzakelijke actoren op te stellen? Uiteraard is daarbij een financieel plaatje nodig en die zal niet gering zijn. Echter, de steeds wederkerende roep dat er geen geld op de begroting is, kan eenvoudig worden omgedraaid. Er moet een jaarlijkse vaste begrotingspost worden opgenomen voor het aanpakken van achterstallig onderhoud aan onze natuurlijke infrastructuur. Er zijn zeker posten die verminderd of geschrapt kunnen worden. Hetzelfde geldt voor de wegeninfrastructuur, waar notabene jaarlijks door de burgers wegenbelasting voor wordt betaald. Die moet bestemd worden voor de reparatie van bestaande wegen en aanleg van nieuwe wegen.

De recente crisis in Bándabou moet dienen als een ‘wake up call’ voor mogelijke toekomstige en grotere natuurrampen. Sporadisch maar niet onmogelijk. Wat te denken van een orkaan of zelfs maar een storm? We moeten leren van eerdere ervaringen, zoals de schade veroorzaakt door storm Tomas, en actie ondernemen om onze infrastructuur te versterken.

Mag ik een voorbeeld geven van een situatie die schreeuwt om problemen in de toekomst. Rijdend over ons eiland zien we een wirwar aan draden aan lantaarnpalen langs de wegen. We zijn het zo gewend dat de meesten onder ons het niet eens opmerken. Elektriciteit, telefoon en internet worden via dit bovengrondse kabelnetwerk geleverd aan huishoudens op het eiland. Soms krijgen we een signaal hoe gevoelig dit systeem is als bijvoorbeeld een auto een lantaarnpaal omverrijdt en hiermee de stroom en signaalvoorziening gedurende enige tijd voor een buurt onderbreekt. Ik garandeer je dat als er een storm over ons eiland trekt het hele eiland dagen, misschien nog langer, zonder elektriciteit en communicatie zal zijn. Met alle gevolgen van dien voor onze economie en persoonlijke leefomstandigheden. Stroom en communicatie zijn ongetwijfeld eerste levensbehoeftes. Waarom worden al deze kabels niet (gedwongen) ondergronds gebracht? Kost geld, maar een ramp is nóg duurder.

We moeten erkennen dat klimaatverandering reële gevolgen heeft en dat we ons moeten aanpassen aan de veranderende omstandigheden. De opwarming van de aarde zorgt voor meer frequentere en zwaardere natuurrampen. Sommigen zijn kort en heftig zoals een orkaan, anderen zijn stille fenomenen die langzaam maar zeker hun nadelige effecten tot ons brengen. We denken niet iedere dag aan de zeespiegelstijging, maar we zien toch steeds meer de gevolgen ervan. De stranden worden steeds kleiner omdat het zand weggespoeld wordt door rijzend water. Het zeewater staat Punda en Otrobanda tot aan de lippen. Bij voortgaande stijging zullen overstromingen niet te vermijden zijn. Nu al ligt het centrum van Willemstad eigenlijk al te laag, wat problemen oplevert met de riolering omdat geen gebruik kan worden gemaakt van natuurlijk verval. Er moet gepompt worden met dure gemalen en onze onderhoudscompliance kennende zijn die meer stuk dan werkende. Hierdoor wordt het afvalwater van de stad direct geloosd op zee, met alle gevolgen van dien voor het koraalrif. Een rif dat het toch al zwaar te verduren heeft vanwege de wereldwijde temperatuurstijging in de lucht maar ook in de zee.

Kortom, er is dringend behoefte aan een grootschalige, transparante en duidelijke aanpak om Curaçao voor te bereiden op rampen, waarbij preventieve maatregelen niet optioneel maar verplicht moeten worden gemaakt; mogelijk zelfs afgedwongen.

De auteur, Jeff Sybesma, is gepensioneerd jurist en bioloog. Hij is lid van de Raad van Advies, rechter bij het Gemeenschappelijk Hof en bestuurslid van Carmabi. Deze opinie is volledig op eigen titel geschreven.

ADOpinie 800

Week toppers

Het Antilliaans Dagblad is de enige lokale Nederlandstalige ochtendkrant van Curaçao, Bonaire en Aruba. Op Sint Maarten, Sint Eustatius en Saba, alsmede in Nederland en andere landen is een online-abonnement eenvoudig mogelijk via online.ad.cw

antdagblad-logo


Print-abonnee worden of voor meer algemene informatie? Stuur dan een mail naar [email protected]. Met naam, adres en telefoonnummer. Abonnementsprijs is ANG 35,00 inclusief OB per kalendermaand. Print-abonneren is alleen mogelijk op Curaçao.