Van onze redactie
New York - De aandelenbeurzen in New York zijn met kleine winsten gesloten.
Beleggers leken de hand op de knip te houden in afwachting van de kwartaalcijfers uit het bedrijfsleven die later in de week op de rol staan. Dan moet blijken in hoeverre de prestaties van multinationals hebben geleden onder de recente onrust op de financiële markten.
De leidende Dow-Jonesindex sloot uiteindelijk 0,3 procent hoger op 17.131,86 punten. De brede S&P 500 eindigde de sessie met een plus van 0,1 procent op 2.017,46 punten. Technologiegraadmeter Nasdaq won 0,2 procent en sloot op 4.838,64 punten.
Dataopslaggigant EMC noteerde een plus van 1,8 procent, na het overnamebod van 67 miljard dollar dat computerfabrikant Dell bij het bedrijf op tafel legde. Dat is de grootste overnamesom ooit in de techsector. Farmaceut Eli Lilly verloor krap 8 procent na de bekendmaking te stoppen met de ontwikkeling van een medicijn tegen hartaandoeningen na tegenvallende testresultaten.
Net als in Europa ging Glencore in New York onderuit. Het grondstoffen- en mijnbouwbedrijf verloor ruim 6 procent, nadat het bekendmaakte dat het twee kopermijnen, in Chili en Australië, gaat verkopen om zijn schuld terugbrengen. Twitter verloor 6,8 procent, naar verluidt kondigt het bedrijf deze week aan dat het gaat snijden in het personeelsbestand.
De olieprijs ging fors omlaag. De prijs van een vat Amerikaanse olie zakte 4,6 procent naar 47,42 dollar. Brentolie werd 4,5 procent goedkoper en kostte 50,26 dollar per vat. In het kielzog gingen ook bedrijven in de energiesector omlaag. Chesapeak Energy behoorde met een min van ruim 7 procent tot de grootste verliezers. Ook branchegenoot Transocean (min 7,6 procent) verloor stevig terrein. Verder speelde toeleverancier Schlumberger krap 2 procent kwijt.