Van onze redactie
Paramaribo - Alleen als landen onafhankelijk en zelfstandig zijn, hebben ze de kans om te groeien en rijker te worden.
Dat lukt nooit als er een koloniale overheerser is, dan gaan immers alle opbrengsten naar het moederland. Daarom is het goed dat Suriname veertig jaar geleden op 25 november onafhankelijk is geworden van Nederland.
Dat zei president Desi Bouterse gisteren in Paramaribo tijdens een speciale vergadering van het Surinaamse parlement ter gelegenheid van de viering van de onafhankelijkheid. Volgens Bouterse is soevereiniteit van landen belangrijk voor een eerlijke verdeling van de welvaart in de wereld.
In dat kader maakt de Surinaamse president zich zorgen over de komst van het Trans-Atlantisch Vrijhandels- en Investeringsverdrag (TTIP) waar Amerika en Europa over onderhandelen. Volgens Bouterse zal dat verdrag leiden tot een westerse suprematie. ,,Als Suriname moeten we dit goed bestuderen. Het betekent dat onze soevereiniteit onder druk staat”, aldus Bouterse, die alle Surinamers opriep betrokken te zijn bij het land, vooral nu er grote economische problemen zijn.
De Nederlandse minister van Buitenlandse Zaken Bert Koenders heeft Suriname gefeliciteerd. Hij noemde de Surinaamse onafhankelijkheid ‘een belangrijke mijlpaal in de geschiedenis van beide landen’. Volgens Koenders zijn de landen ondanks hoogte- en dieptepunten onlosmakelijk met elkaar verbonden. ,,Nederland en Suriname hebben vanwege de cultuur, taal en geschiedenis nog altijd sterke banden. Op een of andere manier zijn ongeveer anderhalf miljoen mensen rechtstreeks met elkaar verwant.’’
