Van een onzer verslaggeefsters
Willemstad/Philipsburg – Het Openbaar Ministerie (OM) heeft drie witwasverdachten een transactie aangeboden om verdere strafrechtelijke vervolging te voorkomen. Alle verdachten - een onder het recht van Anguilla opgerichte rechtspersoon genaamd Prospect Trading Limited en haar ultimate benificial owners, een op Sint Maarten wonend ondernemersechtpaar - hebben het transactieaanbod aanvaard.
Een Sint Maartense financiële instelling meldde in de jaren 2014 en 2015 aan het Meldpunt Ongebruikelijk Transacties (MOT) meerdere ongebruikelijke transacties die aan voornoemde personen konden worden gekoppeld. Na analyse door het MOT zijn deze aangemerkt als verdachte transacties en is het OM ingelicht.
Sinds juni 2016 is onder leiding van het OM strafrechtelijk onderzoek gedaan naar grensoverschrijdend witwassen. Dit onderzoek had als codenaam Amoer en werd uitgevoerd door een speciaal opsporingsteam bestaande uit rechercheurs van het Korps Politie Sint Maarten (KPSM) en het Recherchesamenwerkingsteam (RST). Middels uitgebreid onderzoek - waarbij het opsporingsteam in belangrijke mate afhankelijk is geweest van assistentie door de justitiële autoriteiten van Canada, Duitsland en de Verenigde Staten - zijn meerdere verdachte geldstromen geïdentificeerd. Het OM vermoedt dat deze deel uitmaken van een complexe, grensoverschrijdende witwasconstructie met behulp waarvan grote geldbedragen konden worden witgewassen.
Een cluster van ondernemingen actief in de autoverhuurbranche op Sint Maarten maakte met regelmaat geldbedragen over naar de Anguillaanse rechtspersoon. Vanaf daar vond vervolgens verdere distributie plaats. Dit alles buiten het zicht van de Sint Maartense autoriteiten.
In de uitgewerkte geldstromen zijn bepaalde patronen herkenbaar. Zo bewoog de geldstroom, met behulp van de Anguillaanse vennootschap en zowel Sint Maartense als buitenlandse bankrekeningen, zonder duidelijk economisch doel door meerdere jurisdicties. Dit is een zogeheten witwastypologie, zo legt het OM uit. De geldstromen werden deels boekhoudkundig verantwoord door een web van intercompany-leningen, maar ook door geldleningen tussen de Anguillaanse vennootschap en de verschillende Sint Maartense autoverhuurwerkmaatschappijen. Uit onderzoek is gebleken dat deze verantwoording niet sluitend was, integendeel: deze vertoonde volgens het OM onregelmatigheden. Ook dit draagt bij aan de witwasverdenking.
Daarnaast bleek in de vermeende witwascyclus veelvuldig sprake van (onzakelijke) omwisseling in contanten. Dit gebeurde met behulp van namens verschillende vennootschappen uitgeschreven cheques en kort daaropvolgende opnames en afstortingen op privérekeningen van het ondernemersechtpaar. Dit werd weer gevolgd door grensoverschrijdende overboekingen die in een paar gevallen eindigden in de aankoop van vastgoed in Duitsland en de Verenigde Staten, maar ook in allerlei privébestedingen middels een creditcard. ,,Dit overboekgedrag is eveneens een witwastypologie: dit kan namelijk duiden op een bewuste onderbreking en verhulling van de papertrail”, aldus het OM.
Het onderzoek heeft niet geleid tot identificatie van een specifiek misdrijf waarvan het gecirculeerde geld afkomstig zou kunnen zijn, in juridisch jargon ook wel ‘aantoonbaar gronddelict’ genoemd. Overigens is dit niet noodzakelijk om te kunnen komen tot een volwaardige witwasverdenking, stelt het OM. ,,Een witwashandeling is namelijk een zelfstandig strafbaar feit. Ongeacht of een of meer gronddelicten kunnen worden aangetoond. Een witwasverdenking zonder aantoonbaar gronddelict vindt zijn oorsprong in voornoemde witwastypologieën. De typologieën zijn gedefinieerd in een intergouvernementele context door de Financial Action Task Force (FATF) en worden vervolgens per jurisdictie geïmplementeerd door het respectieve MOT.”
In het onderzoek Amoer is ook de rol van dienstverleners bij het faciliteren van de activiteiten nader onderzocht. Dit deel van het onderzoek is nog niet afgerond. Financiële dienstverleners zoals trustkantoren dragen, net als andere stakeholders in het handelsverkeer, volgens het OM de verantwoordelijkheid om de integriteit, stabiliteit en reputatie van de financiële sector te beschermen. ,,Witwassen is een ernstig strafbaar feit. De aanpak van witwassen heeft prioriteit bij verschillende onderdelen van de handhavingsketen omdat dit van groot belang is voor effectieve bestrijding van allerlei vormen van criminaliteit. Het versluieren van de herkomst van criminele opbrengsten stelt daders in staat om buiten het bereik van opsporingsinstanties te blijven. Met als gevolg dat zij ongestoord van het vergaarde vermogen kunnen genieten.”
Indien een witwasonderzoek aan de strafrechter wordt voorgelegd én het komt tot een veroordeling, dan wordt veelvuldig een substantiële gevangenisstraf opgelegd. In dit geval sprake is van een rechtspersoon en een hoogbejaard echtpaar als verdachten ligt het volgens het OM echter niet voor de hand dat de strafrechter bij bewezenverklaring ieder van hen een andere straf zou hebben opgelegd dan een geldboete. ,,Het OM is van oordeel dat verdachten zich schuldig hebben gemaakt aan strafrechtelijk verwijtbaar handelen door het witwassen van geldbedragen. Tegelijkertijd meent het OM dat de hoge leeftijd van verdachten, in combinatie met de al verstreken looptijd van het onderzoek, goede reden is om de kwestie af te doen door middel van een transactie.”
Op basis van deze transactie betalen verdachten gezamenlijk een geldboete van 200.000 dollar aan het Land Sint Maarten. De hoogte van dit totaalbedrag is gebaseerd op een aantal factoren zoals de duur van de periode waarin de verboden gedragingen zijn verricht, alsmede het volume aan verrichte transacties. Daarnaast maakt publicatie van de transactie deel uit van de schikking.