Van onze correspondent
Den Haag/Oranjestad - Na het overnemen van het bestuur van Sint Eustatius door Nederland is het vertrouwen in het bestuur gegroeid. Dat leidt er ook toe dat de bevolking meer verwacht.
Dat staat in de tweede voortgangsrapportage van staatssecretaris Raymond Knops (CDA) van Koninkrijksrelaties. De bewindsman noemt specifiek de Maatschappelijke Raad van Advies en het Cooperative Platform. Zij vragen met name om verbeteringen op het fysieke en sociale domein. Knops noemt goedkopere lucht- en waterverbindingen en internet.
Wat betreft de ticketprijzen kan het bestuur weinig doen. Er wordt wel gewerkt aan de luchthaven, met name de verkeerstoren en de terminal, om de veiligheid te verhogen. Soortgelijke verbeteringen vinden in de zeehaven plaats. ,,Maar het daadwerkelijke commerciële risico om te investeren in lucht- en waterverbindingen is in beginsel aan marktpartijen, evenals de uiteindelijke prijsstelling.”
Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat onderzoekt mogelijkheden om de connectiviteit voor Sint Eustatius te verbeteren. Waar nodig zullen vergunningen worden verleend aan luchtvaartmaatschappijen en exploitanten van veerverbindingen. Wat betreft internet zegt de staatssecretaris dat het eiland te kleinschalig is voor scherpe prijzen. Wel is al ‘een stap gezet’ naar betere verbindingen.
In het fysieke domein wil Knops wel snellere procedures hanteren, die lokaal kunnen worden aanbesteed. ,,Ik bespeur een zekere spanning tussen de wens om snelheid te maken en de wens om tegelijkertijd duurzame kwaliteit te leveren (…) Tegelijkertijd is er sprake van een aantal externe factoren dat het tempo beïnvloedt.”
De aanpak van de erosie, de wegen en de zeehaven zijn hiervan voorbeelden. Vooronderzoek en een goede planning, zodat de wegen later niet opnieuw open moeten voor de aanleg van leidingen, spelen hierin een rol. Met ook de beperkte capaciteit van de haven voor de aanvoer van materiaal en de weersomstandigheden in de orkaanperiode erbij verloopt alles trager dan gewenst.
Knops erkent dat er teleurstelling is over de invoering van een sociaal minimum. Het standpunt van het kabinet is inmiddels bekend. De eerste stappen zijn gezet en er zal komend voorjaar op verzoek van de Kamer een voortgangsrapportage komen.