Door Javier Silvania
Tijdens de behandeling van de begroting voor het jaar 2025 is in het Nederlandse parlement een vraag gesteld over de aanpassing van het invorderingsbeleid van de Belastingdienst van Curaçao welke in januari 2023 heeft plaatsgevonden. Het gaat hier om de beleidskeuze dat aanslagen die betrekking hebben op de jaren 2017 en ouder, behoudens enkele uitzonderingen, door de Curaçaose Belastingdienst niet meer actief worden ingevorderd.
Concreet luidde de vraag: ,,Hoe past het voorstel van minister Javier Silvania van Curaçao om drie miljard gulden aan oude belastingschulden kwijt te schelden in de afspraken in het kader van de Landspakketten?” Door Zsolt Szabó, de staatssecretaris die gaat over Koninkrijksrelaties en Digitalisering, is hierop geantwoord dat de achterliggende doelstelling van deze maatregel, namelijk het efficiënter en effectiever maken van de inning en het wegwerken van achterstanden daarin, overeenkomen met die van het Landspakket. ,,Het is voor de werking van de Belastingdienst belangrijk dat de openstaande belastingschulden beheersbaar blijven en structureel afnemen”, aldus de staatssecretaris.
In aanvulling hierop wijst de staatssecretaris in zijn antwoord op het risico dat het niet actief invorderen van oude belastingschulden kan leiden tot een aantasting van de belastingmoraal. ,,Maar dat valt onder de beleidsverantwoordelijkheid van het Land Curaçao zelf.”
Ten aanzien van dit risico van aantasting van de betalingsmoraal is inmiddels bekend dat het zich niet heeft gemanifesteerd. In bijgevoegde grafieken is duidelijk zichtbaar dat sinds mijn aantreden als minister van Financiën, de compliance van ondernemers ten aanzien van het voldoen van de maandelijkse afdrachten van omzet- en loonbelasting alsmede sociale premies, structureel is toegenomen. Dit is een van de oorzaken van de sterke stijging van de belasting- en premieopbrengsten sinds medio 2021.
De aanpassing van het invorderingsbeleid in januari 2023 heeft niet tot een trendbreuk in het betalingsgedrag van ondernemers geleid. In tegenstelling tot insinuaties van bepaalde Curaçaose Statenleden hebben niet slechts ‘enkele grote ondernemers’ voordeel gehad van de aanpassing van het invorderingsbeleid, maar hebben ruim 80.000 crib-nummers in meer of mindere mate profijt gehad van deze beleidsaanpassing.
De beleidsaanpassing ging gepaard met structurele verbeterplannen voor de Belastingdienst om te voorkomen dat de omvang van het invorderingsbestand weer zou toenemen, en tevens het risico te beperken dat deze beleidsaanpassing een negatieve invloed zou hebben op de Landsbegroting. Als minister heb ik Stichting Overheidsaccountantsbureau SOAB als internal auditor binnen de Belastingdienst ingezet om de naleving van deze afspraken te monitoren.
De focus op de invordering van jonge schulden met een hogere invorderingskans alsmede het monitoren van de maandelijkse fiscale verplichtingen van ondernemers is essentieel om de belastingopbrengsten verder te kunnen verhogen. Tevens dient de nadruk bij de dwanginvordering te liggen op de grotere belastingschulden.
Mede om dit laatste te faciliteren wordt momenteel de laatste hand gelegd aan het wetsvoorstel voor de zogenaamde ‘Tax credit’, waarbij belastingplichtigen onder voorwaarden een korting kunnen krijgen van 2.500 gulden op de verschuldigde belasting en premies. De opschoning van een groot aantal kleine belastingschulden uit het invorderingsbestand van de Belastingdienst betekent dus tevens een lastenverlichting voor burgers en ondernemers. De resultaten van de verhoging van de tax-compliance worden op deze wijze weer deels teruggegeven aan de belastingbetaler. Als minister zal dan ook blijven inzetten op verdere verhoging van de tax-compliance welke de basis vormt voor het onder zijn verantwoordelijkheid kunnen realiseren van een sluitende Landsbegroting gedurende drie achtereenvolgende jaren.
Javier Silvania (MFK) is minister van Financiën. Hij bood dit aan als persbericht. De redactie van het Antilliaans Dagblad heeft ervoor gekozen het stuk integraal als een opiniebijdrage te publiceren.