Door prof. dr. F.B.M. Kunneman
De meeste mensen waren hem alweer bijna vergeten, Ralph Hamers. Hij is medio dit jaar afgetreden als topman van ING. Een paar weken geleden is hij benoemd bij de grootste bank van Zwitserland, UBS. Hamers kwam de afgelopen drie jaar meerdere malen in het nieuws. De eerste keer was begin 2018. Hij zou op zijn toch al aanzienlijke salaris een verhoging krijgen van 50 procent. Deze was door de raad van commissarissen heel handig in de vorm van een aandelenpakket gegoten. Daardoor zou de bonusregeling voor banken niet van toepassing zijn. Na een rel in de media, zelfs uitgevochten tot in de Tweede Kamer, werd deze bonusregeling door ING ingetrokken. Vlak daarna kwamen ING en zijn topman opnieuw in het nieuws. ING moest in september 2018 de recordboete van 775 miljoen euro afrekenen met het Openbaar Ministerie. ING had volgens het OM jarenlang de Wwft overtreden, de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme.
Hamers is begin deze maand de twijfelachtige de eer te beurt gevallen om voor een derde keer met een onaangename primeur in het nieuws te komen: hij is de eerste Nederlandse topman uit het bedrijfsleven die strafrechtelijk wordt vervolgd vanwege wanbestuur. Dit wanbestuur bestond uit nalatigheid bij het voorkomen van witwassen en fraude. Het Hof overwoog, na hiertoe mede aangespoord te zijn door de taaie financiële bloedhond Lakeman, dat bestuurders van een bank niet vrijuit behoren te gaan als zij feitelijk leiding hebben gegeven aan verboden gedragingen.
De boete voor ING heeft in 2018 rillingen in vele bestuurskamers van banken teweeggebracht en niet alleen bij Nederlandse banken. Die rillingen kwamen niet zozeer door de omvang van de boete als wel door de reden: je organisatie onvoldoende aansturen op het gebied van fraudebestrijding en detectie van onregelmatigheden bij transacties van cliënten. Samengevat: tekortschietende compliance. Strafrechtelijke aanpak daarvan was nieuw. Strafrechtelijke boetes werden daarvoor, ook internationaal, alleen uitgedeeld als de organisatie zelf gefraudeerd had. Nu ging het om andere koek. De bank had onvoldoende opgelet bij criminele transacties van cliënten en hen met deze criminaliteit bewust of onbewust financieel gefaciliteerd. Ook dat wordt nu dus als crimineel gedrag beoordeeld.
Waarom rillen banken daarvan? Daar zijn allerlei goede redenen voor. Ten eerste hebben alle banken, net als bijvoorbeeld supermarkten en huisartsen, te maken met cliënten die het soms niet zo nauw nemen met de wet. Die cliënten mogen de banken dus niet bedienen en die moeten ze opsporen. Daarmee zijn ze, anders dan de supermarkt en de huisarts, een soort verlengstuk van justitie geworden. Ten tweede is het vaak heel lastig dit soort fraude op te sporen. Op zwart geld staat geen stempel. Ten derde is een dergelijke door de samenleving min of meer opgedrongen politiefunctie strijdig met de commerciële cultuur in een bankorganisatie. Die wil graag cliënten financieel behulpzaam zijn. Het is voor het bestuur van een bank een heidens karwei om die commerciële cultuur om te buigen.
Intussen loop je als bank het risico fors aangepakt te worden door de toezichthouders (DNB, AFM) en door het Openbaar Ministerie als boete-uitdelers. Dat geeft enorme reputatieschade. Daarnaast loop je als bestuurder het risico strafrechtelijk te worden vervolgd. Je verdere carrière is dan naar de haaien, zoveel maakt deze strafrechtelijke vervolging wel duidelijk. Waauw, dat is schrikken!
Intussen is het erg zuur voor Hamers en zijn gezin en zijn carrière. Zijn benoeming bij UBS staat nu ook op de tocht. Was dit te voorkomen geweest? Aan het oordeel van het Hof droeg bij dat Hamers nooit publiekelijk verantwoordelijkheid had genomen voor zijn handelen. Hij had er dus beter aan gedaan publiekelijk spijt te betuigen en beterschap te beloven. Misschien was de hamer dan minder hard neergekomen.
Prof. dr. F.B.M. Kunneman is senior partner bij advocatenkantoor VanEps Kunneman VanDoorne en hoogleraar Corporate Governance aan de UoC. Hij leidt het team datadviseert over corporate governance. Hij schrijft en doceert aldecennia over dit onderwerp.