Door Maria Cuartas y de Marchena, Jurenne D. Hooi, Arthur Kibbelaar en Walter Palm

Geachte voorzitter en leden van de Vaste Kamercommissie voor Koninkrijksrelaties van de Tweede Kamer der Staten-Generaal,

Bij brief van 7 april jongstleden heeft de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties u geïnformeerd over de maatregelen van de Caribische delen van het Koninkrijk in verband met Covid-19. In zijn brief gaf de minister aan dat de vragen die betrekking hebben op het ‘Noodpakket banen en economie Caribisch Nederland’ op een later moment beantwoord zullen worden.

opinieAls Caribische Nederlanders die zeer betrokken zijn bij de Caribische landen van het Koninkrijk, slaan we in deze brief alarm over de zeer nijpende maatschappelijke en sociaaleconomische situatie op Aruba, Curaçao en Sint Maarten die ten gevolge van de Covid-19-crisis op deze eilanden is ontstaan. We zijn ons terdege ervan bewust dat de relatie tussen de landen van het Koninkrijk beladen kan zijn en dat het onderlinge gesprek soms moeizaam en stroef verloopt. We zijn ons ook bewust van de gevoeligheden die er over en weer zijn als er over de aanpak van problemen moet worden gesproken. Toch willen we in deze brief niet dáár de aandacht op vestigen, maar in het belang van de bevolkingen van de eilanden een beroep doen op de solidariteit die er in tijden van grote nood moet zijn tussen de partners van het Koninkrijk der Nederlanden. Vanuit die solidariteit is deze brief ook een ‘call to action’ en vragen we uw aandacht voor twee te nemen acties in Koninkrijksverband.

Nederland ten tijde van Covid-19

Het Nederlandse kabinet heeft effectief en voortvarend gereageerd op de sociaaleconomische gevolgen van de ‘intelligente lockdown’ in Nederland. Ons kabinet verdient een compliment met zijn pakket aan barmhartige maatregelen om niet alleen de Nederlandse economie te steunen maar ook om de gevolgen van verlies aan loon en inkomsten van miljoenen mensen te verzachten. Zo worden bedrijven in Nederland die te maken hebben met substantieel omzetverlies tijdelijk ontzien tot een maximum van 90 procent van de loonsom. Zzp’ers die plotseling zonder werk zijn, krijgen onder soepele voorwaarden tijdelijk een bijdrage tot het minimumloon. Aan gemeenten die met de uitvoering van deze en andere maatregelen zijn belast worden geen nadere voorwaarden gesteld voor het beheer van de gelden die hiermee zijn gemoeid. Nederland heeft aldus instrumenten ontwikkeld om de sociale en economische ontwrichting ten gevolge van de Covid-19-pandemie het hoofd te bieden.

Aruba, Curaçao en SintMaarten ten tijde van Covid-19

De sociaaleconomische situatie in de drie overzeese landen van het Koninkrijk was al vóór de uitbraak van Covid-19 kwetsbaar. In tegenstelling tot Nederland hebben deze landen geen vergelijkbaar sociaal zekerheidstelsel, noch een effectieve sociale (hulp)infrastructuur om werkloosheid en armoede duurzaam aan te pakken. De recente grote toestroom van asielzoekers op Aruba en Curaçao vanuit met name Venezuela maakt de situatie alleen maar nijpender.

De total lockdown om de Covid-19-pandemie te bestrijden heeft op Aruba, Curaçao en Sint Maarten ertoe geleid dat de economische activiteit grotendeels tot stilstand is gekomen. Net als in Nederland zijn in deze landen scholen, kantoren en alle niet vitale ondernemingen waaronder horeca en hotels voor onbepaalde tijd gesloten.

De belangrijkste pijler van de formele economie, de toeristische industrie, is ingestort. Investeringen aan beide zijden van de oceaan, van zowel lokale als Nederlandse ondernemers in deze sector, dreigen in rook op te gaan. Het gaat in alle drie de landen om kleinschalige eilandeconomieën die extra kwetsbaar zijn in tijden van een onvoorspelbare pandemie die de hele wereld in zijn greep houdt.

De klap van de Covid-19-pandemie voor de eilandelijke economieën maakt de sociaaleconomische situatie onhoudbaar. Veel mensen zitten zonder inkomsten thuis en vragen zich af hoe ze de komende tijd aan eten moeten komen. Waar vóór de Covid-19-crisis naar schatting 30 procent van de Curaçaose populatie op of onder de armoedegrens leefde zal, nu de economie vrijwel stil is komen te liggen, het aantal mensen zonder werk mogelijk stijgen naar 60 procent. Sleutelfiguren, vrijwilligers en lokale ngo’s doen wat ze kunnen om in kwetsbare buurten en wijken de grootste nood te lenigen, maar ook hen staat het water aan de lippen.

Hulpvraag van Aruba, Curaçao en Sint Maarten

Gezien deze nijpende sociaaleconomische situatie hebben de landsregeringen van Aruba, Curaçao en Sint Maarten met een verwijzing naar het Statuut een beroep gedaan op de Nederlandse regering voor bijstand. De Nederlandse regering heeft in antwoord op het verzoek van de eilanden een renteloze lening aangeboden, die ver onder het gevraagde bedrag van de eilanden ligt. Goed bedoeld, maar zo’n lening zal Aruba, Curaçao en Sint Maarten die nu al bijna bezwijken onder hun schuldenlast, nog zwaarder belasten.

Het Nederlandse voorstel is nu niet het goede antwoord op de noden van de eilanden, die net als Nederland kampen met de onvoorziene problemen die de Covid-19-pandemie veroorzaakt. Ook is dit niet het goede moment om welke hulp dan ook te koppelen aan afspraken over een betere begrotingsdiscipline van de landen. Dit reguliere begrotingsgesprek vindt al elders plaats.

Wij ondersteunen het pleidooi van de landen om hulp vanuit het solidariteitsbeginsel. Solidariteit binnen het Koninkrijk is in lijn met de toespraak van het staatshoofd Koning Willem-Alexander die in zijn nationale televisierede op 20 maart jongstleden uitdrukkelijk ook het Caribische deel en de Caribische landen van het Koninkrijk een hart onder de riem stak. Wij hebben deze morele steun van het staatshoofd hogelijk geapprecieerd en roepen u op in de geest van zijn inclusieve toespraak te handelen.

Handelen vanuit solidariteitsbeginsel

Solidariteit binnen het Koninkrijk en het Statuut moet zich nu waarmaken door de Covid-19-crisis in gezamenlijkheid aan te pakken (artikel 36 van het Statuut). Het gaat niet enkel om ‘de wil om elkander bij te staan’, maar om elkaar ook daadwerkelijk bij te staan.

Hoe kan Nederland hierin gezamenlijk met de landen Aruba, Curaçao en Sint Maarten optrekken? De door Nederland genomen maatregelen zijn relevant voor alle partners in het Koninkrijk. Waarom zouden Aruba, Curaçao en Sint Maarten zelf het wiel moeten uitvinden?

  1. Nu Aruba, Curaçao en Sint Maarten voornemens zijn om soortgelijke crisismaatregelen treffen als Nederland, stellen we voor dat Nederland aanbiedt om deze maatregelen rechtstreeks te bekostigen en niet via de omweg van een lening. Dit aanbod en de mogelijke instemming ermee van Aruba, Curaçao en Sint Maarten kunnen in strijd lijken met de afspraak die sinds de nieuwe staatkundige structuur van 10-10-‘10 geldt, om vanuit Nederland geen directe financiële hulp meer te verlenen aan de Caribische landen van het Koninkrijk. Dit is echter niet het geval. We hebben het niet over een financiële impuls aan de reguliere begrotingen van de drie Caribische landen van het Koninkrijk, maar om een vorm van noodhulp om net als in Nederland de economie overeind te houden. Nood breekt wet.

  2. Deze internationale pandemiecrisis is uitzonderlijk en vraagt om een uitzonderlijke en gezamenlijke aanpak binnen het Koninkrijk. Tevens belicht deze crisis de inherente zwakheden van de Caribische eilandelijke economieën met een te eenzijdige oriëntatie en weinig innovatie. Op de korte termijn is acute noodhulp nodig; op de langere termijn is veel wijsheid, daad- en uitvoeringskracht nodig om de dreigende sociaaleconomische implosie van de eilandelijke samenlevingen van het Koninkrijk af te wenden. Om de problematiek op verschillende terreinen het hoofd te kunnen bieden, is daarom ons tweede voorstel om een gezamenlijke Taskforce in te stellen. Gemengde adviescommissies, bestaande uit experts uit de verschillende landen binnen het Koninkrijk, bieden de beste kans om gezamenlijke voorstellen te formuleren. Deze ‘Corona Crisis Taskforce’ - vergelijkbaar met de crisisteams na een orkaan met de nodige bevoegdheden en instrumenten - kan het bestuur van de verschillende landen van het Koninkrijk bijstaan bij de advisering en de implementatie van de te nemen maatregelen, inclusief een uitvoeringsplan formuleren voor de wederopbouw van de geruïneerde economieën van Aruba, Curaçao en Sint Maarten in het post-coronatijdperk.

De crisis die Covid-19 wereldwijd veroorzaakt biedt - hoe zwaar ook - kansen voor een nieuw elan en een nieuwe visie op samenwerking en solidariteit binnen het Koninkrijk. Laten we deze kans gezamenlijk aangrijpen.

Maria Cuartas y de Marchena, Jurenne D. Hooi, Arthur Kibbelaar en Walter Palm, allen woonachtig/werkzaam in Nederland, schreven deze brief op 14 april 2020 naar de Vaste Kamercommissie voor Koninkrijksrelaties.


Het Antilliaans Dagblad is de enige lokale Nederlandstalige ochtendkrant van Curaçao, Bonaire en Aruba. Op Sint Maarten, Sint Eustatius en Saba, alsmede in Nederland en andere landen is een online-abonnement eenvoudig mogelijk via online.ad.cw

antdagblad-logo


Print-abonnee worden of voor meer algemene informatie? Stuur dan een mail naar [email protected]. Met naam, adres en telefoonnummer. Abonnementsprijs is ANG 35,00 inclusief OB per kalendermaand. Print-abonneren is alleen mogelijk op Curaçao.