François van der Hoeven signaleert dat er weer een monument is vernietigd, Penstraat 22. Daar moet nu een hotel komen. Dan zou je denken, geen kind overboord. Het tegendeel is waar. Op de keper beschouwd is ‘Kas di Pueblo’ vooral in sociaal opzicht een monument, architectonisch is het iets minder interessant. Da Costa Gomez (Doktoor) vierde daar met zijn partij hoogtijdagen. Daarna wordt het verwaarloosd en verkocht. Deze 19e-eeuwse villa aan zee was ooit een mooi palladiaans neo-classisistisch geval met strakke symmetrische gevels. In de 20e eeuw is het helaas door imbecielen gemaltraiteerd. Er wordt van alles aan vastgeplakt, de symmetrie verdwijnt en de voorgevel krijgt een monsterlijke entreepartij. Hoe lelijk kan iets worden. Het is niet het enige lokale voorbeeld van slordig omgaan met oude en nieuwe architectuur. Ik moet dan altijd denken aan De Vijf Zinnen en niet te vergeten Cinelandia. Onder deze omstandigheden en in deze vorm heeft restaureren geen zin. Maar helaas, van nieuwe hotels kan je nog minder verwachten. Iedereen kent wel dat stelletje nepgevels aan Renaissance, nog erger is het voorbij Penstraat richting Sea Aquarium. Grotere rotzooi dan dat rijtje hotels bestaat nergens. Vergelijk dat met Aruba, Cartagena en Miami. Komen daar dezelfde toeristen of is het bij ons bedoeld voor lui die totaal geen eisen stellen, uitschot? Op Rif tegenover Sehos is er op dit moment een nieuw gedrocht in aanbouw. Ook al staat het daar heel ongelukkig, toch maar doorbouwen dat zaakje, Curaçao verdient niet beter.
Carlos Weeber
Curaçao