Het debat over het opvolgen van EU-sancties is wederom opgelaaid. Net als in de jaren 90 toen de Antilliaanse regering zich heeft voorbehouden om per geval te bepalen welke EU-sanctie zij wel of niet zou uitsluiten, speelt ook hier de kwestie van aansprakelijkheidsrisico. Wat in de jaren negentig een theoretische kwestie was, is echter sinds de uitspraak van het Europees Gerecht van 25 november 2014 in de zaak Safa Nicu Sepahan Co. vs EU Raad niet langer het geval. In die zaak oordeelde de Europese rechter dat de EU aansprakelijk is voor een onrechtmatig bevonden sanctie. De EU werd gelast om een schadevergoeding van EUR 50.000 plus rente te betalen aan een Iraans bedrijf. Het is voor het eerst dat de Europese rechter schadevergoeding heeft toegewezen vanwege een onrechtmatig bevonden sanctie. De daaruit voortvloeiende financiële verplichtingen worden gedragen door de EU; niet door de individuele lidstaten.
Mij dunkt, dat nog veel meer dan destijds door minister-president Liberia Peters aan minister van den Broek is voorgehouden, Curaçao zich de vraag moet stellen wat de risico’s zijn van het overnemen van EU-sancties, waartoe het land ingevolge het EU-recht niet verplicht is. Bij de beantwoording van die vraag moet in de eerste plaats verschil tussen VN-sancties en EU-sancties in acht worden genomen. De VN Veiligheidsraadssancties, die op basis van hoofdstuk VII van het VN Handvest worden voorgeschreven, zijn bindend voor alle VN-lidstaten, inclusief hun overzeese gebiedsdelen. Nationale rechters kunnen de rechtmatigheid van die sancties niet toetsen en evenmin kunnen de lidstaten door betrokkenen aansprakelijk worden gesteld. Bij EU-sancties is dat anders. De aansprakelijkheidsrisico’s bij het overnemen van EU-sancties is afhankelijk van de vraag of een land verplicht is tot het invoeren van een dergelijke sanctie of niet. In het geval van het Koninkrijk, is slechts Nederland verplicht om de door de EU opgelegde sancties over te nemen. Zoals blijkt uit de zaak Safa Nicu Sepahan Co. vs EU Raad, indien de sanctie onrechtmatig blijkt te zijn, zullen niet de lidstaten maar de EU ervoor moeten opdraaien. Dat geldt echter niet voor de andere delen van het Koninkrijk. Omdat Curaçao slechts geassocieerd is met de EU, is Curaçao niet gehouden om die sancties over te nemen. Dit betekent dat wanneer Curaçao, al dan niet verplicht door het Koninkrijk, een EU-sanctie overneemt, dan geniet Curaçao niet van de vrijwaring die ingevolge het EU-recht wel geldt voor Nederland. Met andere woorden: het overnemen van een sanctie waartoe het EU-recht Curaçao niet verplicht, houdt in dat Curaçao dat voor eigen rekening en risico zal doen.
EU-sancties worden regelmatig onrechtmatig bevonden door het Europese Gerecht. Daarbij acht het Gerecht doorgaans dat bij de beslissingen om betrokkenen op de EU-terreurlijst te plaatsen fundamentele rechten geschonden zijn. Dit omdat er geen hoor en wederhoor wordt toegepast. Ook acht het Gerecht een sanctie onrechtmatig indien betrokkenen geen specifieke en concrete motivering hebben gekregen over de reden van hun plaatsingen op de EU-terreurlijst.
Tegen deze achtergrond dient de vraag gesteld te worden hoe Curaçao gevrijwaard zal worden indien het, al dan niet verplicht door het Koninkrijk (die zelf geen privaatrechtelijke persoonlijkheid bezit en dus niet aansprakelijk kan worden gesteld), een EU-sanctie zonder eigen beoordeling overneemt. Het automatisch overnemen van die sancties zonder hoor en wederhoor toe te passen en zonder specifieke en concrete motivering, omvat risico’s die genoegzaam dienen te worden afgedekt. Wellicht is de lijn die Liberia-Peters destijds heeft uitgezet zo gek nog niet.
Dr. Rutsel Silvestre J. Martha, momenteel als internationaal jurist werkzaam in Londen, is oud-Justitieminister (1998-2002) en ook werkzaam geweest bij de Antilliaanse Centrale Bank, het IMF en heeft leiding gegeven aan de juridische diensten van Interpol (Lyon) en Ifad (Rome). Hij was Gevolmachtigde minister voor de Antillen bij de EU in Brussel, gasthoogleraar in Singapore (2007-2013) en adjunct professor of law aan NYU Law School in New York.


Het Antilliaans Dagblad is de enige lokale Nederlandstalige ochtendkrant van Curaçao, Bonaire en Aruba. Op Sint Maarten, Sint Eustatius en Saba, alsmede in Nederland en andere landen is een online-abonnement eenvoudig mogelijk via online.ad.cw

antdagblad-logo


Print-abonnee worden of voor meer algemene informatie? Stuur dan een mail naar [email protected]. Met naam, adres en telefoonnummer. Abonnementsprijs is ANG 35,00 inclusief OB per kalendermaand. Print-abonneren is alleen mogelijk op Curaçao.