Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Een 36-jarige Curaçaoënaar is door de rechtbank van Rotterdam veroordeeld tot een celstraf van twintig jaar, nadat hij openlijk een man vóór een café door het hoofd schoot. Zijn slachtoffer overleed een dag later aan de schotverwonding.
Het schietincident vond rond 3:04 uur in de ochtend van 1 juni 2024 plaats bij een café aan de Wolphaertsbocht in Rotterdam-Charlois. Van het schietincident en de aanloop daar naartoe zijn camerabeelden beschikbaar, gemaakt door de beveiligingscamera’s van het café en de naastgelegen supermarkt Yasam. Deze camerabeelden zijn op de openbare terechtzitting door de rechtbank bekeken.
Op de bewuste ochtend komt de op Curaçao geboren man rond 3:02 uur in beeld van een van de camera’s. Hij komt aanlopen over de stoep richting het café, waar hij rond 3:03 uur arriveert . Er staan diverse personen buiten op de stoep voor het café. Hij begroet enkelen van hen en gaat het gesprek aan. Korte tijd blijft hij nabij de ingang staan, en wanneer hij om 3:04 uur het latere slachtoffer het café ziet uitkomen, trekt hij vanuit zijn rechter jaszak een vuurwapen. Hij houdt dat met gestrekte arm in de richting van het hoofd van het slachtoffer en schiet hem in één vloeiende beweging een kogel door zijn hoofd. Vervolgens geeft hij het slachtoffer een duw waardoor hij tegen een aldaar geparkeerde auto valt en half onder die auto in de goot belandt. De liquidator zet een paar stappen tussen de geparkeerde auto’s door, doet het wapen in zijn rechter jaszak en steekt vervolgens rennend de straat over. Om 03:05 uur verdwijnt de moordenaar uit beeld van de camera’s.
De Curaçaose verdachte heeft tijdens de rechtszaak toegegeven het slachtoffer te hebben neergeschoten, maar stelde dat het schot onbedoeld was, veroorzaakt door paniek na een eerdere confrontatie. Hij zou het wapen bij zich hebben gehad om zichzelf juist te verdedigen nadat enkele maanden eerder een ruzie tussen de twee was ontstaan. De verdediging stelt zich op het standpunt dat de gebeurtenis een ongeluk was. De verdachte had zijn pistool getrokken om het slachtoffer af te schrikken, maar doordat iemand hem op dat moment aanstootte, ging de trekker over.
De officier van justitie stelt echter dat het om moord met voorbedachten rade gaat, omdat uit camerabeelden blijkt dat de verdachte doelbewust het wapen op het slachtoffer richtte en schoot. De rechtbank concludeert dat de verdachte met voorbedachten rade handelde, gezien de kalmte en doelgerichtheid van zijn acties.
De verdachte is eveneens schuldig bevonden aan het voorhanden hebben van een vuurwapen en munitie. Mede vanwege het feit dat er geen bewijs is gevonden voor de bewering dat het schot per ongeluk was, legt de rechtbank de moordenaar een gevangenisstraf van twintig jaar op.
De nabestaanden van het slachtoffer hebben schadevergoeding gevorderd. De rechtbank heeft verschillende vormen van schadevergoeding toegekend, waaronder affectieschade aan de naasten van het slachtoffer, met bedragen variërend van 9.500 euro tot 39.000 euro. Daarnaast is een schadevergoedingsmaatregel opgelegd, die de verdachte verplicht om de schade te vergoeden. Indien de verdachte niet volledig betaalt, kan gijzeling worden toegepast. De vorderingen voor nader te onderbouwen schade zijn afgewezen en moeten door de burgerlijke rechter worden beoordeeld.