‘Strategie Curaçao om meer vermogende toerist aan te trekken werkt’
Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Niet alleen de bezoekersaantallen zijn vorig jaar gestegen, ook wat op Curaçao wordt verdiend aan toerisme is toegenomen; althans uitgedrukt in ADR (average daily rate) en de RevPAR (revenue per available room).
Het Antilliaans Dagblad zet het op een rij. Tot en met eind 2024 ontving Curaçao in totaal 1.570.669 bezoekers, een stijging van 19,7 procent vergeleken met 2023. Dit omvat de zogenoemde ‘stayover visitors’ oftewel verblijfstoeristen: 700.249 (+20,2%); cruisetoeristen: 834.922 (+17,5%); en dagjesbezoekers: 35.498 (+82,6%).
Met de sterk toegenomen hoeveelheid kamers - naast hotels en resorts ook veel appartementencomplexen en vakantiehuizen - is de ‘year to date’-bezettingsgraad van hotels licht gedaald met 0,7 procentpunten; van 71,7 in 2023 naar 71 procent in 2024. Dat wil dus zeggen dat gemiddeld ruim zeven op de tien hotelkamers constant gevuld waren.
De ADR, de gemiddelde kamerprijs per dag, is in het hele vorig jaar met ruim een tiende gestegen, namelijk met 10,6 procent: van 225,07 dollar naar 249,01 dollar. Dit blijkt uit recente cijfers van Chata (Curaçao Hospitality and Tourism Association).
De RevPAR vertoonde, gemeten over de twaalf maanden van 2024, een groei van 9,5 procent: stijgend van 161,44 dollar in 2023 naar 176,70 dollar het afgelopen jaar.
Regio
Curaçao presteert concurrerend binnen de regio, zo blijkt, maar zustereiland Aruba - waar toerisme al decennia de voornaamste en vrijwel enige bron van inkomsten is - doet het op sommige terreinen nóg beter. De bezettingsgraad op Curaçao van 71 procent ligt hoger dan het Caribische gemiddelde van 66,6 procent.
En terwijl de Curaçaose ADR-groei van 10,6 procent overeenkomt met Aruba’s 10,6 procent toename, overtreffen beide het Caribische gemiddelde van 5,2 procent. De RevPAR-toename van Curaçao van 9,5 procent is de helft van Aruba’s 18,6 procent, maar wel een stuk hoger dan het Caribische gemiddelde van 6,1 procent.
Herkomst
Een verandering van de landen waar de toeristen vandaan komen is mede van invloed op de ADR en de RevPAR en daarmee voor de inkomsten uit het toerisme. Noord-Amerikaanse bezoekers (hebben minder vakantiedagen en) blijven gemiddeld korter, maar besteden aanmerkelijk meer dan Europese (lees: Nederlandse) gasten.
Zo is in de maand december het totaalaantal overnachtingen gestegen met 13 procent (van 615.232 in december 2023 naar 695.320 in 2024), terwijl er die maand 16 procent meer bezoekers waren, en is de gemiddelde verblijfsduur licht gedaald van 9,7 nachten naar 9,4 nachten; volgens Chata beïnvloed door verschuivende reistrends in enkele markten.
De hoeveelheid bezoekers uit Nederland (25.255) groeide in december met 9,3 procent, samen goed voor een marktaandeel van 34,3 procent. Maar de toeristen uit de Verenigde Staten (19.070) zijn bezig met een flinke inhaalrace, namelijk een stijging met 29,6 procent; met een marktaandeel van 25,9 procent. Brazilië (4.245 bezoekers) zit op plus 15,9 procent, terwijl Canada een lichte stijging van 6,1 procent (met 4.957 bezoekers) laat zien.
Belangrijk volgens Chata is de forse stijging van de ADR en RevPar, omdat dit betekent dat de strategie om een meer vermogende toerist aan te trekken in combinatie met andere factoren blijkt te werken.