CBCS waarschuwt Sint Maarten: Faillissement dreigt bij uitblijven tijdige goedkeuring parlement
Van een onzer verslaggevers
Willemstad/Philipsburg - De regering van Sint Maarten is indringend verzocht er alles aan te doen om het parlement ertoe te bewegen nog vóór de verkiezingen op 19 augustus, over iets meer dan twee weken, goedkeuring te geven aan de ‘Ennia-oplossing’. Zo niet, komt de verzekeraar alsnog in de gevarenzone en ligt zelfs faillissement op de loer.
Het Antilliaans Dagblad beschikt over informatie dat de gezamenlijke Centrale Bank van Curaçao en Sint Maarten (CBCS) deze boodschap ‘loud and clear’ heeft overgebracht aan demissionair Financiënminister Marinka Gumbs.
De Staten van Curaçao hebben al op 29 februari dit jaar ingestemd met het Hoofdlijnenakkoord, cruciaal voor circa 30.000 polishouders van Ennia, die volgens de CBCS onder de Iraans-Amerikaanse eigenaar Hushang Ansary en de toenmalige bestuurders alsmede commissarissen in ernstige financiële problemen kwam, waardoor de noodregeling moest worden toegepast.
De oplossing wordt gezien als van nationaal belang en er zijn met de ‘redding’ (een combinatie van afwikkeling en doorstart) aanzienlijke bedragen gemeenschapsgeld gemoeid: van Curaçao 30 miljoen gulden per jaar gedurende 30 jaar; van Sint Maarten 2,3 miljoen per jaar gedurende 30 jaar; en van de CBCS 15 miljoen per jaar gedurende 50 jaar.
De collega-Statenleden van Sint Maarten begonnen op 27 juni met de behandeling van het pakket, maar de parlementsvergadering werd opgeschort. Inmiddels kreeg Sint Maarten ook te maken met een politieke crisis en viel het kabinet-Mercelina al binnen de kortste keren, waarna vervroegde verkiezingen zijn uitgeschreven. Ook blijkt er weerstand tegen de oplossing, die de Centrale Bank ‘de meest haalbare’ noemt.
Zolang de goedkeuring door het parlement van Sint Maarten niet is verkregen, kan de oplossing voor Ennia niet worden uitgevoerd en bestaat er volgens de CBCS-directie een ‘ernstig risico dat er een ongecontroleerde situatie ontstaat’ waarin Ennia niet langer in staat is verzekeringsuitkeringen aan polishouders te doen.
Vanwege het structurele tekort in Ennia’s beleggingsportefeuille en de voortdurende verplichtingen tot uitbetaling aan haar verzekerden, is de in het Hoofdlijnenakkoord overeengekomen oplossing noodzakelijk en urgent - noodzakelijk zelfs ‘om een faillissement van de Ennia-Groep, met alle negatieve gevolgen van dien, te voorkomen’.
De huidige financiële situatie van de maatschappij verslechtert voortdurend vanwege onvoldoende opbrengsten in verhouding tot de benodigde uitkeringen. De CBCS heeft vastgesteld dat Ennia begin 2025 niet langer in staat zal zijn deze uitkeringen voort te zetten. Vanwege deze beperkingen heeft de Centrale Bank 1 december 2024 als deadline vastgesteld voor het afronden van het herstructureringsproces.
Er is sprake van grote tijdsdruk, want niet alleen moet het proces doorlopen worden van oprichting en goedkeuring van en vergunningen voor de nieuwe entiteiten, ook is in bepaalde gevallen instemming nodig van het Gerecht. Dit kan niet plaatsvinden voordat er parlementair groen licht is. Ook dient het Resolutiefonds te worden opgezet inclusief aanstelling van toezichthouders. Met sommige van deze stappen zijn meerdere maanden gemoeid.
De Statenverkiezingen op het Bovenwindse Eiland kunnen echter roet in het eten gooien en maken het in elk geval een stuk gecompliceerder, aangezien het parlement in nieuwe samenstelling pas op 20 september zal aantreden. Te laat voor de start van de implementatie van het Hoofdlijnenakkoord.
De CBCS wijst de regering-Mercelina in Philipsburg nog eens op het belang van een positieve uitkomst van het Ennia-debacle voor de financiële stabiliteit van de monetaire unie als geheel en de belangen van de polishouders van Ennia, inclusief die op Sint Maarten.
