Silvania weigert jaarrekening 2022 vast te stellen zolang Ennia niet is opgelost
Van een onzer verslaggevers
Willemstad - Als het aan de minister van Financiën van Curaçao ligt, kan de jaarrekening 2022 van de Centrale Bank CBCS ‘niet worden vastgesteld’, aangezien de Ennia-problematiek niet is afgehandeld en volgens de minister nog van invloed kan zijn op de jaarrekening.
Zo laat hij aan de raad van commissarissen (RvC) van de Centrale Bank van Curaçao en Sint Maarten weten. Javier Silvania (MFK) is door de RvC van de CBCS - die wordt voorgezeten door Julian Lopez Ramirez - uitgenodigd voor een vergadering op 23 november. Het betreft een bijeenkomst van de vermogensgerechtigden van de CBCS (de Landen Curaçao en Sint Maarten, vertegenwoordigd door hun regeringen).
Het enige inhoudelijke agendapunt van die meeting is de vaststelling van de jaarrekening CBCS over 2022. Maar, zo laat Silvania weten: ,,Hierbij deel ik u alvast mee dat ik genoemde jaarrekening vooralsnog niet kan vaststellen.”
De reden hiervoor is dat - ‘zoals ook bij u bekend’ - het Ennia-dossier nog niet is afgehandeld. En de afhandeling kan bovendien ‘nog grote implicaties hebben voor de jaarrekening van de CBCS’.
,,Zolang de Ennia-problematiek niet is opgelost en de daaraan gerelateerde procedures niet zijn gefinaliseerd, lijkt het mij derhalve niet opportuun om de jaarrekening vast te stellen. Ik zal dan ook de vaststelling van de jaarrekening tot nader order uitstellen”, schrijft de minister aan de commissarissen.
De brief is van eerder deze week. Het is niet bekend of en hoe de RvC, maar vooral ook de raad van bestuur (RvB) van de Centrale Bank hierop reageren. De RvB wordt voorgezeten door president-directeur Richard Doornbosch.
Wat voor Silvania wellicht meespeelt is dat Doornbosch in verband met Ennia Leven op zeker moment de hulp verzocht van de regering. Aanvankelijk werd gekozen voor een doorstart, maar toen duidelijk werd dat de lening van Nederland die daarvoor nodig is zo astronomisch hoog was (1,3 miljard gulden) - waardoor de overheidsfinanciën niet meer aan de normen zouden voldoende en vrijwel ‘op slot’ zouden gaan - koos de ministerraad noodgedwongen voor een scenario van een gecontroleerde afwikkeling.
Volgens Silvania ging het daarbij om een jaarlijkse bijdrage van het Land van zo’n 30 miljoen gedurende 25 tot 30 jaar, maar - en dat lijkt cruciaal - óók dat van Doornbosch de toezegging zou zijn afgedwongen dat er vanuit de CBCS financiële bijdragen zouden komen. Immers, de CBCS is in het kader van de noodregeling belast met het bestuur van Ennia.
Overigens zou de Centrale Bank de regering ondersteunen met een uitgewerkt plan voor de afwikkeling en dat plan zou begin november klaar zijn. Het plan is er echter nog niet, laat staan de uitwerking, terwijl het Land wacht op de hiervoor vereiste input vanuit de CBCS.
Bij de Centrale Bank neemt binnenkort de divisiemanager Resolutie - belast met het Ennia-dossier - afscheid. Een indringende oproep vanuit Ennia-management zelf om deze door De Nederlandsche Bank (DNB) uitgeleende functionaris te behouden, werd door Doornbosch niet gehoord; hij ziet (verdere) verlenging niet zitten. Een vervanger is er nog niet, maar zou er wel komen. Het duurt echter een tijd voordat deze het omvangrijke dossier kent en beheerst. Intussen is er geen tijd te verliezen.
Met zijn actie lijkt minister Silvania aan te geven dat de RvB en RvC éérst de Ennia-problematiek (en de gevolgen ervan voor de CBCS-jaarrekening) moeten hebben opgelost. Uit eerdere correspondentie van Doornbosch aan de regering blijkt echter dat hij destijds tot tweemaal toe zinspeelde op ‘faillissement’.
Daarbij werd door hem aangegeven dat het realiseren van een oplossing voor de problematiek bij Ennia zeer urgent is en dat er snel keuzes moeten worden gemaakt ‘om een faillissement van Ennia te voorkomen’. De regering heeft altijd gezegd in principe geen bemoeienis te hebben met een private onderneming (van de steenrijke Amerikaan Hushang Ansary), die door de noodregeling vanaf medio 2018 werd ‘overgenomen’ door de CBCS, maar tegelijkertijd er alles aan te willen doen om te voorkomen dat 25.000 Curaçaose polishouders zwaar gekort worden op hun pensioen(rechten).
Feitelijk stuurt minister Silvania de top van de CBCS terug naar de tekentafel, om hun huiswerk met betrekking tot de jaarrekening 2022 beter te doen en hierin rekening te houden met de gevolgen van de Ennia-problematiek voor de Centrale Bank zelf. Anders is hij niet van plan de jaarrekening vast te stellen.